N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Reportage
Energiecrisis Nigeria’s stroomnet is zo krakkemikkig dat Nigerianen al lang voor hun eigen energie zorgen. Met vervuilende generators, en meer en meer met zonne-energie.
Vandaag is een goede dag, zegt Margaret Mwantok (39) tevreden. Ze leunt achterover in haar plastic stoel die net zo diep paars is als de muren van haar restaurant. Met haar rode lippen, lange koperkleurige vlechten en zwart-witte polkadotjurk steekt Mwantok er zelf fel tegen af. Aan de andere paar tafels buigen plukjes gasten zich zwijgzaam over hun kommen bonensoep. Een koelkast met frisdrank zoemt zachtjes in de hoek.
Stilte. Mwantok is het nauwelijks gewend. Buiten, verbonden via een provisorisch gat in de muur, staat haar Firman, een gevaarte op wielen dat wanneer ze hem aanzet schuddend en bulderend tot leven komt en haar vriezer, ijskasten, lichten en airco aan houdt. Als ze ’s ochtends in haar restaurant in het noorden van Lagos aankomt, is dat normaliter het eerste wat ze moet doen, zegt Mwantok. Op het stroomnet kan ze dan al niet meer te rekenen.
„Als ik het een cijfer zou moeten geven, is dat een 5 op de 10. En die 5 is dan alleen voor ’s nachts. Overdag ligt de stroom er negen van de tien keer uit.” Net als andere Nigerianen is Mwantok niet anders gewend dan het heft in eigen handen te nemen. Met haar generator die zoveel lawaai maakt dat het klanten wegjaagt en zoveel diesel slurpt dat ze, zeker nu de voedselprijzen ook erg zijn gestegen, blij is als ze net quitte draait.
Ze zag het heel anders voor zich, toen ze drie jaar geleden de deuren van Meg’s Place opende. Groei zit er zo niet in. Maar vandaag is een goede dag. De stroom doet het. Een wonder, glimlacht Mwantok. „Ze wisten vast dat jullie kwamen.”
Aanhoudende blackouts
Nigeria, Afrika’s grootste economie , kampt met een elektriciteitscrisis die maar niet overgaat. Niet alleen hebben 85 miljoen Nigerianen (iets minder dan de helft van de bevolking) nog altijd geen toegang tot het nationale stroomnet, zij die dat wel hebben, kunnen daar niet op rekenen. Door slechte planning, slecht onderhoud en een gebrek aan investeringen wordt nog geen derde van de capaciteit van het net ook daadwerkelijk benut.
Alleen de middenklasse kan onze zonnepanelen betalen
Miljoenen Nigerianen leven in plaats daarvan bij de gratie van hun generators die overal het straatbeeld bepalen. Tot ook dat niet meer gaat.
Zo kregen ze begin dit jaar niet alleen de zoveelste landelijke black-out te verduren, Nigeria – zelf zeer olierijk, maar zonder de benodigde raffinaderijen vrijwel geheel afhankelijk van import – kampte plots wekenlang met een enorm brandstoftekort. Terwijl mensen dagen in de rij stonden om hun jerrycans met diesel te vullen, schoten de prijzen daarvan omhoog. Ook nu lopen de tekorten en prijzen weer op.
Lees ook: In Lagos vechten ze om benzine
„Ik zou niet weten hoe dit nog te kwantificeren is”, zucht Ifeoma Malo, energie-expert en oprichtster van de Clean Technology Hub, een onderzoeksinstituut. De Wereldbank probeerde het en beraamde dat Nigeria jaarlijks zo’n 26 miljard dollar verliest door alle stroomuitvallen, 2 procent van het bruto binnenlands product. „Hoe kunnen bedrijven groeien als er geen stroom is?”, vraagt Malo. „Het antwoord is simpel. Dat lukt ze niet.”
Geen stroom betekent geen banen, geen productiviteit. Nu al is de werkloosheid in Nigeria 33 procent. Met landelijke verkiezingen in aantocht in februari, weten de potentiële opvolgers van president Muhammadu Buhari dan ook wat mensen willen horen. „Ik zal Nigeria uit de duisternis leiden”, beloofde de kandidaat van de PDP, een van de twee grootste partijen – wat hij wil doen door deelstaten de vrijheid geven zelf stroom op te wekken.
Peter Obi van de Labour Party, die in sommige peilingen aan kop gaat, wil verder gaan en een eind maken aan de grip die de staat nog altijd heeft op een deel van het netwerk. In 2013 werd Nigeria’s stroomvoorziening geprivatiseerd. Althans, het begin (opwekken) en eindpunt (de distributie) ervan. De transmissie bleef in handen van de staat. „Dat werd gezien als te belangrijk voor de energiezekerheid om los te laten”, vertelt Malo.
Tijdens de privatiseringen bleef het stroomnet deels in handen van de staat, die er niet in investeerde
Maar grootschalige investeringen in de bijbehorende infrastructuur bleven uit. „Terwijl wat we hebben antiek en verouderd is”, zegt Malo, die destijds als adviseur van de minister nauw betrokken was bij de privatisering. Volgens haar was het beter geweest als alles in één keer open was gegooid: de miljarden dollars die nodig zijn, kan de regering niet zelf ophoesten. En zelfs dán, zegt Malo, is het de vraag of de problemen zouden verdwijnen.
