N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Interview
Als gezant van Oekraïne bij de EU is het Vsevolod Tsjentsov die Europa moet bewegen zijn vaderland te blijven steunen. „Niemand zei dat het eenvoudig zou worden.”
Zijn Haagse buurvrouw zal hij niet licht vergeten. „Ze was een jaar of tachtig en zéér direct. We dronken thee en spraken over het Oekraïne-referendum. Ze zei: Weet je, ik heb tegen jullie gestemd. Ik vroeg: waarom? Nou, zei ze, wat is de Europese Unie? Dat is Nederland, Duitsland, Frankrijk, Italië. Dat is het. Jullie zijn vreemde elementen.”
Vsevolod Tsjentsov, Oekraïens diplomaat en EU-kenner, probeert Europa er al jaren van te overtuigen dat Oekraïne géén ‘vreemd element’ is. Oekraïne, zegt hij overal waar hij komt, wil deel uitmaken van Europa.
In maart 2017 was hij naar Den Haag gestuurd. Nederland had in een raadgevend referendum een associatie-overeenkomst tussen Oekraïne en de Europese Unie verworpen. Een gelegenheidscoalitie rond Forum voor Democratie had zich met succes verzet tegen een nauwere band tussen Brussel en Kyiv. De ambtenaren die hij tegenkwam waren ook heel direct: eerdere uitbreidingsgolven van de EU hadden in Nederland voor veel onzekerheid gezorgd, legden ze uit.
Er is wel iets te vieren, maar we zijn te uitgeput om te feesten
Uiteindelijk werden de Nederlandse bezwaren formeel weggenomen door een aanvulling op de overeenkomst die bekend werd als het ‘inlegvel’. Er staat onder andere in dat de overeenkomst géén opmaat is tot Oekraïens lidmaatschap van de Unie en dat het niet verplicht tot militaire steun aan Kyiv.
Het Europa van 2017 bestaat niet meer. De Russische inval in Oekraïne en de oorlog die erop volgde heeft alles veranderd.
Als de Permante Vertegenwoordiger van Oekraïne bij de Europese Unie is het tegenwoordig Tsjentsovs taak om de contacten met onmisbare bondgenoot EU in goede banen te leiden. Europese wapenleveranties, sanctiepaketten tegen Rusland, cruciale miljarden uit de EU-begroting, de productie van 155 mm granaten: het loopt allemaal via zijn bureau. Hij is niet de belangrijkste onderhandelaar. Het is zijn taak ervoor te zorgen dat het gesprek over Oekraïne in Brussel soepel verloopt. De belangrijkste opgave dit jaar was: de EU ervan overtuigen dat Oekraïne klaar is om te onderhandelen over volwaardig lidmaatschap.
Tsjentsov is een lange man met donker haar, altijd vriendelijk, altijd op zijn hoede. Hij opereert vanuit een zachtgele stadsvilla met ronde erkers aan een van die fraaie Brusselse lanen met een groene berm in het midden en een dure traiteur om de hoek. Aan de gevel wappert de Oekraïense vlag.
„De Europese integratie van Oekraïne is dé inzet van de oorlog en de Russische agressie. En daarom is het Europese antwoord – jullie horen bij ons – ook zo essentieel”, zegt hij eind oktober in een statige ontvangstzaal die ondanks schouw, kroonluchters en parket weinig warmte uitstraalt. In het najaar spreekt hij drie keer met NRC. Hij oogt vaak moe.
Lidmaatschap van Oekraïne is niet alleen essentieel voor Oekraïne, betoogt hij, het is óók essentieel voor de Unie. „Dit is een geopolitiek moment, een strategisch moment. Als je dat moment niet grijpt, dan mis je het en gaat het voorbij. Als je het goed doet, gebruik je het moment op een positieve manier. Je geeft de Unie dan een nieuwe logica, een Unie die groter en sterker is, die weer een geopolitieke speler wordt. De oorlog heeft de Unie uitgedaagd om nieuwe wegen in te gaan. Poetins agressie heeft de EU uit haar slaap gewekt en van de woord-oorlogen in de vergaderzalen naar het Grote Spel geduwd.”
