Nonchelange: ‘Het liefst wil ik dat er elke dag een hoogtepunt bij komt’

Focus De Nederlandstalige indiepopartiest Nonchelange lijkt nonchalant, maar is dat allerminst. Hij deed lang alles zelf, maar probeert nu de dingen wat meer op hun beloop te laten.


Foto Lin Woldendorp

Nonchelange, artiestennaam van de 28-jarige Maarten Hutman, maakt „neurotische indiepop”. In januari verscheen zijn eerste album, Muziek voor de Luisteraar. Op Eurosonic Noorderslag zette hij vlak daarna een nogal ontregelende show neer in de setting van een voetbalwedstrijd, inclusief supporterssjaals, volkslied en reclameborden. Wachten op zijn eigen succes, daar had Hutman geen zin in. Zijn muziek bracht hij uit onder zijn eigen label, hij mailde zelf naar alle kranten en radiostations dat zijn plaat eraan kwam en regelde tot een half jaar geleden alle optredens zelf.

„De naam Nonchelange komt van een bandje waarin ik speelde toen ik 16 was. Daarna heb ik die naam aangehouden. Misschien probeer ik het neurotische wel te verbloemen door heel erg nonchalant over te komen. Want eigenlijk doe ik er alles aan om het te laten lukken, maar ik wil het laten overkomen alsof het allemaal heel simpel is. En om maar in voetbaltermen te blijven: Johan Cruijff zei ook altijd dat makkelijk voetbal het moeilijkst is.

Ik vind leuk om beter te worden, maar ik zou er wel wat meer van mogen genieten

„Ik ben heel ongeduldig. Het schijnt dat ik vroeger weleens naar de oogarts ben geweest en dat die zei: ‘Hij ziet prima, maar hij kijkt niet goed genoeg. Hij wil gewoon veel te snel de hele tijd de juiste antwoorden geven op alles’. Dat zit nog steeds in mij, denk ik. Ik moet gewoon meer de tijd nemen. In principe gaat het ook gewoon goed met mijn carrière, maar ik denk dat ik gewoon alles veel te snel wil. Wat meer geduld zou wel goed zijn. Dan komt er ook wat meer op mijn pad.

„Ik heb zo’n vijf jaar geleden een heel album gemaakt met A.R.T, de legendarische producer van Opgezwolle, maar ik heb dat niet uitgebracht. Ik had heel erg het gevoel dat het nog niet goed genoeg was. Ik heb destijds ook wel bij labels aangeklopt, maar ik had ook het idee dat het nog niet was wat het moest zijn. In 2019 heb ik de eerste track van mijn album gemaakt, genaamd ‘Symptomen’. Ik had toen voor het eerst het idee: dit vind ik eindelijk echt goed genoeg en eigen genoeg. Dat was een gevoel waar ik heel lang naar op zoek was.

„Tame Impala was een groot voorbeeld voor mij. Die doet alles zelf, zo luidt het cliché. Ik kwam erachter: wow, dat kan dus echt. Ik heb heel erg moeten leren dat mijn carrière gestaag verder groeit en dat dat ook heel gezond is. Maar het liefst wil ik dat er elke dag een nieuw hoogtepunt bij komt.

„Ik stel wel hoge eisen aan mezelf. Ik vind dat het altijd het allerbeste moet zijn. Na een optreden vorige week zei de drummer tegen mij: ‘Je moet er ook wel een beetje van genieten.’ Na een show ben ik meteen heel analytisch. Hoe was dit? Wat vonden mensen hier nou van? Moeten we dit niet weghalen? Aan de andere kant vind ik het ook leuk om beter te worden. Maar ik zou er wel wat meer van mogen genieten.”