„De regering doet niets voor ons”, foetert een man die in een met stof bedekt winkeltje in Lagos onderdelen haalt om zijn generator te repareren. Hij haat het ding. De stank, het geluid. En dan steeg de dieselprijs in jaar tijd ook nog met ruim 200 procent, meldde het Nationaal Bureau voor de Statistiek in augustus. Hij zou graag zonder willen, zegt de man. Alleen: hoe dan?
Nigerianen die het zich kunnen veroorloven, hebben het antwoord op die vraag gevonden: zonne-energie. Leveranciers van zonnepanelen zijn de afgelopen jaren als paddestoelen uit de grond geschoten. Je ziet hun billboards op straat, voorzien van plaatjes van dieselgenerators met een dik kruis erdoor en beloftes die klinken als die van de politici. Nu écht betrouwbare en betaalbare stroom.
Op dat laatste valt nog wel wat af te dingen. Met een minimum maandinkomen van 30.000 naira (zo’n 65 euro volgens de officiële koers) is een thuissysteem met zonnepanelen van al snel honderden tot enkele duizenden dollars voor de meeste Nigerianen onbereikbaar. Al helemaal nu de inflatie in het land is opgelopen tot boven de 20 procent.
„Laten we eerlijk zijn. Alleen de middenklasse kan dit betalen”, zegt Mustapha Abokede. Het kantoor van zijn bedrijf Aspire Power in een woonwijk van Lagos oogt meer als een werkplaats, met overal onderdelen van de zonne-energiesystemen die hij levert. Panelen hier, batterijen daar. Bij Abokede thuis draait alles nu op zonne-energie, vertelt hij. Van het stroomnet is hij af. Een generator heeft hij niet.
„Nog los van dat het schoner en beter is, is het op de lange termijn ook goedkoper”, zegt Abokede. „Maar de initiële kosten zijn hoog, dat houdt veel mensen tegen.” Een bijkomend probleem zijn koersschommelingen. Leveranciers als Abokede importeren vrijwel al hun onderdelen, vooral uit China. Maar de afgelopen maanden is de waarde van de naira ten op zichte van de dollar fors ingezakt, wat hun producten duurder maakt.
„Een systeem is het afgelopen jaar ruimt anderhalf keer zo duur geworden”, zegt hij. Om het toch betaalbaar te maken, geeft Abokede net als sommige van zijn concurrenten zijn klanten de kans in termijnen te betalen. Daar kwam zelfs een nieuw bedrijf uit voort dat bij banken de benodigde kredieten regelt.
Anderen zoeken ‘kleinere’ oplossingen. Zo ontwikkelde de start-up Reeddi een draagbare batterij, krachtig genoeg om telefoons en laptops op te laden, en enkele lampen en ventilatoren op te laten werken. „Mensen denken vaak dat het een muziekboxje is”, lacht Abeeb Abioye, het 29-jarige hoofd bedrijfsvoering. In plaats van de batterij te kopen, kunnen mensen die huren voor 400 naira per dag, zo’n 80 eurocent, en weer inwisselen als-ie leeg is. Dat was eerst 350 naira, zegt Abioye. Maar door de inflatie moest ook Reeddi de prijs verhogen.
Generatorlobby
Duurzame ondernemers wijzen erop dat dit soort ontwikkelingen in Nigeria lang is tegengewerkt door een invloedrijke generatorlobby, een business waarin ook politici grote belangen zouden hebben. De importtarieven voor zonnepanelen werden in 2018 nog verhoogd (naar 10 procent). Toch lijkt ook daar iets te verschuiven, zegt Abokede van Aspire Power: inmiddels verkopen twee grote spelers naast generators inmiddels ook zonne-energiesystemen.
Zelfs de Nigeriaanse regering lijkt meer die kant op te bewegen. Eind 2020 lanceerde zij het Solar Power Naija-programma, om plattelandsbewoners zonder toegang tot stroom met zogeheten mini-grids van zonne-energie te voorzien. Van de beoogde vijf miljoen huishoudens zegt het inmiddels zo’n een miljoen op zo’n grid te hebben aangesloten.
Het zijn goede stappen, zegt Ifeoma Malo. „Maar zorg er dan ook voor dat er genoeg reparateurs zijn om deze systemen te onderhouden. En dat mensen leren hun gedrag te veranderen.” Malo vertelt dat haar team niet zelden dorpelingen ziet teruggrijpen op dingen als brandhout en kerosine nadat zonne-energiesystemen in hun dorpen zijn geïntroduceerd. „Dat zijn ze gewend te gebruiken. Het andere vinden ze te ingewikkeld.”
Op een vrijdagmiddag in november is het op een van de grootste markten in Abuja moeilijk je gedachten erbij te houden. Uit alle hoeken klinkt een oorverdovend geronk en geratel, afkomstig van eindeloze rijen generators in de brandende zon. Van die hitte is in het winkeltje van Oneymaechi Nwobodo niets te merken. Omgeven door honderden paren leren mannenschoenen, die iedere centimeter vullen, zit de vijftiger tevreden op zijn stoel.
Boven hem loeit een airconditioner. „70 procent energiebesparend”, grijnst Nwobodo. Hij weet dat sommige van zijn buren op de markt afgelopen jaar zijn overgestapt op kleine zonnepaneelsystemen, maar hij vertrouwt vooralsnog op zijn generator. Niet op het stroomnet. Ben je gek, dat doet niemand in Nigeria. Maar de systemen van zijn buren zijn niet krachtig genoeg om zijn airco te kunnen gebruiken. Systemen die dat wel kunnen, zijn te duur.
De herrie is vervelend, zegt de verkoper. Maar liever dat, dan in de hitte zitten.