Zoals elke oorlog kampt ook Trumps handelsoorlog met fog of war. Drie weken na zijn oorlogsverklaring in de Rozentuin van het Witte Huis is de situatie onoverzichtelijk. Hoeveel gebied hebben de ‘vijanden’ van de VS prijsgegeven? Heeft de aanvaller zelf al zijn eisen verlaagd? Kortom, wat heeft het heffingenoffensief tot nu toe opgeleverd, afgezien van onzekerheid over toekomstige handelsstromen?
De regering-Trump had de ambitie om negentig deals in negentig dagen te sluiten. In de Amerikaanse pers wordt in twijfel getrokken of ze dat gaat halen. Kort na de aankondiging van de heffingen schortte Trump invoering ervan negentig dagen op om landen een kans te geven om met Washington in gesprek te gaan.
Volgens Trump hebben zich inmiddels negentig landen gemeld die willen onderhandelen. Alleen al deze week stonden gesprekken met 34 landen op de planning. 18 landen hebben schriftelijke voorstellen gepresenteerd. „Er is veel vooruitgang geboekt”, zei woordvoerder Karoline Leavitt . De onderhandelaars werken „op Trump speed”. Voor zover bekend zijn er nog geen gesprekken afgerond.
Overleg over handelsakkoorden is altijd gecompliceerd. Onderhandelingen duren al snel langer dan een jaar en dan gaan er ook vaak nog eens jaren voorbij voordat de afspraken van kracht worden.
EU wil duidelijkheid na aanbod
Nu lijkt een extra moeilijkheid te zijn dat de VS niet altijd exact weten wat ze willen. Eurocommissaris Valdis Dombrovskis (economie) zei deze week dat „meer duidelijkheid over de verwachtingen aan Amerikaanse kant” gewenst is. De EU, zei hij op een conferentie in Washington, heeft een aantal voorstellen gedaan, maar daar nog geen duidelijke feedback op gekregen.
Al snel na Trumps invoerheffingen-show ging veel aandacht uit naar Japan, dat vooraan in de rij stond om gesprekken te beginnen. Onderhandelingen met Tokio werden gezien als testcase. Maar de Japanse onderhandelaar vertrok vorige week uit Washington zonder akkoord en de Japanse premier sprak deze week nog eens openlijk zijn zorgen uit over de eisen die de VS stelden.
De VS hebben Japan gedreigd met invoerheffingen van 24 procent, maar die zijn, zoals alle zogenaamde ‘wederkerige’ heffingen, uitgesteld tot begin juli. Daarnaast is het ‘basistarief’ van 10 procent dat voor elk land geldt ook voor Japan van kracht én de Japanse auto-industrie kijkt tegen een speciale autoheffing van 25 procent aan. Daarnaast hebben de twee landen onenigheid over de koers van de yen.
Trump bemoeide zich vorige week persoonlijk met de onderhandelingen met Japan en schreef na afloop op sociale media dat er ‘big progress’ was geboekt. De gesprekken gingen volgens Trump niet alleen over invoerheffingen. Ook de vergoeding die Japan moet betalen voor de aanwezigheid van Amerikaanse militairen zou ter sprake zijn gekomen.
Vicepresident JD Vance was deze week optimistisch na een bezoek aan premier Narendra Modi van India. Ze kwamen doel en structuur van een toekomstig handelsakkoord (terms of reference) overeen. Met andere woorden: ze legden de basis voor verdere gesprekken. India hoopt de handel met de VS tussen nu en 2030 te verdubbelen. Vance wil dat India onder andere meer wapens van de VS koopt.
Gesprekken met de grote concurrent China lijken nog niet echt op gang te zijn gekomen. De VS hebben gedreigd een invoerheffing van 145 procent afgekondigd, waarop China met een tarief van 125 procent reageerde. Trump zou liefst direct met Xi Jinping onderhandelen, heet het, maar die wil pas persoonlijk het gesprek openen als de contouren van een deal op tafel liggen.
