Nog altijd in de greep van het epos: hoe cyclopen veranderden in aliens

Cyclopen zijn tegenwoordig aliens en zeelieden ruimtevaarders. Maar bijna drieduizend jaar na Homerus’ Ilias en Odyssee lopen we nog steeds in de sporen van het Griekse heldengedicht, ook wel het epos genoemd. Sterker nog: het fantasy-epos is hét dominante filmgenre van deze tijd.

Classicus Koen Vacano promoveerde deze zomer na vijf jaar onderzoek cum laude aan de Universiteit van Amsterdam met zijn proefschrift The Epic Strikes Back. Ruim vierhonderd pagina’s over de reis van het epos uit de Klassieke Oudheid tot de sciencefiction en fantasy van nu.

„Ik merkte dat fantasyfranchises stelselmatig bestempeld worden als ‘episch’ of ‘epos’ door zowel kijkers als makers”, zegt Vacano thuis in Amsterdam. In zijn boekenkast wisselen Star Wars-boxsets en epen als Dante’s Goddelijke Komedie elkaar af, naast hem neemt een loeiende Wurlitzer-jukebox zo’n 15 procent van de woonkamer in beslag. „Maar er was nog nauwelijks onderzoek gedaan naar de relatie tussen onze hedendaagse epen en die van de Oudheid. Dat was de aanleiding van mijn onderzoek. Dat levert niet alleen nieuwe inzichten op over de populairste films van onze tijd, maar ook over de werken van Homerus, Vergilius en Dante.”

Spoiler: de epische verhalen uit de Oudheid lijken meer op een superheldenfilm dan je zou denken. Later meer.

Allereerst: wat ís een epos?

„Die definitie is veranderlijk. In de Oudheid was het alles wat in hexameter [een dichtmaat] geschreven werd. Daaronder viel de Ilias van Homerus – over de Trojaanse oorlog en de held Achilles – maar ook reisverslagen of catalogussen van vogelsoorten. Dat veranderde met de eeuwen. Tegenwoordig is de populairste definitie meer gericht op inhoud: grootschalig en heroïsch.

„Dus focussen we nu op de aspecten van de epische traditie die daarbij aansluiten: helden, oorlogen, monsters, reizen naar mythische, andere werelden. Een epos is groots, zowel qua plot als qua invloeden: het is een culturele spiegel voor de tijd.”

Welke verhalen worden tot epos gerekend?

„Volgens de traditionele opvatting is het een kleine canon. Van de Ilias en Odyssee van Homerus, tot de Aeneis van Vergilius bij de Romeinen en latere werken zoals het 17de-eeuwse Paradise Lost van Milton, over de zondeval. De beroemde classicus Bowra schreef in de jaren veertig: ‘Milton is de laatste grote auteur van een epos. Met hem bereikte het genre een punt waarna het onmogelijk nog grootser kon worden.’”

Maar dan had Bowra buiten Hollywood gerekend. Van de jaren veertig tot en met de jaren zestig legde de Amerikaanse filmindustrie zich toe op zogenaamde ‘historische epen’: Spartacus, Ben-Hur, Quo Vadis?

„Vaak waren de films vooral historisch of bijbels. Mythologie werd genegeerd”, vertelt Vacano. „Het label ‘epos’ ontleenden deze films vooral aan de schaal.” Zo werden er hele Romeinse wijken nagebouwd en duizenden figuranten (vijftienduizend in Ben-Hur) in peplum-rok gehesen.

Die grootsheid betekende uiteindelijk ook het einde van het genre. Toen het filmpubliek de Oudheid beu werd, begonnen historische epen te floppen, en sleurden ze de studio’s mee de afgrond in. Vacano: „Ironisch genoeg betekende een film genaamd The Fall of the Roman Empire (1964) in grote mate het einde van het studiosysteem.”

Uit de as herrees een nieuw genre: het fantasy-epos. Hoe ging dat?