Voor toetreders is lidmaatschap een immense klus. Een nieuwkomer moet eigenlijk een kloon worden van een EU-staat en alleen al tienduizenden pagina’s wetgeving overnemen. Zes maanden na de Russische invasie, in juni 2022, werden Oekraïne en het kleine buurland Moldavië kandidaatlid – een stap die zonder oorlog ondenkbaar was geweest.
Er werden wel extra voorwaarden gesteld voordat echte onderhandelingen geopend kunnen worden. Zo moest Oekraïne zich eerst met wetgeving wapenen tegen corruptie, en minderheden beter beschermen. Dit najaar spande het erom. In november moest de Europese Commissie beoordelen of Oekraïne voor zijn toelatingsexamen was geslaagd. Zou de Commissie groen licht geven, dan konden de regeringsleiders in december beslissen of de onderhandelingen ook echt mogen beginnen. Toetreding als eindeloze hordenloop.
Terwijl Kyiv alles op alles zet om de opdrachten van Brussel op tijd te vervullen, veranderde in het Westen langzaam het politieke gesprek over Oekraïne. In de eerste maanden na de Russische invasie was de steun voor Oekraïne onvoorwaardelijk. Nu dreven donkere wolken binnen, groeiden twijfels.
Het veelbesproken offensief van Oekraïne leidde niet onmiddellijk tot een doorbraak en dreigt nu uit te lopen op een patstelling. Onder Republikeinen in het Amerikaanse Congres groeide de weerstand tegen de steunpakketten van tientallen miljarden waarmee president Biden Oekraïne stut. Het Witte Huis had opeens de handen vol aan de Gaza-oorlog.
En toen meldde zich ook nog Viktor Orbán. De Hongaarse premier schudde de hand van Vladimir Poetin en verzette zich tegen uitbreiding van de EU én tegen financiële steun voor Oekraïne. Kyiv wordt financieel door het Westen overeind gehouden. Met een steunpakket van 50 miljard euro wil de Europese Commissie de financiële zorgen van Oekraïne voor de komende vier jaar deels wegnemen.
Hongarije staat er in Brussel om bekend dat het in één dossier gaat dwarsliggen om in een andere discussie zijn zin te krijgen. Diplomaten in Brussel vermoedden dat Orbán instemming met toetreding van Oekraïne wil ruilen tegen de vrijgave van geld dat Brussel geblokkeerd heeft omdat hij de Hongaarse democratie uitholt.
Hoe gaat Tsjentsov om met Hongarije? „We praten met ze, maar het is moeilijk. We begrijpen dat ze in de Unie hun eigen gevechten hebben. Maar wat we willen voorkomen is dat steun voor Oekraïne en het lidmaatschap gegijzeld worden, dat we gebruikt worden als onderhandelingsmateriaal. We moeten die zaken echt uit elkaar houden: Oekraïne moet beoordeeld worden op zijn eigen merites.”
De gesprekken met Hongarije gaan dan vooral over de rechten van de Hongaarse minderheid in Oekraïne en de rol van het Hongaars in het onderwijs. Het is een heikele kwestie. „We vinden het niet acceptabel als mensen geen Oekraïens spreken. Minderheden kunnen hun taal leren en gebruiken en tegelijk functioneren als gewone burgers van Oekraïne. Om dat te kunnen moet je geïntegreerd zijn, de taal leren.
Tsjentsov zucht. „Het is een ongemakkelijk debat. Mensen vinden het juist leuk om Oekraïens te spreken! Het is cool om Oekraïner te zijn!”
Woensdag 8 november. Het perscentrum van de Europese Commissie in de buik van kantoorgebouw Berlaymont is bomvol. Camerateams staan in de gangpaden. De sfeer is opgetogen. Iedereen wil horen wat al weken rondzingt in de stad: Oekraïne en Moldavië zijn voor het pre-examen geslaagd. De Commissie adviseert de leiders om eind december groen licht te geven voor toetredingsonderhandelingen. Een dag later neemt Tsjentsov bij een denktank deel aan een debat over EU-uitbreiding. Op felicitaties reageert hij uiterst zuinig. „Er is nog een lange weg te gaan. Een lange weg.”
Begin december legt hij bij de koffie uit waarom hij zo behoedzaam opereert. „Rusland probeert een wig te drijven tussen partijen in Oekraïne en tussen Oekraïne en lidstaten. Dus we kunnen gewoon niet zelfvoldaan zijn en zeggen: de buit is binnen. Nee, de buit is niet binnen. We blijven vechten.”