Wel probeerde Trump deze week de druk enigszins van de ketel te halen met de opmerking dat de heffingen voor China na onderhandelingen zeker lager zullen zijn, maar dat ze niet tot nul zullen dalen. Minister van Financiën Scott Bessent zou handelsbesprekingen met China omschreven hebben als ‘ploeteren’, maar ook hij is ervan overtuigd dat de twee nader tot elkaar kunnen komen.
In Brussel was men vorige week, na een harmonieus verlopen bezoek van de Italiaanse premier Meloni aan Trump, enigszins opgelucht. „Er zal een handelsakkoord zijn, 100 procent zeker”, had Trump bij die gelegenheid gezegd. Hij zei er voor de zekerheid bij dat het wel een fair akkoord moest worden en dat hij geen haast had.
Europese tegenmaatregelen
De gesprekken tussen de VS en de Europese Unie lijken nog niet echt te vlotten. De EU had gedreigd met tegenmaatregelen, maar heeft die ook opgeschort tijdens de onderhandelingen. Europa heeft onder andere voorgesteld om de wederzijdse heffingen op industriële goederen te reduceren tot nul en aangeboden om meer lng in de VS te kopen. Commissaris Dombrovskis onderstreepte in Washington fijntjes dat volgens Brusselse berekeningen de economische schade voor de EU véél kleiner is dan voor de VS. Of dat betekent dat de EU vindt dat tijd in het voordeel van Brussel werkt, wilde hij tijdens een publiek interview niet zeggen.
Namens de EU worden de onderhandelingen geleid door commissaris voor handel Maros Sefcovic. Trump en Commissievoorzitter Ursula von der Leyen hebben sinds Trumps aantreden nog geen contact gehad.
De relatie tussen de twee belangrijke handelspartners is er woensdag overigens niet meteen eenvoudiger op geworden doordat de EU Apple en Meta in totaal 700 miljoen euro boete oplegde omdat ze een nieuwe Europese wet voor grote techbedrijven overtreden hebben. Trump, die een hekel aan de Europese Unie heeft, had eerder al kritiek geuit op de Digital Markets Act. Analisten gingen ervan uit dat de EU veel lagere straffen had opgelegd dan onder de nieuwe wet mogelijk zijn om de relatie niet nodeloos onder druk te zetten.
Zoals elke oorlog kampt ook Trumps handelsoorlog met fog of war. Drie weken na zijn oorlogsverklaring in de Rozentuin van het Witte Huis is de situatie onoverzichtelijk. Hoeveel gebied hebben de ‘vijanden’ van de VS prijsgegeven? Heeft de aanvaller zelf al zijn eisen verlaagd? Kortom, wat heeft het heffingenoffensief tot nu toe opgeleverd, afgezien van onzekerheid over toekomstige handelsstromen?
De regering-Trump had de ambitie om negentig deals in negentig dagen te sluiten. In de Amerikaanse pers wordt in twijfel getrokken of ze dat gaat halen. Kort na de aankondiging van de heffingen schortte Trump invoering ervan negentig dagen op om landen een kans te geven om met Washington in gesprek te gaan.
Volgens Trump hebben zich inmiddels negentig landen gemeld die willen onderhandelen. Alleen al deze week stonden gesprekken met 34 landen op de planning. 18 landen hebben schriftelijke voorstellen gepresenteerd. „Er is veel vooruitgang geboekt”, zei woordvoerder Karoline Leavitt . De onderhandelaars werken „op Trump speed”. Voor zover bekend zijn er nog geen gesprekken afgerond.
Overleg over handelsakkoorden is altijd gecompliceerd. Onderhandelingen duren al snel langer dan een jaar en dan gaan er ook vaak nog eens jaren voorbij voordat de afspraken van kracht worden.
EU wil duidelijkheid na aanbod
Nu lijkt een extra moeilijkheid te zijn dat de VS niet altijd exact weten wat ze willen. Eurocommissaris Valdis Dombrovskis (economie) zei deze week dat „meer duidelijkheid over de verwachtingen aan Amerikaanse kant” gewenst is. De EU, zei hij op een conferentie in Washington, heeft een aantal voorstellen gedaan, maar daar nog geen duidelijke feedback op gekregen.
