Lange rijen zaterdag bij stembureaus in Nigeria. ‘De Reus van Afrika’ gaat naar de stembussen. Op sommige plekken waren er meldingen van intimidatie, maar de gevreesde ongeregeldheden bleven uit. Achttien kandidaten maken kans om president Muhammadu Buhari op te volgen, die acht jaar aan de macht is geweest.
Jawel, knikten de vriendinnen. Jawel, hoor. Ze zaten met z’n vijven aan de grote eettafel van Mug (79), ieder met een leeg bord en een gevuld wijnglas voor zich. Misschien dat ze die jawels ook echt geloofden. Misschien was het woordje vooral bedoeld om elkaar gerust te stellen. Of zichzelf. Hoe het ook zij: Joanita (80) liet zich er niet door overtuigen. Die bleef stellig haar hoofd schudden en herhaalde wat ze net had gezegd, nu met nog iets meer nadruk. „Er zíjn geen leuke mannen alleen”, zei Joanita. „Leuke mannen hebben áltijd een leuke vrouw achter zich.”
Elk lid van de vijfkoppige vriendinnengroep in De grannies van Amsterdam (Omroep MAX) was weduwe. Dat was niet het overkoepelende thema van de online serie: veel belangrijker was hoe ze op respectabele leeftijd nog altijd ondernemend waren – een eigen marktkraam runnen, sparen voor een tripje naar Venetië, poseren voor een naaktkalender – en intussen bleven gedijen in elkaars gezelschap. Maar ze ontkenden niet dat ouder worden ook schaduwkanten heeft, of dat het verliezen van je partner eenzaamheid met zich meebrengt. En dat het pittig kan zijn om opnieuw aan de man te komen na je zeventigste. „‘K heb veel begrafenissen meegemaakt, lately”, zei Joanita. „En bij de begrafenis staat die man helemaal zielig, en dan staan er al drie buurvrouwen…” Met samengevouwen handen deed ze voor wat die buurvrouwen tegen zo’n arme ziel zeiden: „‘Geen zorgen, hoor. Ík ga wel voor je koken.’”
Je met drie vrouwen tegelijk op een verse weduwnaar storten klonk inderdaad niet ideaal. Daarnaast: áls je die vent eenmaal aan de haak had, was er een aanzienlijke kans dat je hem zou moeten verzorgen. Geen van de grannies had daar zin in. „Hij moet wel een beetje levenslustig zijn”, zei Jocelyn (74), en haar vriendinnen knikten. Er leek weinig ruimte voor het idee dat het omgekeerde ook kon gebeuren: dat zij zelf degenen zouden zijn die verzorgd moesten worden. Sommige dingen zijn te beangstigend om rekening mee te houden.
Helemaal aan het eind van de serie gebeurden die dingen dan toch. Eerst overleed plots de goedlachse Jocelyn, nog voor ze de naaktkalender kon zien – haar passieproject. Dat drukte zo’n verdrietige stempel op de laatste aflevering dat ik me er aanvankelijk niet toe kon zetten erover te schrijven. Maar deze week werd een bonusaflevering online gezet, ter ere van Jocelyn. Daar werd een nieuw laagje weemoed in aangeboord, want „ouwe tijger” Joanita had ook nog eens een herseninfarct gehad, maar desondanks keerde het optimisme langzaam terug. Jocelyn was er niet meer, maar ze was er wel geweest. En nu hadden ze elkaar nog, en een fles alcoholvrije gin, om samen mee te proosten op hun gevallen vriendin.
Magie
Het kan heel troostrijk zijn om te zien hoeveel veerkracht mensen in zich hebben. Al moet ik zeggen dat het soms óók troostrijk is om te denken: het kan altijd erger. Nieuws van de dag (SBS6) stelt in dat opzicht nooit teleur. Woensdag was bijvoorbeeld schrijver Joris van Os te gast, een vijftiger die zich had voorgedaan als jonge Marokkaanse vrouw om beter in de smaak te vallen bij uitgevers. Onder zijn echte naam kreeg hij zijn literaire carrière naar eigen zeggen niet van de grond. Presentator Thomas van Groningen begreep wel waarom: „Ben je een witte man van middelbare leeftijd, dan kan je het wel schudden in Nederland, want alles en iedereen krijgt dan voorrang op je.” De magie van Nieuws van de dag is dat je dit als witte man van middelbare leeftijd in spe gewoon kunt zeggen terwijl drie van je vier gasten witte mannen van middelbare leeftijd zijn, net als Raymond Mens die dan ook nog even via een videoverbinding in de studio aanwezig is. Zo veel achtergestelde mensen in één studio. Heel tragisch.
