Niet bij het gebed in de moskee? Dan komen de Taliban even bij je thuis kijken

Nowruz, het Perzisch nieuwjaarsfeest eind maart, was dit jaar in Afghanistan een ingetogen bedoening. De Taliban, die het sinds augustus 2021 voor het zeggen hebben in het land, hebben het lentefeest als nationale feestdag geschrapt. Het is burgers niet verboden het zelf te vieren – maar met gedragsregels die steeds verder worden aangescherpt, durven mensen dat niet te uitbundig. En de ultieme domper dit jaar: de lente werd ingeluid, maar weer bleef een nieuw schooljaar voor meisjes en jonge vrouwen uit.

„Als er een aangewezen moment zou zijn om de scholen weer te openen voor alle leerlingen, dan is dat Nowruz”, stelt Graeme Smith, Afghanistan-analist voor de denktank International Crisis Group. De uitsluiting van meisjes en vrouwen uit het onderwijs vanaf de middelbare school, is in de afgelopen drieënhalf jaar symbool geworden voor het hardvochtige regime dat de Taliban in het Islamitisch Emiraat van Afghanistan hebben ingesteld. Sinds augustus vorig jaar, toen de machthebbers de derde verjaardag van hun machtsovername markeerden, hebben die gedragsregels een nog definitiever karakter. Op aangeven van de hoogste leider, Hibatullah Akhundzada, bracht het ministerie voor het Bevorderen van Deugdelijkheid en het Voorkomen van Ondeugd een moraliteitswet naar buiten.

In 35 artikelen is nu uiteengezet hoe Afghaanse burgers de sharia, de islamitische wet, volgens de Taliban moeten volgen. Vrouwen moeten volledig bedekt over straat, hun stem mag buitenshuis niet meer luid klinken. Winkels, bedrijven en reisbureaus moeten rekening houden met gebedstijden. Hoe is het dagelijks leven veranderd sinds de invoering van deze wet?

Paspoppen wier gezicht is bedekt in een etalage in Kabul in juli 2024.
Een vrouw in boerka loopt op straat in Kabul in januari 2024 langs een kapperszaak met bekladde gezichten van mannen.

Foto’s Wakil Kohsar/AFP

Controleposten

„Als ik de deur uitga, ben ik in opperste concentratie. Ik controleer mijn kleding – een lange jurk, is mijn haar goed bedekt? – en bedenk of mijn verschijning voldoet aan de verwachtingen van hoe vrouwen zich in het openbaar moeten gedragen”, vertelt Muzhgan (28) uit Kabul, waar ze woont met haar ouders en gezin van vijf broers en zeven zussen. NRC ontmoette de jonge vrouw in november 2023. Toen al moest Muzhgans vader haar vergezellen op reizen die ze maakte voor haar werk voor een internationale ngo, als verplichte mannelijke begeleider.

Tegenwoordig gebruikt ze het openbaar vervoer niet meer, om zo min mogelijk last te hebben van controlerende blikken, van medepassagiers en Taliban-leden. Begin dit jaar werd duidelijk dat ze haar baan, waarop ze zo trots is geweest, gaat verliezen nadat de regering heeft gedreigd ngo’s met vrouwelijke werknemers te sluiten.

Als ik de deur uitga, ben ik in opperste concentratie. Ik controleer mijn kleding – een lange jurk, is mijn haar goed bedekt?

Muzhgan
inwoonster Kabul

Internationale organisaties proberen vaak hun personeel aan het werk te houden, ook vrouwen, maar kunnen niet openlijk toegeven dat zij tegen de regels van de autoriteiten ingaan. In de private sector hebben vrouwen meer ruimte om te werken, stelt Smith op basis van een recent, nog te publiceren, onderzoek van de International Crisis Group. „Afghaanse vrouwen deden altijd al liever zaken met andere Afghaanse vrouwen. Er is een dienstensector ontstaan waarin vrouwen diensten aan elkaar verlenen.”

Muzhgan voelt zich thuis opgesloten, maar naar buiten gaan voelt als risicovol. „In de stad zijn de Taliban zichtbaar aanwezig, vooral rond controleposten. Mensen merken hen daarbuiten misschien niet altijd op, maar ze patrouilleren ook in andere delen van de stad op straat. Meestal kun je Taliban-leden herkennen aan hun traditionele Afghaanse kleding, of ze dragen wapens.”

Een vrouw in boerka loopt op een markt in Kabul langs ballonnenverkopers, afgelopen januari.
Taliban bij een moskee tijdens Suikerfeest, het einde van de Ramadan, op 30 maart.

Foto’s Wakil Kohsar/AFP, Ahmed Sahel Arman/AFP

De Taliban-leden spreken burgers aan op de naleving van gedragsregels of om persoonsdocumenten te controleren. „Dat gaat meestal best beleefd, maar ik heb ook meegemaakt dat ze heel streng zijn. Dat hangt allemaal af van de situatie en de stemming van de Taliban die tegenover je staat.”