Al snel na Trumps invoerheffingen-show ging veel aandacht uit naar Japan, dat vooraan in de rij stond om gesprekken te beginnen. Onderhandelingen met Tokio werden gezien als testcase. Maar de Japanse onderhandelaar vertrok vorige week uit Washington zonder akkoord en de Japanse premier sprak deze week nog eens openlijk zijn zorgen uit over de eisen die de VS stelden.
De VS hebben Japan gedreigd met invoerheffingen van 24 procent, maar die zijn, zoals alle zogenaamde ‘wederkerige’ heffingen, uitgesteld tot begin juli. Daarnaast is het ‘basistarief’ van 10 procent dat voor elk land geldt ook voor Japan van kracht én de Japanse auto-industrie kijkt tegen een speciale autoheffing van 25 procent aan. Daarnaast hebben de twee landen onenigheid over de koers van de yen.
Trump bemoeide zich vorige week persoonlijk met de onderhandelingen met Japan en schreef na afloop op sociale media dat er ‘big progress’ was geboekt. De gesprekken gingen volgens Trump niet alleen over invoerheffingen. Ook de vergoeding die Japan moet betalen voor de aanwezigheid van Amerikaanse militairen zou ter sprake zijn gekomen.
Vicepresident JD Vance was deze week optimistisch na een bezoek aan premier Narendra Modi van India. Ze kwamen doel en structuur van een toekomstig handelsakkoord (terms of reference) overeen. Met andere woorden: ze legden de basis voor verdere gesprekken. India hoopt de handel met de VS tussen nu en 2030 te verdubbelen. Vance wil dat India onder andere meer wapens van de VS koopt.
Gesprekken met de grote concurrent China lijken nog niet echt op gang te zijn gekomen. De VS hebben gedreigd een invoerheffing van 145 procent afgekondigd, waarop China met een tarief van 125 procent reageerde. Trump zou liefst direct met Xi Jinping onderhandelen, heet het, maar die wil pas persoonlijk het gesprek openen als de contouren van een deal op tafel liggen.
Wel probeerde Trump deze week de druk enigszins van de ketel te halen met de opmerking dat de heffingen voor China na onderhandelingen zeker lager zullen zijn, maar dat ze niet tot nul zullen dalen. Minister van Financiën Scott Bessent zou handelsbesprekingen met China omschreven hebben als ‘ploeteren’, maar ook hij is ervan overtuigd dat de twee nader tot elkaar kunnen komen.
In Brussel was men vorige week, na een harmonieus verlopen bezoek van de Italiaanse premier Meloni aan Trump, enigszins opgelucht. „Er zal een handelsakkoord zijn, 100 procent zeker”, had Trump bij die gelegenheid gezegd. Hij zei er voor de zekerheid bij dat het wel een fair akkoord moest worden en dat hij geen haast had.
Europese tegenmaatregelen
De gesprekken tussen de VS en de Europese Unie lijken nog niet echt te vlotten. De EU had gedreigd met tegenmaatregelen, maar heeft die ook opgeschort tijdens de onderhandelingen. Europa heeft onder andere voorgesteld om de wederzijdse heffingen op industriële goederen te reduceren tot nul en aangeboden om meer lng in de VS te kopen. Commissaris Dombrovskis onderstreepte in Washington fijntjes dat volgens Brusselse berekeningen de economische schade voor de EU véél kleiner is dan voor de VS. Of dat betekent dat de EU vindt dat tijd in het voordeel van Brussel werkt, wilde hij tijdens een publiek interview niet zeggen.
Namens de EU worden de onderhandelingen geleid door commissaris voor handel Maros Sefcovic. Trump en Commissievoorzitter Ursula von der Leyen hebben sinds Trumps aantreden nog geen contact gehad.
