NPO vraagt staatssecretaris om erkenning van Ongehoord Nederland in te trekken

Omroep Het is voor het eerst in de geschiedenis dat de publieke omroep vraagt een omroep uit het bestel te verwijderen. Het NPO-bestuur stelt „ernstig in haar taakuitvoering” te worden „belemmerd”.

Microfoon met plopkap van Ongehoord Nederland.Beeld ANP/Bart Maat
Microfoon met plopkap van Ongehoord Nederland.Beeld ANP/Bart Maat

De NPO vraagt staatssecretaris Gunay Uslu (Media, D66) om de voorlopige erkenning van Ongehoord Nederland in te trekken. Dat heeft het bestuur van de publieke omroep deze maandag bekendgemaakt. Het is voor het eerst in de geschiedenis dat de publieke omroep vraagt een omroep uit het bestel te verwijderen.

Het bestuur stelt „ernstig in haar taakuitvoering” te worden „belemmerd” door het gebrek aan bereidheid tot samenwerking door de rechts-radicale omroep van Arnold Karskens. „De NPO kan haar taken alleen vervullen als de omroepen tot de vereiste samenwerking bereid zijn”, zo staat in het verzoek van de NPO aan de staatssecretaris. Na het opleggen van drie sancties en een verbeterplan dat „zonder gewenst resultaat is uitgevoerd” door ON ziet de NPO geen andere optie, schrijft het bestuur.

De beslissing volgde na het bekendmaken van een derde sanctie, die 131.885 euro bedraagt en aanzienlijk hoger is dan de eerste twee boetes.

Omroepvoorzitter Karskens meldde eerder vanmiddag al aan zijn leden dat hij „op ontploffen” stond, na het nieuws over de derde sanctie. In een nieuwsbrief vraagt hij leden de omroep te steunen via donaties, om de juridische strijd aan te gaan. „Tegenstanders van het vrije woord in Hilversum hebben ons de oorlog verklaard. Wij zullen ons verdedigen met alles wat we hebben!” En: „Wij mogen niet gecanceld worden!” Hij reageerde nog niet op het NPO-verzoek om de voorlopige erkenning in te trekken.

Hoe de procedure die nu volgt eruit ziet is eind vorig jaar uitgelegd in een ambtelijke nota die via een Woo-verzoek bij het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen openbaar is gemaakt. Er is geen tussenweg: of de staatssecretaris besluit de erkenning te handhaven, of ze trekt de stekker er uit. Een eventuele rechtsgang van Ongehoord Nederland doet niet ter zake, er is „geen schorsende werking”.

Geen advies nodig

Volgens de mediawet heeft de staatssecretaris de bevoegdheid om zelfstandig de erkenning in te trekken. Ze hoeft daarbij geen advies in te winnen bij de Raad voor Cultuur en het Commissariaat voor de Media, die wel betrokken waren bij de toekenningsprocedure.

Het concept-besluit van Uslu zou in vier weken geschreven moeten worden, waarna ON een zienswijze mag geven binnen drie weken. De uiteindelijke beslissing wordt uiterlijk een week daarna genomen.

De derde boete is net als de eerste op basis van een rapport van de NPO Ombudsman, Margo Smit, tot stand gekomen. Toen bedroeg het 2,5 procent van het jaarbudget van 3,6 miljoen euro, en later werd deze met een tiende bijgesteld naar beneden: 84.098 euro. Zowel afgelopen voorjaar als afgelopen najaar constateerde Smit dat ON in met name het programma Ongehoord Nieuws de Journalistieke Code van de publieke omroep meermaals schond en te weinig verbetering toonde. Twee uitzendingen met xenofobe uitingen hebben al geleid tot Kamervragen.

De NPO heeft het Commissariaat voor de Media gevraagd naar de uitzendingen en het optreden van ON te kijken via een zogeheten handhavingsverzoek. Het gedrag van ON en een verondersteld gebrek aan samenwerking leidde afgelopen najaar tot een tweede sanctie, een boete van 56.065 euro.

Het Commissariaat gaf vorige week aan niet op te zullen treden hiertegen. Met het lopende sanctietraject door het NPO-bestuur zou extra straf onevenredig zijn, oordeelde het Commissariaat, en inhoudelijk toets over aanzetten tot haat en geweld is volgens de mediawaakhond aan de rechter.

Dit bericht is maandag om 13u50 aangevuld met een eerste reactie van ON-voorzitter Arnold Karskens.