Nieuwe BunkerToren in Eindhoven is ode aan brutalistische betonbouw

Recensie

Architectuur Op het vervallen betonnen studentencentrum de Bunker verrees een kloeke woontoren met de uitstraling van een berg.

BunkerToren van architect Nanne de Ru en zijn bureau Powerhouse Company.
BunkerToren van architect Nanne de Ru en zijn bureau Powerhouse Company.

Foto Sebastian van Damme

Al van verre is te zien dat de BunkerToren in Eindhoven niet de zoveelste form follows finance-woontoren in Nederland is. Niet een simpele rechtopstaande balk met vier eendere rastergevels, maar een kloek, taps toelopend, honderd meter hoog gebouw met vier verschillende gevels.

Toch is de BunkerToren, ontworpen door Nanne de Ru en zijn bureau Powerhouse Company, niet ‘een trots ding waarvan elke centimeter omhoogrijst’, zoals de Amerikaanse hoogbouwpionier Louis Sullivan in 1896 een wolkenkrabber definieerde. Integendeel, de gevels van de BunkerToren hebben modernistische, horizontale ‘bandramen’ die het gebouw nog breder doen lijken dan het al is.

Ook in een ander opzicht wijkt de BunkerToren af van de gebruikelijke, armzalige hoogbouw in Nederland. De woontoren met 210 koop- en middelhoge huurappartementen in vele soorten en maten is geen solitaire dikke balk in de open ruimte, maar is versmolten met de Bunker, zoals Eindhovenaren het langgerekte, vroegere studentencentrum uit 1969 aan de President Kennedylaan noemen.

Toen de Bunker, een brutalistisch gebouw van de legendarische architect Hugh Maaskant (1907-1977) in 2017 in onbruik raakte, leek het vervallen, zwart vervuilde studentencentrum van béton brut (ruw beton) rijp voor de sloop. Maar als liefhebber van Maaskants robuuste, no nonsense-gebouwen als het Provinciehuis in Den Bosch maakte Nanne de Ru een plan voor nieuwbouw waarin de beeldbepalende delen van de Bunker behouden blijven.

De Bunker blijkt een van de topwerken van het Nederlandse brutalisme uit de jaren 1955-1980

De voet van de BunkerToren met een van de oude betonnen mastaba’s. Foto Sebastian van Damme

Mastaba’s

En dus rijst de BunkerToren nu omhoog op de plek waar eens de mensa was in het centrum voor de Eindhovense studentenverenigingen. Aan weerszijden wordt de woontoren omgeven door de oude betonnen mastaba’s (afgeknotte piramides) die van de Bunker zo’n opmerkelijk gebouw maken. Onder het complex is een parkeergarage gebouwd, zodat de desolate asfaltvlakte rondom het studentencentrum kon veranderen in een nu nog onvoltooid parkje aan de rand van de bloemkoolwijk Woensels Watermolen.

Nu de mastaba’s en de overige gespaarde delen van de oudbouw zijn verbouwd tot kantoren en woningen en het ruwe beton weer fris oogt, blijkt de Bunker een van de topwerken van het Nederlandse brutalisme uit de jaren 1955-1980, de betonstijl die de afgelopen jaren een opmerkelijke herwaardering heeft doorgemaakt.

Het eens zo grimmig ogende studentencentrum biedt tal van verrassende details. Zo lichten her en der knalblauwe en -oranje vlakken van mozaïektegeltjes op in het exterieur en steken er rare, nutteloos ogende muurtjes van korrelbeton uit de schuine gevels. In het beton zijn mooie patronen te zien: het zijn de afdrukken van het hout van de betonbekistingen die gebruikt zijn bij de bouw.

Ook het interieur biedt verrassingen na de renovatie waarvoor Maaskants oorspronkelijke ontwerp richtinggevend was. Zo oogt het restaurant met zijn met donkere latten beklede wanden én plafonds onverwachts als een gezellige skihut, compleet met een enorme open haard.

Ode aan Maaskant

Met zijn banden van ramen en granieten gevelbekleding is het exterieur van de BunkerToren onmiskenbaar een ode aan het werk van Maaskant. De ‘grootste architect van Nederland’ – Maaskant was ruim twee meter lang – gaf zijn kantoorgebouwen tenslotte bijna altijd bandramen.

Maar terwijl Maaskant nooit terugdeinsde voor meedogenloze monotonie en bijvoorbeeld de twee plompe torens van het World Fashion Centre langs de ringweg van Amsterdam steeds dezelfde bandramen gaf, heeft de stompe BunkerToren gevels met granieten banden die naar boven toe steeds smaller worden. Hierdoor hebben de appartementen op de bovenste van de 32 etages bijna geheel glazen gevels. En terwijl de granieten banden in de voorgevel de overhand hebben en zo de BunkerToren een tamelijk gesloten aanzien geven, domineren in de achtergevel juist de band-ramen. Zo is de BunkerToren een januskop geworden met twee verschillende gezichten.

Nieuw en oud vormen in de BunkerToren een prachtig neo-brutalistisch geheel. Dat komt niet alleen door de gevelbekleding van Spaans graniet dat bijna de kleur heeft van nieuw beton, maar ook door de onderbouw in de vorm van een gigantische mastaba.

Wie vlak voor de joyeuze ingang van de BunkerToren in de nieuwe mastaba omhoog kijkt, ziet de toren op zijn mooist. De drie bouwdelen van de toren op de mastaba-onderbouw zijn iets ten opzichte van elkaar zijn gedraaid en springen bovendien telkens iets terug. Hier, van onderen gezien, oogt de toren als een vreemde bergtop.


Lees ook een interview uit 2021 met architect Nanne de Ru: ‘Een goed gebouw zonder goede opdrachtgever bestaat niet’


Architectuur Bekijk een overzicht van onze recensies over architectuur