De relatie tussen de twee belangrijke handelspartners is er woensdag overigens niet meteen eenvoudiger op geworden doordat de EU Apple en Meta in totaal 700 miljoen euro boete oplegde omdat ze een nieuwe Europese wet voor grote techbedrijven overtreden hebben. Trump, die een hekel aan de Europese Unie heeft, had eerder al kritiek geuit op de Digital Markets Act. Analisten gingen ervan uit dat de EU veel lagere straffen had opgelegd dan onder de nieuwe wet mogelijk zijn om de relatie niet nodeloos onder druk te zetten.
Het werd het „proces van de eeuw” genoemd. In 2021 begon in een zaal van de beroemde Vaticaanse musea het grootste strafproces wegens financiële misdrijven in de moderne geschiedenis van het Vaticaan. De rechtszaak draaide om een desastreuze investering in een Londens pand dat de Kerk tientallen miljoenen dollars had gekost. In 2023 kreeg kardinaal Giovanni Angelo Becciu, een topfiguur uit het Vaticaanse staatssecretariaat, 5,5 jaar cel wegens verduistering en fraude. Hij ging in beroep en houdt vol dat hij onschuldig is.
In 2013 werd Jorge Mario Bergoglio – paus Franciscus – als een grote hervormer binnengehaald. Binnen de Romeinse Curie – het bestuursapparaat van de paus – orde op zaken stellen, was fundamenteel voor de Argentijn, zeker op financieel vlak. Hij haalde het beheer van de Vaticaanse geldzaken weg bij het staatssecretariaat en droeg de coördinatie van tientallen financiële operaties over aan het nieuwe Secretariaat voor de Economie. „Ook de zuivering van het Instituut voor Religieuze Werken, in de volksmond de bank van het Vaticaan, was een succes”, zegt de Belgische theoloog en Vaticaankenner Emmanuel Van Lierde aan de telefoon. „De slechte rekeningen en beleggingen zijn eruit.”
De financiële controle van de dicasteries, de departementen van het Vaticaan, werd aangescherpt, en driemaal verlaagde de paus de lonen van de kardinalen. Dicasteries werden samengevoegd om geld te besparen, de deur naar externe financiering werd opengezet en een commissie moest het aantal donaties zien op te voeren.
Toch laat Franciscus de Curie in rode cijfers achter. „Ondanks al het bladgoud en marmer heeft een instituut als de Katholieke Kerk relatief weinig inkomsten. Het bezit van het Vaticaan is vooral vastgoed, en dat kost vooral geld”, zegt John L. Allen Jr., een Amerikaanse Vaticaan-watcher die over Kerk en Vaticaan twaalf boeken schreef, in Rome. „En met zo’n oud personeelsbestand is het Vaticaanse pensioenfonds een tikkende tijdbom. Ondanks Franciscus’ ingrepen en besparingen is het Vaticaan niet minder platzak dan voorheen.”
‘Homolobby’ en ‘nichterigheid’
In juni 2013, kort na zijn aantreden, zei de paus dat „men spreekt over het bestaan van een ‘homolobby’, die ook echt bestaat.” Tegelijk was Franciscus de eerste katholieke kerkleider die zo veel openheid toonde tegenover de lhbti-gemeenschap – beroemd zijn uitspraken als „homoseksualiteit is geen misdrijf”, en „wie ben ik om een oordeel uit te spreken?” Eind 2023 keurde hij de zegening van stellen van hetzelfde geslacht goed.
Het Vaticaan is niet minder platzak dan voorheen
Dat hij vorig jaar plots sprak over een sfeer van „nichterigheid in het Vaticaan” en het beter vond dat homoseksuele jongemannen niet beginnen aan de priesteropleiding, liet velen verward achter over Franciscus’ echte opvattingen. Volgens de Franse onderzoeker Frédéric Martel, auteur van het boek Sodoma – het geheim van het Vaticaan, was Franciscus homoseksuelen absoluut wel goedgezind.
