Noord-Koreaanse dwangarbeiders ploeteren om geld te verdienen voor het regime. ‘We kregen één dag per jaar vrij’

Achteraf heeft Kim Haneul spijt dat hij in Noord-Korea nooit stiekem naar een Zuid-Koreaanse tv-serie heeft gekeken. Hij kende wel mensen die dat deden, maar deed zelf nooit mee. „Anders had ik Noord-Korea veel eerder verlaten”, verzucht de dertiger.

Maar zo liep het niet. Kims familie genoot een goede sociale status in Noord-Korea. Ze mochten in de hoofdstad Pyongyang wonen, wat alleen weggelegd is voor loyale burgers. En na tien jaar militaire dienstplicht mocht Kim lid worden van de Partij. Vanwege deze uitstekende achtergrond kwam hij in aanmerking om te werken in het buitenland, in zijn geval Rusland.

„Ik sprak in Pyongyang mannen die in dat land hadden gewerkt en met veel geld waren teruggekeerd, voor Noord-Koreaanse begrippen dan”, vertelt Kim in Leiden, waar hij te gast is voor een gesprek op de universiteit. „Ze vertelden me dat het echt extreem hard werken was, van ’s ochtends vroeg tot ’s avonds laat, zonder vrije dagen.” Kim hoorde ze wel, maar zijn wens ook zoveel geld te verdienen, had de overhand. Hij betaalde zelfs steekpenningen om uitgezonden te worden. Hij zou vier jaar werken in de bouw, in Moskou, Chabarovsk en Novosibirsk.

Kim Haneul is niet zijn oorspronkelijke naam, maar de naam die hij tegenwoordig gebruikt, onder meer vanwege de veiligheid van zijn achtergebleven familie. Hij ontsnapte uiteindelijk van de Moskouse bouwplaats waar hij werkte en ook woonde.


Lees ook

Ontluisterende glimp achter de schermen van Noord-Korea

Kim Yo-jong, de zus van de Noord-Koreaanse leider Kim Jong-un, woont in 2019 een ceremonie in Hanoi, Vietnam bij.

Gezin als ‘borg’

De mannen die hij in Pyongyang sprak, bleken gelijk te hebben. Kim en zijn Noord-Koreaanse collega’s werkten zeven dagen per week, vanaf 8 uur ’s ochtends. „We kregen één dag per jaar vrij, Nieuwjaarsdag, en als je een dag ziek was, werd er tien dagen loon ingehouden”, aldus Kim. Soms leerde hij bepaalde taken sneller uit te voeren, maar dat leverde hem geen vrije tijd op. „Dan kwam mijn [Noord-Koreaanse] chef met nieuwe taken. Hoe meer werk, hoe meer buitenlandse valuta hij kon binnen harken voor het regime.” Kims loon bleef altijd gelijk.

Noord-Korea stuurt al decennia dwangarbeiders naar onder meer Rusland, China en het Midden-Oosten, waar ze voor zeer lage lonen lange dagen maken. Het leeuwendeel van hun verdiensten gaat rechtstreeks naar het regime. In het verleden waren ze ook actief in Polen, waar ze werkten aan schepen voor Nederlandse bedrijven.

Momenteel werken naar schatting ruim honderdduizend Noord-Koreanen in het buitenland, die de afgelopen jaren honderden miljoenen euro’s verdienden voor het regime. Nauwkeurige cijfers ontbreken, onder meer omdat het inhuren van Noord-Koreanen in strijd is met VN-sancties.

Hoewel Kim zich vrijwillig aanmeldde, geldt hij toch als dwangarbeider. „In het algemeen gaan Noord-Koreanen graag in het buitenland werken, omdat ze ervan uitgaan dat ze, hoeveel de Partij ook inpikt, altijd met meer thuis komen dan ze in Noord-Korea zelf hadden kunnen verdienen”, vertelt de Leidse hoogleraar Koreastudies Remco Breuker. „Eenmaal in het buitenland begint de dwangarbeid. Hele lange dagen, moeilijke en gevaarlijke omstandigheden en geen mogelijkheid om ‘nee’ te zeggen of naar huis te gaan.”