Hoe ze dan haar dagen doorbrengt? Het liefst zit ze met haar zussen in de woonkamer. Ze kijken films en lezen, ze volgen online Engelse les. Ze kletsen over hun „verlangens om buiten Afghanistan te reizen, waar we weer kansen hebben. In dat soort gesprekken lijkt het leven nog een beetje normaal.” Muzhgan kon haar school afmaken; enkele jongere zussen werden na de schoolsluitingen door de Taliban naar huis gestuurd. „Ik gun mijn zussen dat ze ook leren denken over mooie toekomstbeelden.”

Maar ook binnenshuis is de sfeer nu regelmatig gespannen. Vanwege eerder werk van Muzhgan in de Afghaanse media – ze zou graag verder werken in de journalistiek – weet de familie de ogen van handhavers van het ministerie van Deugdelijkheid op zich gericht. In de moraliteitswet is bepaald dat speciale ambtenaren (zogeheten muhtasib) toezicht houden op naleving. In de wet zijn ook straffen opgenomen – tot detentie van drie dagen – die kunnen worden opgelegd bij overtredingen.

Bij het gezin kwamen al controleurs aan de deur. Dat is behoorlijk intimiderend, stelt Muzhgan. „De handhavers zeggen dat ze het recht hebben binnen te komen, ze ondervragen ons over onze bezigheden en kunnen specifieke eisen stellen met betrekking tot onze kleding of gedrag.”


Lees ook

deze reportage uit Kabul in december 2023

Souvenirs uit Chicken Street, Kabul, bleven in trek bij telkens ander publiek.

Ook voor mannen

Sinds de invoering van de moraliteitswet zijn voorschriften nog verder aangescherpt. Een verbod op het volgen van medische opleidingen voor vrouwen, zoals verlos- en verpleegkunde, veroorzaakte internationaal een nieuwe golf van verontwaardiging. Mensenrechtenorganisaties stellen dat in Afghanistan een ‘gender-apartheidsregime’ heerst, waarin vrouwen amper mogen deelnemen aan het openbare leven.

Wat in die internationale reacties op de deugdenwet minder aan bod kwam, is dat die ook mannen meer restricties oplegt. Eerder konden zij zich nog redelijk vrij bewegen, zeker in de stedelijke gebieden, nu houden de handhavers van het ministerie toezicht op hun moskeebezoeken en hun baardlengte (minstens een vuist). Het is hun verboden om „niet-moslims te imiteren in uiterlijk of gedrag”, zo staat te lezen in een vertaling van de wetsartikelen. Het betekent in de praktijk dat mannen geen korte kapsels hebben en geen spijkerbroeken dragen. Vastgelegd is ook dat mannen niet naar andere vrouwen mogen kijken dan hun eigen echtgenotes, of vrouwelijke familieleden.

Het feit dat Taliban nu ook het gedrag van mannen strenger reguleren, kwam voor een deel van de mannen als een „shock”, zo tekende The Washington Post op in september, op basis van gesprekken met Afghaanse mannen. De geïnterviewden stelden dat de nieuwe wet hinderlijk is voor de economie: taxichauffeurs vertelden bijvoorbeeld dat ze vaker moeten stoppen omdat hun passagiers gecontroleerd worden. Als vrouwelijke klanten zonder begeleider instappen, worden de chauffeurs beboet.

Een enkeling vertelde de Amerikaanse krant dat hij het betreurde dat hij niet eerder had geprotesteerd: misschien zouden de autoriteiten nu niet zo ver zijn gegaan als de vrijheidsbeperking van vrouwen niet al maatschappelijk tegengas had opgeroepen.

Vrouwelijke Afghaanse journalisten bedekten hun gezicht met een mondkapje tijdens een persconferentie in Kabul op 19 september 2024.
Foto Wakil Kohsar/AFP

Sim-kaarten staan op naam

Muzhgan communiceert via WhatsApp en e-mail. Bellen doet ze liever niet over de telefoon. De angst dat de GDI, de inlichtingendienst van de Taliban, telefoons tapt, bestaat al langer. Afghaanse SIM-kaarten staan geregistreerd op naam en woonplaats zodat de overheid weet wie wat online doet. Communicatie via internet, is het idee, is nog het veiligst.

De Taliban lijken strenger te worden in hun controle, en daarvoor steeds geavanceerdere technieken aan te wenden. Vorige maand installeerde de politie van Kabul een netwerk van 90.000 bewakingscamera’s: in de hele hoofdstad worden de bewegingen van burgers gevolgd, kentekens geregistreerd en gezichten gedetecteerd. Aan de BBC vertelde een woordvoerder dat de surveillance gebruikt wordt voor criminaliteitsbestrijding. De bewakingsbeelden zouden niet gedeeld worden met andere overheidsinstanties. Maar het lijkt aannemelijk dat de camera’s ook worden aangewend om te controleren of burgers de gedragsregels van de moraliteitswet wel volgen.