Martels boek, over homoseksualiteit in het Vaticaan, is gebaseerd op gesprekken met priesters, bisschoppen en kardinalen. Martel vindt het woord „homolobby” niet goed gekozen, omdat het zou betekenen dat geestelijken openlijk homo zijn, wat vaak niet zo is, én de belangen van homoseksuelen zouden verdedigen. „Ik zag eerder het tegendeel. Wie zich in het Vaticaan sterk homofoob uitlaat, is juist zelf homo, terwijl wie homo’s aanvaardt zelf hetero is – zoals Franciscus”, zegt Martel tijdens een videogesprek.
Lees ook
Lees ook: Sobere plechtigheid voor paus Franciscus, bijgewoond door wereldleiders
Het woord „homolobby” roept verschillende interpretaties op. Volgens Van Lierde slaat het op een vriendjesclub van mannen die elkaars carrière een duwtje geven. Dat er veel homoseksuele priesters zijn in het Vaticaan en in de Kerk in bredere zin ziet hij als het gevolg van duizenden uittredingen van heteroseksuele priesters in de jaren zeventig. „Zij verlieten het priesterambt, gefrustreerd omdat het celibaat ondanks een grote hervormingsronde niet was afgeschaft.” Homopriesters bleven wél in de Kerk, in een tijd dat homoseksualiteit maatschappelijk nog veel minder werd aanvaard.
Omdat geestelijken niet alleen niet mogen trouwen maar hun seksualiteit ook niet mogen beleven, baden het Vaticaan en de Kerk in een sfeer van geheimhouding. Er heerst een diepgewortelde zwijgcultuur. „Daar zit de kern van het probleem”, zegt Martel. „Dat alles – ook onderling zeer verschillende zaken – jarenlang onder dezelfde stolp werd gehouden. Seksuele relaties tussen volwassenen, hetero of homo, maar net zozeer misbruik van minderjarigen. Voor de pausen Johannes Paulus II en Benedictus XVI was het allemaal even erg en zondig, en dus werd het toegedekt.”
Instituut in stand houden
Volgens Allen gebruiken de Italiaanse media „homolobby in het Vaticaan” om de zwijgcultuur te omschrijven van mensen die elkaars geheimen beschermen. „En dan kan het net zo goed slaan op een heteroseksuele bisschop met ergens een vrouw en een kind, of een geestelijke die Vaticaans geld afroomt om een luxevilla voor zijn familie in Sardinië te financieren.” De term ontstond al tijdens het pontificaat van Benedictus, zegt Allen, en sloeg toen vooral op homoseksuele geestelijken, maar was sindsdien aan inflatie onderhevig. „Als Franciscus sprak over ‘nichterigheid’, had hij het over die cultuur van elkaars geheimen toedekken.”
Franciscus kondigde tegen misbruik van minderjarigen een beleid van zero tolerance af. Maar misbruikers bleven de dans ontspringen, ook in zijn directe omgeving. „En als een bisschop vóór de pensioenleeftijd zijn ontslag krijgt, weten we niet waarom. Er is nog steeds geen transparantie”, zegt Van Lierde.
De drang om het instituut te beschermen, houdt hardnekkig stand
„De drang om het instituut te beschermen en te laten overleven, houdt hardnekkig stand”, beaamt Martel, die tegelijk pleit voor perspectief. „Franciscus zag het probleem tenminste – in schril contrast met Johannes Paulus II, die kindermisbruikers beschermde, en Benedictus XVI, die naïef was over misbruik in de Kerk.”
In vergelijking met wat in burgerrechtbanken van landen die de misbruikzaken behandelen gebeurde, is de balans van Franciscus wel vrij middelmatig, zegt Martel. „Maar je krijgt het nou eenmaal niet opgelost zonder het celibaat af te schaffen, getrouwde mannen en vrouwen ook te wijden en de homoseksualiteit van priesters te aanvaarden.”
Franciscus was een hervormer, die wilde planten zodat toekomstige kerkleiders kunnen oogsten, aldus de Turijnse krant La Stampa. Het is wachten op zijn opvolger voor nóg strengere normen tegen seksueel misbruik die ook worden afgedwongen, voor een gedecentraliseerde Kerk, afslanking van de Vaticaanse bureaucratie, en wie weet het vrouwelijke diaconaat, een stap waarvoor Franciscus de kerk „nog niet rijp genoeg” vond.