Daar zal ik aan denken als het leven tegenzit en ik even niet de veerkracht van een Amsterdamse oma kan vinden. Dan zeg ik tegen mezelf: joh. Het had nog veel erger gekund. Je had ook een man van middelbare leeftijd kunnen zijn.
Iran is bereid om de voorraden verrijkt uranium op te geven en af te zien van verdere productie van nucleaire materialen, als dit leidt tot de opheffing van Amerikaanse economische sancties tegen het land. Dat zei Ali Shamkhani, adviseur van Irans opperste leider ayatollah Ali Khamenei, woensdag tegen de Amerikaanse zender NBC News.
Shamkhani zei dat Iran bereid is om het gehele kernprogramma stop te zetten en de aangelegde voorraden verrijkt uranium, wat de basis is voor een nucleair wapen, te reduceren tot alleen „civiel gebruik”. Ook zou Iran internationale inspecteurs toestaan om het proces te controleren, in ruil voor de onmiddellijke opheffing van alle economische sancties tegen het land.
De sancties van Washington tegen Iran verbieden al decennia bijna alle Amerikaanse handel, humanitaire hulp en wapenhandel met het land. Donald Trump riep woensdag tijdens zijn diplomatieke bezoek aan Saudi-Arabië op tot strikte handhaving van de Amerikaanse sancties tegen Iran, en uitte daarbij zijn hoop op een nucleaire deal.
De VS en Iran voeren al weken gesprekken over het nucleaire programma van Teheran. Steve Witkoff, de gezant van Trump, noemde de laatste gesprekken in Oman zondag „bemoedigend”. Dinsdag berichtte The New York Times dat Iran tijdens onderhandelingen voorstelde om voortaan bij de verrijking van uranium samen te werken met andere landen in de regio en met Amerikaanse investeerders.
Liveblog Crisis in het midden-oosten
Iran bereid om nucleair programma op te geven in ruil voor opheffing economische sancties VS
De televisie had een fijne detectiveserie over ouderen die druk waren met elkaars vrijwillige levensbeëindiging. ’t Was een heel gedoe en kreeg gaandeweg steeds meer voeten in aarde maar werd toch tot een goed einde gebracht. Het speelde in Engeland, dat maakte het extra mooi. Denk aan die tuintjes en pubs, denk aan die holle wegen en aan die plattelandskerkjes met hun idyllische kerkhoven en dat eigenaardige klokgelui. (Denk niet aan de Engelse woninginrichting.)
Ja, denk vooral aan dat eigenaardige klokgelui. Bijna nergens worden klokken geluid zoals dat in Engeland gebeurt. Haal er YouTube bij voor een goed voorbeeld. Kies de zoekterm ‘change ringing’ en je staat gelijk tot aan de knieën in de video’s die het wonderlijke gebeier laten horen. Het gros is educatief van opzet want de Britten weten zelf ook wel dat hun gebeier bijzonder is. Het stamt uit de zeventiende eeuw en is alleen daarom al het behouden waard. Er komt bij dat het donders ingewikkeld is.
Als er in Nederland luidklokken worden geluid dan luiden die min of mee lukraak door elkaar. Soms even in fase, dan weer een tijdje niet. Wij hier vinden dat mooi genoeg.
In Engeland klinken de klokken nooit tegelijk maar altijd achter elkaar. Soms hoor je de bekende do-re-mi-fa-so-la-ladder maar het kan tijdens hetzelfde gelui ook opeens andersom la-so-fa-mi-re-do zijn en meestal is het iets ertussenin. Als het de klokkenluiders menens is hoor je niet één keer dezelfde riedel. Binnen de riedel wordt elke klok gebruikt, maar nooit meer dan één keer en er zijn dus geen riedels met twee keer ‘re’ of twee keer ‘mi’. Dat zou ook niet kunnen want elke riedel duurt maar twee seconden, het maakt niet uit of hij door vijf of acht of tien klokken wordt samengesteld.
