Olieprijzen stabiel, cao-lonen stijgen flink

Goeiemorgen! Het is 3 oktober en we zijn er weer de hele dag met het economieblog. Gisteren ging het hier veel over de effecten van de oorlog in het Midden-Oosten op de economie, zoals stijgende koersen van defensiebedrijven. Dit houden we ook vandaag weer in de gaten.

Wat zagen we verder vanochtend?

  • De Amerikaanse beurzen hebben zich de tweede dag na de Iraanse aanval op Israël rustig gehouden. Bij sluiting gisteravond waren de Dow Jones-index en de S&P 500 allebei een heel klein beetje gestegen. Dinsdag waren beide indices direct na de aanval wel flink gedaald.
  • Het beeld vanochtend in Azië is heel anders: daar staat de Hang Seng in Hongkong ruim 3 procent in de min. Klinkt dramatisch, maar het lijkt vooral het einde van een zes dagen durende reeks van stijgingen nadat de Chinese regering vorige week een stimuleringspakket bekendmaakte.
  • Ook vanochtend zijn de olieprijzen, net als gisteren, redelijk stabiel. Een vat Brentolie kost iets minder dan 75 dollar. Collega Chris Hensen legt in dit stuk uit hoe het komt dat de onrust in het Midden-Oosten geen groter effect heeft aan de pomp.
  • Het Chinese BYD en het Amerikaanse Tesla lijken verwikkeld in een voortdurende strijd om wie elk kwartaal de meeste elektrische auto’s kan verkopen. Dit kwartaal was dat Tesla, met 462.890 verkochte auto’s, tegenover 443.426 van BYD. De cijfers die Tesla gisteravond presenteerde, vielen beleggers wel tegen: ze hadden gerekend op meer. Het aandeel daalde ruim 6 procent.
  • De schade van orkaan Helene die verzekeraars moeten vergoeden in de Verenigde Staten kan oplopen tot 6,4 miljard dollar, meldt Bloomberg op basis van verzekeraars.
  • In het derde kwartaal zijn de cao-lonen met ruim 6,8 procent gestegen, bericht het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) vanochtend. Dat is net zoveel als in het laatste kwartaal van 2023 – en dat was de grootste stijging ooit.

Een olieveld bij Bakersfield in Californië in de Verenigde Staten.
Foto Lucy Nicholson/Reuters