Naaimachines snorren in de fabriekshal van Flags Unlimited, een producent van vlaggen in de Canadese plaats Barrie, ruim een uur rijden ten noorden van Toronto. Stapels rood-witte Canadese vlaggen met het rode esdoornblad, de ‘Maple Leaf’, worden onophoudelijk door vouwmachines heen gevoerd. Een ploeg werknemers staat aan lange tafels om ze vervolgens in te pakken en in dozen te leggen voor distributie.
Het bedrijf zet alle zeilen bij om te voldoen aan de sterk gestegen vraag, zegt directeur verkoop Stephen Hendry. Die is de afgelopen maanden nagenoeg verdubbeld. „We draaien dag en nacht door, met extra werknemers, het is veel drukker dan normaal.” Komt allemaal door de Amerikaanse president Donald Trump, zegt hij met een wrange lach. „Elke keer dat hij zijn mond opendoet, verkopen wij meer vlaggen.”
Canada kent sinds enkele maanden een opleving van de nationale trots. In reactie op aanhoudende dreigementen van Trump – die een handelsoorlog heeft ontketend en herhaaldelijk de wens heeft uitgesproken Canada te annexeren als ‘51ste staat’ – uiten verontruste Canadezen op allerlei manieren hun liefde voor hun land en hun eigen identiteit.
Elke keer dat Trump zijn mond open doet, verkopen wij meer vlaggen
Bij wedstrijden tussen Canadese en Amerikaanse ijshockey- en basketbalploegen wordt het Canadese volkslied O Canadaoorverdovend hard meegezongen (en het Amerikaanse op boegeroep onthaald). Veel Canadezen mijden Amerikaanse producten. En ze hangen meer dan ooit de Canadese vlag uit.
„Het is een manier om in te gaan tegen Trumps retoriek”, zegt Matthew Hayday, hoogleraar Canadese geschiedenis aan de Universiteit van Guelph, aan de telefoon. „Canadezen zien zichzelf minder als patriottische vlaggenzwaaiers dan Amerikanen. Er bestaat een beeld van ons als heel beleefd, eerbiedig enzovoort. Maar de trots is er wel degelijk. En die komt nadrukkelijker tot uiting op momenten dat Canadezen het gevoel hebben dat ze worden verwaarloosd of bedreigd.”
In zijn straat hebben verschillende bewoners sinds een paar maanden de Canadese vlag uithangen, vertelt Hayday. „Er heerst een gevoel van hulpeloosheid, van niet weten wat we persoonlijk kunnen doen om deze dreiging vanuit de VS te stoppen. Tegelijkertijd willen we luid en duidelijk zeggen dat we die willen tegenhouden, en dat we willen dat onze leiders ons verdedigen.”
De productiehal van Flags Unlimited in Barrie, Canada. Foto Carlos Osorio/ReutersDemonstratie voor Canadese waarden bij het Canadese parlement, in reactie op uitlatingen van Trump. Foto Amber Bracken/Reuters
Nationale strijdkreet
Dat komt ook op andere manieren tot uiting. De Canadese acteur en komiek Mike Myers vatte het nationale gevoel samen bij de Amerikaanse televisieshow Saturday Night Live, waar hij regelmatig Trump-adviseur Elon Musk speelt. Aan het einde van een aflevering in maart droeg Myers een T-shirt met de slogan ‘Canada is niet te koop’. Ook hield hij zijn elleboog omhoog, wees erop met zijn andere hand, en zei in de camera – onhoorbaar door de eindtune, maar af te lezen aan zijn lippen – ‘Elbows up!” (ellebogen omhoog).
Die uitdrukking, afkomstig van de Canadese ijshockeylegende Gordie Howe, wil zoveel zeggen als: ‘Sta klaar om je fel te verdedigen’. Het werd direct een nationale strijdkreet. Myers verscheen in een advertentie met de Canadese premier Mark Carney, die zich in aanloop naar de verkiezingen van komende maandag opwerpt als de kandidaat met de beste papieren om Canada te beschermen tegen Trump. Beiden hielden hun ellebogen omhoog, en Myers droeg een hockeyshirt met het woord ‘Never’ boven rugnummer 51.