Wie ook blijft vechten in die dagen, is Viktor Orbán. In een brief aan de voorzitter van de Europese Raad heeft hij inmiddels laten weten dat hij op de Europese top niet eens wil práten over Oekraïne.
Zag u dit verzet aankomen, was u daarom zo behoedzaam bij de denktank?
„Nee, op dat moment was dat nog niet zo duidelijk. We wisten dat Hongarije het proces nauwgezet volgt als het gaat om de minderheden. Daar waren we op voorbereid. De nieuwe Hongaarse aanpak kan ik wel verklaren, maar ik kan niet zeggen dat ik het zag aankomen.”
Als je het verzet en de twijfel optelt, zo vlak voor die cruciale vergadering, kun je alleen maar concluderen: het valt niet mee.
„Niemand zei dat het eenvoudig zou worden.”
De teleurstelling over het Oekraïense offensief wordt steeds luider. Wat brengt u daar tegenin?
„Er zijn verklaringen voor. Om succesvol te zijn hebben we de juiste wapens nodig en de Russen hebben zich ingegraven, dus het is moeilijk. En onze krijgsmacht probeert de levens van onze militairen te sparen. Dus we gooien ze niet zomaar op mijnenvelden of onder vuur van Russische wapens en raketten zodat ze afgeslacht worden, zoals de Russen doen. Er is een groot verschil in de manier waarop we met mensen omgaan.”
Toch zou het ook mis kunnen gaan. Met de steun van bondgenoten. Met het offensief.
„We denken helemaal niet na over de optie dat Oekraïne alleen gelaten wordt. Defaitisme, daar doen we niet aan. We denken niet dat we verslagen kunnen worden. Kun je je voorstellen dat we weer terug gaan naar de oude verhoudingen met Rusland? Ik niet.”
Buiten Oekraïne heeft de euforie plaatsgemaakt voor vermoeidheid en lastige gesprekken.
„Als er iemand moe is, dan zijn dat de Oekraïense militairen. Maar wij hebben die optie niet. Als mensen in Europa of in de VS twijfelen, zeg ik: denk eens na over het alternatief. Rusland en andere autoritaire regimes bedreigen het politieke systeem in de EU, door inmenging in verkiezingen, door terreur, door omkoping, door desinformatie. Is Europa dan veilig? Dat is geen fantasie. Dat is de gereedschapskist van het Russische regime. Ze hebben het al eerder toegepast. Denk je dat ze zullen stoppen? Ik denk het niet.”
Daarom is het ook een serieuze uitdaging voor de EU?
„Ja, we gaan nu door een moeilijk moment, maar uiteindelijk moeten de lidstaten de handschoen oppakken. We kunnen niet opgeven. De lidstaten moeten nu eindelijk het gevaar zien, de omvang van die dreiging die van Rusland uitgaat. Het is de meest serieuze bedreiging van de Europese veiligheid. We moeten alles wat we hebben in deze strijd gooien. We houden ons niet bezig met een of andere lokale operatie. We bestrijden het gevaarlijkste regime ter wereld.
„Dit is het moment dat leiders in Europa verantwoordelijkheid moeten nemen. Ze moeten het zware werk doen. Hun landen in de juiste richting wijzen. Het alternatief is een zwak en verdeeld Europa.”
Het is cool om Oekraïner te zijn!
Dan moeten er wel leiders zijn die dat willen. U heeft een zwak voor de Nederlandse politiek. Hield u rekening met de verkiezingswinst van Geert Wilders ?
„Ik was verrast. Ik ben geen expert, maar de Russische oorlog tegen Oekraïne, de situatie in het Midden-Oosten, het gevoel van spanning en instabiliteit in de wereld leidt ertoe dat mensen naar binnen gekeerd raken, dat ze defensief worden. En dan krijg je discussies over migratie en over de vraag waar je je geld aan uit moet geven.”
