‘Nomade van de zee’ die zes keer de wereld rondzeilde


Necrologie

Henk de Velde (1949-2022) Solozeiler Henk de Velde was „zonder boot nietes en niemand”. Zijn spectaculaire zeereizen maakten hem beroemd en omstreden.

Henk de Velde vlak na zijn aankomst in de haven van IJmuiden met zijn zoon Stefan (rechts), in 2004. Met zijn schip had hij in 3,5 jaar ruim 56.000 km afgelegd. Daarbij had De Velde zijn schip laten vastvriezen in het poolijs.
Henk de Velde vlak na zijn aankomst in de haven van IJmuiden met zijn zoon Stefan (rechts), in 2004. Met zijn schip had hij in 3,5 jaar ruim 56.000 km afgelegd. Daarbij had De Velde zijn schip laten vastvriezen in het poolijs.

Foto Juan Vrijdag, ANP

Solozeiler Henk de Velde noemde zichzelf een „nomade van de zee”. De zee was zijn leven. „Henk zonder boot is niets en niemand”, zegt hij in zijn videodagboek 1000 Dagen Eenzaamheid (2004) terwijl hij zat vastgevroren in Siberië.

Henk de Velde is donderdag 3 november in een verzorgingstehuis in Lelystad overleden op 73-jarige leeftijd. Hij was al geruime tijd ziek.

Zes keer zeilde solozeiler De Velde de wereld rond in verschillende boottypen: de catamaran Zeeman, het kieljacht Campina en de trimaran Juniper. Zijn laatste boot, waarop hij ook woonde, was het zeewaardige motorschip Solitario. Niet omdat hij zich eenzaam voelde, zoals hij schrijft in Reizen tussen zand en ijs (2014), maar omdat de vuurtorenwachter telkens als hij Kaap Hoorn passeerde – en dat gebeurde vier keer – door de marifoon hem een goede reis wenste: „Buen viaje, Solitario.”

Aardrijkskunde

De Velde werd in 1949 in IJsselmuiden geboren als tweede kind van vier. Op school was aardrijkskunde zijn lievelingsvak, atlassen en kaarten zou hij zijn leven lang koesteren. Hij spijbelde om in Rotterdam naar schepen te kijken. Op zijn vijftiende monsterde De Velde aan als lichtmatroos en werkte hij in de koopvaardij. Hij behaalde zijn stuurmanspapieren op de Zeevaartschool in Amsterdam en werd gezagvoerder.

In 1978 nam hij ontslag en begon aan zijn eerste wereldreis, samen met zijn toenmalige vrouw Gini. Op Paaseiland werd hun zoon Stefan geboren, in 1981.

‘Onmogelijke reis’

Zijn geliefde jeugdboek uit zijn zondagsschooltijd dat op elke reis meeging was De overwintering op Nova Zembla door P. de Zeeuw over de barre overwintering in 1596-1597 van Willem Barentsz en zijn mannen. Ongewild zou De Velde zelf ook een overwintering doormaken aan de Noordelijke IJszee, in het pooldorp Tiksi. De opzet van die „onmogelijke reis”, zoals hij het noemde, was om de minst bezeilde noordoostelijke doorvaart boven Siberië te volgen en vandaar naar de zuidpool te varen. Van pool tot pool dus

In 2001 vertrok hij. Maar de Russische bureaucratie in Moermansk weigerde hem een visum. De Velde deed iets ongekends: hij gooide resoluut het roer om, zeilde 20.000 kilometer de wereld rond om in 2003 in de Beringzee uit te komen en via de Beringstraat Moermansk te bereiken, de westelijke route. In Tiksi liet hij zich vastvriezen, wachtend op het voorjaar. In Een ijskoude doorbraak. Overwintering in Siberië (2005) doet hij hiervan verslag. Een Russische ijsbreker was behulpzaam: het pakijs had de beide roeren van de Campina beschadigd en het schip moest gerepareerd worden. Uiteindelijk meerde hij in 2004 aan in IJmuiden.

De Velde wilde wereldrecords verbeteren, bijvoorbeeld om solo rond de wereld te reizen in 1989. Dat mislukte, hij deed er 158 dagen over terwijl het record op 150 stond. In 1992 probeerde hij het opnieuw, maar een aanvaring met een losgeslagen container vlak voor de kust van Madeira werd hem bijna fataal. In zijn slaap sloeg hij tegen het mastschot. Een Russisch schip redde hem en met een dubbele schedelbasisfractuur werd hij opgenomen in het ziekenhuis van Madeira. Zijn droom de snelste non-stop solorace rond de wereld binnen 100 dagen te zeilen viel in duigen.

Binnen de zeilwereld was De Velde niet onomstreden. Hij zou te roekeloos zijn.

In 2007 begon hij aan de Never Ending Voyage, ofwel: nooit meer terugkomen in Nederland. Maar het gemis van zijn zoon Stefan en het besef dat hij hem door zijn jarenlange afwezigheid te zeer had verwaarloosd, brachten hem ertoe die reis te onderbreken.

Vijftien boeken

Op de vraag waarom De Velde zijn leven telkens in de waagschaal stelde, gaf hij als antwoord een grote drang naar vrijheid te hebben en liefde voor schepen en de zee. In Een ijskoude doorbraak formuleert hij het zo: „hij geloofde zeker in zijn droom, in zijn geluk en in de onderneming. Hij dacht niet alleen maar aan risico. Hij zeilde uit.”

Die drie laatste woorden kenmerken De Veldes zeilersbestaan. Collega zeilschrijver Toine Heijmans bezocht De Velde destijds in Tiksi en schrijft in Marifoonberichten (2019): „Zeelui en zeilers: ze willen weg zodra ze landen.” De Velde heeft zo’n vijftien boeken over zijn verlangen naar onherbergzaamheid geschreven. Het zijn meer dan zeilreisboeken, hij zoekt naar antwoord op de grote levensvragen. Uiteindelijk beseft hij op zoek te zijn naar God, naar de stilte, naar onmetelijkheid.