Carney’s Liberale Partij, die campagne voert onder het motto ‘Canada Strong’, lijkt het meest te profiteren van de vlaag van patriottisme in het land. De Liberalen gaan al weken aan kop in de peilingen, na een eerdere forse achterstand onder oud-premier Justin Trudeau, die begin januari zijn aftreden aankondigde. „President Trump probeert ons te breken, zodat Amerika ons kan bezitten”, aldus Carney bij een recente verkiezingsrally, tegen de achtergrond van een grote Maple Leaf. „Maar dat zal nooit gebeuren.”
Vlag bij bijeenkomst van de Liberale Partij in maart.Foto Blair Gable/Reuters
Geen blinde trots
De Canadese vlag als symbool van nationale identiteit is daarmee weer volledig opgeëist door centrum-linkse Canadezen – nadat die enkele jaren tot ver buiten de landsgrenzen sterk geassocieerd werd met rechtse ideologie. Dat kwam doordat aanhangers van het zogeheten ‘Freedom Convoy’, een protestbeweging van vrachtwagenchauffeurs tegen vaccinatiebeleid en andere coronamaatregelen, uitvoerig met Canadese vlaggen zwaaiden, ook bij hun wekenlange blokkade van hoofdstad Ottawa begin 2022. Voor hen was de vlag vooral een symbool van vrijheid.
Ook de Conservatieve leider Pierre Poilievre, die Canadese kiezers verandering belooft na tien jaar Liberaal bewind, staat bij zijn rally’s doorgaans voor een Maple Leaf. Maar het kost hem moeite om afstand te nemen van Trump, met wie hij zowel ideologisch als in stijl meer gemeen heeft dan Carney. Voor een deel van zijn achterban ligt de waarde die hij toekent aan de Canadese vlag dichter bij die van de truckers.
Lees ook
Lees ook: Canadese Conservatieven snakken naar verandering – maar Trump bemoeilijkt hun pad naar de macht
De vlag kan verschillende dingen betekenen voor verschillende mensen, merkt historicus Hayday op. Vlaggenzwaaiers van dit moment zijn vooral trots op het moderne Canada, een verzorgingsstaat met een zorgstelsel en individuele rechten die waarden als pluralisme en multiculturalisme hoog in het vaandel heeft. Het is geen blinde trots: ook smetten op de Canadese historie, zoals de omgang met inheemse bevolkingsgroepen, maken voor velen deel uit van het nationale bewustzijn.
Een fundament van de Canadese identiteit is echter bovenal dat Canadezen geen Amerikanen zijn. „Er is één ding dat iedereen bindt”, zegt Hayday, „en dat is dat ze geen deel uitmaken van de Verenigde Staten. Dat is ook iets dat Engelstalig Canada en Franstalig Canada met elkaar gemeen hebben.”
Reclamespot
Vanouds doen Canadese backpackers en wereldreizigers een Canadees vlaggetje op hun bagage: uit trots op hun land, maar ook om aan te geven: ‘Wij zijn geen Amerikanen, we komen in vrede’. Sommige Amerikanen doen hetzelfde als ze, reizend in Europa, vrezen de wind van voren te krijgen over hun president – iets wat in het verleden al gesignaleerd werd in de tv-serie The Simpsons.
Het gebruik werd ook aangehaald in een klassieke reclamespot van het biermerk Molson Canadian uit 2000, getiteld ‘The Rant’. De hoofdpersoon, een jonge Canadees in een geruit overhemd, somt daarin aspecten op die Canada onderscheiden van de VS. Steeds vuriger verkondigt hij hoe trots hij is op zijn land, voordat hij, verrast door zijn eigen passie, afsluit met een bescheiden ‘Thank you’.