Dwangarbeiders moeten een vrouw en minstens één kind hebben, die als ‘borg’ achterblijven in Noord-Korea

Vooral mannen uit de hogere sociale klassen worden uitgezonden. Zij komen alleen in aanmerking als ze een vrouw en minstens één kind hebben, die als ‘borg’ achterblijven en kunnen worden gestraft als de man niet terugkomt.

Kim trouwde kort voor hij werd uitgezonden en liet tegen betaling een valse verklaring opstellen dat zijn vrouw zwanger was. Kim heeft geen idee wat met zijn echtgenote en andere familieleden is gebeurd na zijn vlucht en schiet vol bij de vraag. „Ik heb verhalen gehoord van Noord-Koreanen die zijn gevlucht waarvan de familie niet gestraft is”, zegt Kim als hij zich heeft herpakt. „Aan die hoop klamp ik mij vast.”


Lees ook

In een Noord-Koreaanse grensgevangenis krijg je dertig maïskorrels per dag

Noord-Koreaanse militairen patrouilleren langs de grensrivier Yalu bij de stad Hyesan, op een foto die in maart is genomen vanaf de Chinese rivieroever in Changbai.

Oorlog

In Noord-Korea geloofde Kim de staatspropaganda, maar in Rusland keek hij Russische televisie en kon hij later met een smartphone op internet. Kim groeide op met het idee dat Zuid-Koreanen in armoede leefden, maar zag in dramaseries juist hun rijkdom en vrijheid. „Ik voelde me bedrogen door de Noord-Koreaanse overheid”, aldus Kim. Hij zag een serie waarin Zuid-Koreaanse bouwvakkers over hun werk vertelden. „Daar klaagde iemand dat hij het zwaar vond dat hij maar 150 dollar per dag verdiende”, zegt hij met verbazing.

Zo hoorde hij ook over de Russische inval van Oekraïne, die onrust teweegbracht bij hem en zijn collega’s. „We waren bang dat we naar het slagveld zouden worden gestuurd, we hadden door de dienstplicht militaire ervaring”, zegt Kim. Dat Rusland overschakelde op een oorlogseconomie merkte hij nauwelijks, omdat hij het terrein nooit verliet en geen contact had met Russen. „De bouwmaterialen werden goedkoper en er kwamen soms minder opdrachten, maar dat was het wel.”

Een bouwvakker op het Rode Plein in Moskou in 2015. Beeld ter illustratie.
Foto Alexander Nemenov/AFP

Gesprekken met Oezbeekse en Kazachse arbeiders deden zijn twijfels verder toenemen. „Zij verdienden 2.500 dollar per maand, terwijl ik daar nog geen tiende van kreeg.”

Toen het na vier jaar tijd was om terug te keren naar Noord-Korea, besloot Kim te vluchten. Hij wist ’s nachts weg te glippen door een gat in het hek rond het bouwterrein – dat hij al die tijd vrijwel niet had mogen verlaten – en belde de Zuid-Koreaanse ambassade, die Kim in contact bracht met een advocaat. Na enige tijd in de Russische asielopvang werd hij naar de Zuid-Koreaanse hoofdstad Seoul gevlogen, waar hij nu woont en een nieuw leven probeert op te bouwen.

Aanvankelijk hoopte Kim dat hij zijn familieleden zou kunnen helpen vluchten. Van die hoop is weinig over. „De grens is bijna volledig gesloten, waardoor vluchten bijna niet mogelijk is”, zegt Kim. Zijn droom in Zuid-Korea is bescheiden: „Ik wil hier zo veel mogelijk leren, een fijne baan vinden en een normale Zuid-Koreaanse burger worden.”