„Het is zo moeilijk als je niet kunt inschatten hoe je gedrag wordt geïnterpreteerd of wie zich daarmee wil bemoeien”, ‘verzucht’ Muzhgan in november, als de nieuwe moraliteitswet drie maanden van kracht is.

Onderling wantrouwen

Het is een zorgwekkende ontwikkeling, volgens de VN-rapporteur voor Afghanistan, Richard Bennett. In zijn jaarlijkse rapportage aan de VN-vergadering schreef hij in februari dat de nieuwe moraliteitswet „een alomtegenwoordig klimaat van angst versterkt”. Ook voedt die de angst door „buren, collega’s, of zelfs familieleden te worden aangegeven voor echte of vermeende overtredingen”. Bennett constateert dat steeds meer burgers aan zelfcensuur lijken te doen.

De gevoelde angst voor repercussies en het risico dat ‘belastende’ communicatie gecontroleerd wordt, vormen een obstakel voor informatievergaring, het checken van feiten of het verwijzen naar nieuwe bronnen in het land, merkt ook NRC. Daar komt bij dat een aanzienlijk deel van de bevolking waarschijnlijk helemaal niet in contact wil komen met (buitenlandse) journalisten. Veel burgers, ook vrouwen, steunen de Taliban, brengt ICG-analist Graeme Smith in herinnering. Na jaren van oorlog willen zij zich richten op wederopbouw – en blijven ze fel gekant tegen invloeden van buitenaf.

De reële impact van de moraliteitswet in Afghanistan is waarschijnlijk een stuk gecompliceerder dan naar buiten komt, aldus Smith. „Deels komt dat doordat de Taliban hard willen overkomen. Terwijl de organisaties die werken aan vrouwenrechten, hun punt tégen de Taliban willen maken. Gewone vrouwen, die hun hijab dragen en de checkpoints door willen komen op weg naar hun werk, gaan geen persconferentie houden. Zij proberen zo min mogelijk aandacht te trekken.”

Vrouwenonderwijs

Hoewel er steun is voor de Taliban, baart het verbod op vrouwenonderwijs de Afghanen wél zorgen, zo blijkt bijvoorbeeld uit een recente enquête van het gezaghebbende Afghanistan Analyst Network (AAN). Het stuit veel burgers tegen de borst dat ambtenaren nu meer macht hebben over het privé- en familieleven. De controles op het gedrag van vrouwelijke familieleden, of huiszoekingen, schenden ook de traditionele familiewaarden waarin de man de beschermer van het gezin en de vrouwen daarin is.

Een deel van het gemor komt inmiddels uit de Taliban zelf, al uiten critici zich zelden in het openbaar. De moraliteitswet komt uit de koker van de zogeheten emir, religieus voorman Akhundzada. Hij zetelt in Kandahar, traditioneel het bolwerk van de organisatie. Andere leden, die zich aansloten bij de strijd tegen de internationale troepenmacht, hebben een andere achtergrond. Dit jongere kader groeide deels op buiten Afghanistan en werd blootgesteld aan het leven in grote steden, inclusief schoolgaande vrouwen.

Wat de Taliban echt verenigt, is de haat voor bemoeienis van buitenaf

Graeme Smith
International Crisis Group

In Kabul, waar de ministeries gevestigd zijn, lijken sommige ministers flexibeler te willen zijn. In januari verliet een hooggeplaatste functionaris van Buitenlandse Zaken het land, nadat hij zich kritisch had uitgelaten over Akhundzada’s onderwijsverbod voor vrouwen en meisjes. Volgens de Taliban betrof het een gepland familiebezoek, maar de timing was saillant; het leek alsof de functionaris na zijn kritiek de wijk nam.

Volgens Smith zouden juist de ingevoerde strikte sociale normen en de zware inperkingen van vrouwen, ervoor kunnen zorgen dat de eenheid van de Taliban en het regime onder druk komt te staan. „Er zou een soort overlevingsinstinct kunnen optreden”, stelt hij. Simpelweg omdat sommige Taliban-leden zich zullen realiseren dat het volledig uitsluiten van vrouwen – in de zorg, bijvoorbeeld – op termijn onmogelijk volgehouden kan worden. „Maar het lastige is: wat de Taliban echt verenigt, is de haat voor bemoeienis van buitenaf. Dus druk uitoefenen op het punt van de vrouwenrechten zal waarschijnlijk weinig uithalen.”

Afghaanse jongens lopen in Kabul langs een muurtekening van een vrouw met verminkt gezicht en de tekst „Vrede is voor mij het recht om te stemmen”, op 16 oktober 2024.
Foto Wakil Kohsar/AFP