Naar aanleiding van Trumps dreigementen maakte Jeff Douglas, de hoofdpersoon in de spot, vorige maand samen met anderen een vervolg, dat snel viraal ging. „Ze verwarren onze bescheidenheid met zachtmoedigheid, onze vriendelijkheid met instemming, ons land met een extra ster op hun vlag”, betoogt hij gedreven in de spot. „Zijn we perfect? Nee. Maar we zijn niet de 51ste wat-dan-ook!”
https://www.youtube.com/watch?v=_OzbmriDgQc
„We wilden tot uitdrukking brengen wat veel Canadezen bezighoudt”, zegt Douglas desgevraagd. „Canadezen zijn niet per se grote borstkloppers, maar dat we niet de 51ste staat zijn kunnen we met zelfverzekerdheid zeggen, zonder aarzeling of valse bescheidenheid. De boodschap is er een van soevereiniteit, en van respect daarvoor. Het respect dat wij aan andere landen betonen, verwachten we ook terug te krijgen.”
Als reactie op de video kreeg Douglas veel bedankjes, vertelt hij. Hij maakt een vergelijking met een aangeschoten, luidruchtige gast op een feest, die zich grof gedraagt en beledigende dingen zegt, terwijl andere feestgangers te beleefd zijn om er iets van te zeggen, of dat niet hun plaats vinden. „Totdat iemand zegt: ‘Wil je je kop houden, man?’ Daarna zegt iedereen: ‘Bedankt dat je dat zei’.”
Kentucky Bourbon
Canadezen tonen ook op andere manieren hun onvrede over Trumps dreigementen. In de meeste provincies zijn alcoholische dranken uit de VS, van Californische wijn tot Kentucky Bourbon, uit de schappen gehaald. En Canadese reizigers mijden hun buurland: boekingen van vluchten van Canada naar de VS voor de komende zomer zijn volgens OAG, een bedrijf dat luchtvaartgegevens analyseert, met 70 procent gedaald.
Vooral gepensioneerde Canadezen overwinteren in zuidelijke staten als Florida en Arizona, maar velen zijn dit jaar eerder teruggekeerd. „Ik ben altijd veel in de VS, altijd met het gevoel dat we vriendelijke buren waren”, zegt Leigh Johnston uit Montreal, die met haar man besloot een verblijf in Florida af te breken. „Opeens voelde ik me niet meer als een welkome buur, we voelden ons geïntimideerd. Dáárvoor gaan we niet op vakantie.” Volgend jaar laten ze Florida links liggen en gaan ze naar Mexico, zegt Johnston.
Er is één ding dat alle Canadezen bindt, en dat is dat ze geen deel uitmaken van de Verenigde Staten
Overigens ziet zij ook een lichtpunt: veel van haar landgenoten hangen nu de Canadese vlag uit, ook leden van haar Frans-Canadese schoonfamilie. In de overwegend Franstalige provincie Quebec is dat niet altijd vanzelfsprekend. „Als Trump iets goed heeft gedaan, is het dat hij Canadees patriottisme nieuw leven heeft ingeblazen.”
Amerikaanse bestemmingen, van Californië tot Maine, proberen inmiddels met boodschappen en campagnes Canadese bezoekers terug te halen. In het Californische Palm Springs zijn banieren opgehangen met Canadese vlaggen in de vorm van een hart. En bij protesten tegen Trump van Washington tot New Mexico, zwaaien sommige demonstranten met Canadese vlaggen als een symbool van verzet.
Bij Flags Unlimited draagt ook dat bij aan de toegenomen vraag, zegt Hendry op de productievloer. „We zien veel orders voor Canadese vlaggen vanuit de VS. Vanuit hun perspectief staat Canada voor openheid en vriendelijkheid en diversiteit, en dat willen ze steunen. Want dat is eigenlijk waar zij ook voor staan.”
Lees ook
Lees ook: Canadese consument koopt liever alleen nog Canadees: ‘We moeten Amerika in de portemonnee raken’
Canadees met paraplu en trui in de kleuren van de Canadese vlag, op weg naar een patriottische bijeenkomst.Foto Darren Calabrese/Reuters