„Het fundament van Hollywood was verdwenen, en er was niets nieuws. In dat vacuüm kon geëxperimenteerd worden. Dat leidde tot interessante, subversieve films: noir-thriller The French Connection, maffiafilm The Godfather. En uiteindelijk, in 1977, tot de film die de toekomst van de filmindustrie en het moderne epos zou bepalen: Star Wars.”

Wat maakte Star Wars zo grensverleggend?

„Natuurlijk de kwaliteit, van de special effects, het verhaal. Maar het was ook de grensverleggende franchising: Star Wars was een van de eerste films die poppetjes en boekjes maakte, muziekalbums, een verschrikkelijke kerst-special… Ook door de epische kenmerken sloeg Star Wars in als een bom. Zoals de klassieke epen was het een spiegel voor de tijd. Regisseur George Lucas verwerkte heel veel populaire cultuur in de film: mythen, andere epen, Flash Gordon-sciencefiction, westerns, samoeraifilms en veel meer. De film zit ook vol historische echo’s: de strijd van de Rebellen tegen het Keizerrijk weerspiegelt de Tweede Wereldoorlog, maar ook de Vietcong tegen het moderne Amerika. Star Wars vat zijn eigen tijd in een fantasywereld.”

Kreeg dat direct navolging?

„In de daaropvolgende pakweg vijftig jaar werd Star Wars dé blauwdruk voor filmproducenten. Avatar, Harry Potter, Game of Thrones, de superheldenfilms van Marvel en DC Comics… elke studio wil zo’n groots verhaal met mogelijkheden voor eindeloze vervolgen, spin-offs en merchandise. Van de vijftig best verdienende films ooit behoren er slechts vijf niet tot het genre fantasy-epos.”

In dit nieuwe epos maakte de Oudheid plaats voor fantasy en sciencefiction, zegt Vacano. Zo zit het wagenrennen uit vroegere epen nog steeds in Star Wars, maar dan wordt er geracet met ruimteschepen. Een dreigend Romeins rijk is er ook nog, maar nu intergalactisch. Superhelden reizen niet met schepen, maar door wormgaten.

Waarom verplaatste het epos zich naar de toekomst en het heelal?

Vacano: „De epen van de Oudheid gingen óók over andere werelden. Over heldhaftige oorlogen in een mythisch voorverleden – ‘toen er nog cyclopen op aarde rondliepen’. Of ze speelden zich af op afgelegen plekken. Maar door moderne wetenschap is de wereld onttovert. Het verleden is kenbaar. En we weten ook dat er geen minotaurussen rondlopen aan de andere kant van de oceaan. En dus verplaatst het epos zich naar een new frontier.”

Lasers en ruimteschepen of niet: de fantasy-epen volgen nog altijd de plotstructuur van de Oudheid, zegt Vacano. Ze bevatten vrijwel altijd de drie aktes van Aristoteles, gebruiken het model van de ‘heldenreis’, en beginnen in het midden van het verhaal – in medias res, zoals de Romeinse dichter Horatius omschreef.

Wat is een ‘heldenreis’?

„Een verhaalstructuur die literatuurwetenschapper Joseph Campbell in de 20ste eeuw destilleerde uit ‘de onderwereldreis’ (katabasis) die vaak in epen uit de Oudheid zit. Volgens hem volgen alle verhalen ooit deze universele structuur. Een held wordt geroepen, verlaat zijn veilige wereld, trotseert beproevingen, daalt af naar de onderwereld, verslaat een ‘eindbaas’ (vaak een vaderfiguur), redt de wereld, en keert getransformeerd terug. Campbell zag dit ook als een psychologische reis die ieder mens maakte.”

Hoe belandde dit in het fantasy-epos?

„George Lucas kende het werk van Campbell en baseerde Star Wars op diens ideeën. Ook marketing: dit gaf zijn verhaal academische diepgang. Daarna vertelde Lucas in elk interview wat hij had geleerd van Campbell.