De verkiezingen zijn pas net voorbij en ook in Den Haag moeten de gevolgen van de PVV-zege nog indalen. Tsjentsov: „Er zijn veel partijen in de Nederlandse politiek. Ik hoop op wijze beslissingen. Want nogmaals: het gaat om het nemen van verantwoordelijkheid. Het is vergelijkbaar met Oekraïne en ons gezamenlijke gevecht: het gaat om democratie. Het gaat om de vraag: geef je op en zeg je: iedereen kan dit land leiden? Of denk je: ik geef er écht om en ben bereid de uitdagingen aan te pakken die tot die gecompliceerde verkiezingsuitslag hebben geleid?”
Wilders veroordeelt de Russische inval, maar wil, aldus zijn programma, hulp aan Oekraïne staken. Vond u het beangstigend dat in een land dat vooropliep in steun voor Oekraïne veel mensen op de PVV stemden?
„Ja. In het debat over MH17 probeerde deze partij de geloofwaardigheid van Oekraïne in twijfel te trekken. Het lukte toen om terug te vechten en geloofwaardige argumenten te leveren. We hebben bewezen dat we in dat onderzoek een betrouwbare partner konden zijn. De rechtszaak heeft aangetoond dat wij gelijk hadden en zij niet. We hebben ze destijds benaderd en uitgelegd waar we staan. Dat moeten we nu ook doen. We moeten ze uitleggen wat er gebeurt als steun aan Oekraïne wordt stopgezet. Als ze erkennen dat de Russische agressie niet gerechtvaardigd is, dan moeten ze ook helpen die te stoppen.”
Tijdens de gesprekken naast de witmarmeren schouw is de oorlog permanent aanwezig, en tegelijkertijd ver weg. Over de verschrikkingen praat Tsjentsov nooit uit zichzelf. Op de vraag of hij bekenden heeft verloren zegt hij alleen: „Helaas zijn er treurige gebeurtenissen geweest. Zoals bij iedereen. Het is oorlog.” Hij zegt ook: „Het is moeilijk om over de slachtoffers te horen, hun persoonlijke verhalen. Wij diplomaten hebben onze eigen missie om ons land te verdedigen en steun te regelen, zodat onze manschappen hún werk kunnen doen.”
Donderdag 14 december. Helikopters boven het centrum van Brussel verraden dat de regeringsleiders in de stad zijn. Tsjentsov volgt het debat vanuit de gele stadsvilla. Na een dag vergaderen komt het verlossende woord: de Europese leiders gaan akkoord met toetredingsonderhandelingen. In de nacht van donderdag op vrijdag volgt de domper. Hongarije gaat niet akkoord met de 50 miljard aan steun voor Oekraïne. De kwestie wordt vooruitgeschoven.
Die avond heeft Tsjentsov toch wel een klein feestje gevierd? „Er was wel iets te vieren, maar we waren te uitgeput om te feesten,” zegt hij op de maandag na de top. Over het geld maakt hij zich nog niet al te veel zorgen. „Het licht staat op oranje.” De toetreding was politiek gezien de belangrijkere beslissing. „Het was een groots besluit. We moeten het leiderschap dat veel EU-leiders hebben getoond waarderen. Ze verdienen applaus voor hun moed, hun visie.”
Hij denkt zelfs dat het verstrekkende besluit ook van invloed kan zijn op de Nederlandse formatie. „Een stap van de EU in de goede richting kan ook een impuls zijn om verantwoordelijkheid te nemen en Europees te zijn, sterk te zijn.” Is dat niet een wat te optimistische lezing? „We moeten optimistisch zijn. Als je pessimistisch bent, hoe kun je dan de oorlog winnen?”
Toetredingsonderhandelingen duren doorgaans jaren, maar Oekraïne en Moldavië hebben tot nu toe een recordtempo aan de dag gelegd. Wanneer is Oekraïne EU-lid? „Ik hoop voor ik met pensioen ga.” Tsjentsov is 49.
Is een Europese toekomst voor Oekraïne nu onomkeerbaar?
„Ik denk het wel. Je kunt de hang van Oekraïners naar een normaal leven niet intomen. En dat is wat de EU biedt: een helder pad naar normaliteit.”
In de entree van de villa staat een kleine kerstboom. Met de feestdagen ligt de Europese machinerie stil. Tsjentsov, die eigenlijk nooit vakantie neemt, krijgt dan een paar dagen rust. „Maar ja, de Russen kennende doen ze juist dan iets vreselijks. De feestdagen, als niemand oplet, zijn hun favoriete momenten. We blijven waakzaam.”