De doorslingerende klepel
Het is minder raadselachtig dan het lijkt. De slingertijd van de bescheiden klokken die voor change ringing worden gebruikt ligt rond de vier seconden. Zo lang duurt een complete gang heen en terug. In dat heen-en-weer slaat de doorslingerende klepel twee keer tegen de klok. (Een slowmotionvideo laat dat zien.) Het interval tussen de klepelslagen is dus twee seconden. Binnen dat interval moeten alle deelnemende klokken zich één keer laten horen.
De fysicus ziet een probleem: de kleine klokken die de hoge tonen voortbrengen slingeren wat sneller dan de grote, zware. Dat is zo, maar volgens een geraadpleegde deskundige scheelt het maar zo’n 10 procent. En de Engelse klokkenluiders kunnen de slingertijd een beetje bijsturen, daarin schuilt de clou van het change ringing. De Engelse klokken zijn zó opgehangen dat ze bij elke complete slingering een gang van 360 graden maken. In hun hoogste stand staan ze ondersteboven. Dit heet full circle ringing. Hier in Europa worden klokken vaak niet verder dan 70 graden uit de verticale stand getrokken, bij de Engelse klokken is dat dus 180 graden. In die hoge, ondersteboven-stand is de klok extra gevoelig voor de ingreep die versnelling of vertraging teweegbrengt. Voor elke klok ligt dat wat anders en daarom krijgt elke klok bij voorkeur zijn eigen luider.
Het is een heel karwei om een klok in regelmatige slingering te krijgen want het touw waaraan de klokkenluider trekt wikkelt zich hoog boven hem nogal ver rond het ‘klokkenwiel’. Nog moeilijker is het om in volmaakte harmonie met de andere klokkenluiders te werken, vooral als er veel klokken zijn. Dat aantal kan wel oplopen tot tien of twaalf. Bedenk dat het effect van de net genoemde ‘ingreep’ pas 2 seconden later klinkt.
Wat ‘wisselluiden’ zo hondsmoeilijk maakt is de swapping. Klokken die onmiddellijk voor of na elkaar tot luiden worden gebracht kan je in de tijd van plaats laten verwisselen door de vroege klok even wat tegen te houden en de late klok wat te versnellen. Het is gangbaar dat in een schema weer te geven. De klokken zijn altijd van hoog naar laag genummerd in de volgorde 1, 2, 3, 4 enz. Zijn er vier klokken dan kan een ‘riedel’ bijvoorbeeld worden weergegeven door 1-2-3-4. Laat je daarin twee klokken van plaats veranderen dan wordt dat 2-1-3-4 of 1-3-2-4 of 1-2-4-3. Klokken die in de aanvangspositie qua tijd wat verder uit elkaar staan, zoals 1 en 3 of 2 en 4, kunnen niet elkaars plaats innemen, daarvoor is het tijdverschil te groot. Dat is ook helemaal niet nodig want ook door uitsluitend naburige klokken te wisselen zijn alle denkbare ‘riedels’ (permutaties) mogelijk. Bij vier klokken zijn dat er 24, bij vijf klokken 120 en bij zes: 720. 720 wisselingen duren een half uur.
De uitdaging is alle denkbare permutaties zonder onderbreking achter elkaar te laten klinken zonder dat er één twee keer voorkomt. Menselijkerwijs is dat alleen mogelijk als vooraf overeenstemming is bereikt over het schema van de wisselingen en er zijn heel veel schema’s bedacht, sommige zijn al eeuwen oud. Lang niet alle schema’s hebben voldoende regelmaat om ze goed te kunnen onthouden, er is een complete wiskunde rond het wisselluiden ontstaan. Leuk: je kunt ook steeds twee stellen naburige klokken wisselen.
Buiten Engeland wordt maar op vier plaatsen in Europa aan change ringing gedaan: in het Vlaamse Ieper, in het Franse Vernet-les-Bains (Pyreneeën) en in Dordrecht. In de Grote Kerk wordt gewisselluid met 10 klokken, en het Klokhuis ernaast heeft 8 kleine klokken. We danken dit laatste aan beiaardier Jaap van der Ende die eind jaren zestig van wisselluiden bezeten raakte toen hij de detective The Nine Tailors van Dorothy L. Sayers had gelezen. In dat boek heeft het wisselschema een sleutelrol.