„Door de populariteit van Star Wars werd de ‘heroes journey’ dé standaard van Hollywood. Hij belandde in elke scenaristenhandleiding. En omdat het ook ‘een psychologische reis’ is, zit hij ook in video’s van zelfhulpgoeroes als Jordan Peterson die mannen aansporen hun eigen leven als heldenreis te zien.”

Campbell vindt dit de universele structuur van elk verhaal.

„Dat klopt van geen kant. Die onderwereldreis waarop hij zich baseert zit wél in de klassieke epen. Maar epen gaan niet slechts over één reis, van één held.

„Interessant is wel dat deze structuur door moderne epen zó populair is geworden dat zelfs wetenschappers met die lens kijken naar Homerus of Vergilius. Zo verandert het fantasy-epos ook hoe we naar de Oudheid kijken.”

‘Star Wars’ was het eerste fantasy-epos, tegenwoordig is dit het dominante filmgenre.

Het bouwen van een wereld

De opmerkelijkste uitkomst van Vacano’s onderzoek betreft ‘worldbuilding’. Op het oog is dit een van dé kenmerken van het hedendaagse Hollywood. Blockbusterfilms vertellen niet meer slechts één verhaal, maar ‘bouwen een wereld’ vol personages, helden en verhalen om te vertellen. Maar ook dit vindt zijn oorsprong in de Oudheid, zegt Vacano.

De grootvader van worldbuilding was J.R.R. Tolkien – de schrijver van The Lord of The Rings. Vacano: „Hij was een taalkundige die veel schreef over de structuur van middeleeuwse Engelse literatuur. Hij zag dat als je het oud-Engelse gedicht Beowulf duizend jaar na het schrijven leest, je allerlei verwijzingen naar mythen, koningen, plekken niet begrijpt. Maar dat vond Tolkien juíst interessant.

„Dus in zijn eigen magnum opus The Lord of the Rings verwees hij bewust naar onbekende personages alsof ze al bekend waren bij het publiek. Dat suggereert een diepgaande wereld, een ‘topje-van-de-ijsberg’-effect.”

Star Wars nam dit over: het begon middenin het verhaal (de eerste film is deel 4) en het universum oogde doorleefd en oud – een used universe – en er wordt constant verwezen naar onbekende contexten, die in latere films weer werden uitgewerkt. Maar Vacano stelt in The Epic Strikes Back dat ook schrijvers van de klassieke epen dit al deden – een nieuw inzicht.

„Wij dachten altijd dat de helden in de Ilias destijds voor iedereen bekend waren. Maar daarvoor is eigenlijk weinig bewijs. Sterker nog: denkers als Horatius en Aristoteles schrijven expliciet dat publieken geen voorkennis hadden. Mijn theorie is dus dat óók de antieke epen actief mythologische werelden bouwden. Net als in moderne franchises ontstond er zo een netwerk van spin-offs, zo zijn de Aeneis en Odyssee eigenlijk vervolgen op de Ilias.

Het fantasy-epos bestaat nu bijna vijftig jaar en kijkers lijken het een beetje beu te worden. Wat is de toekomst van het epos?

„Op een bepaalde manier zit Hollywood nu weer in een periode als de jaren zeventig. De oude trucjes werken niet meer, maar iets nieuws is nog niet gevonden. Grappig genoeg gaat dat, denk ik, juist leiden tot een revival van de Oudheid in film. En dan niet van de historische of bijbelse verhalen uit de Oudheid zoals in de jaren zestig, maar van de mythologische verhalen. Dat zie je al in boeken – zoals Stephen Fry’s mythenreeks – en vooral in videogames. En het is echt veelzeggend dat Christopher Nolan, hét mastermind achter Inception, Interstellar en Batman, nu bezig is aan een Odyssee-verfilming.”

Koen Vacano promoveerde deze zomer cum laude met zijn proefschrift ‘The Epic Strikes Back: How Transmedia Fantasy Franchises Reshape the Epic Tradition’.