Nederland voelt beknellend, zeggen de bezoekers van de Emigratiebeurs, Scandinavië is erg in trek

Reportage

Expo Houten ‘Rust, ruimte en natuur’, maar vooral weg uit Nederland. Dat willen de bezoekers van de Emigratiebeurs, die dit weekend wordt gehouden. En heel veel landen zoeken personeel.

De stand van Suriname op de Emigratiebeurs in Houten.
De stand van Suriname op de Emigratiebeurs in Houten.

Foto’s Mona van den Berg

Het is druk in de Scandinavië-hal in de Expo Houten. Warm. De grap dat het voelt als een sauna wordt een paar keer gemaakt.

‘Een wereld aan kansen’ is de titel die de jaarlijkse Emigratiebeurs meeheeft. Maar héél veel bezoekers – de organisatie verwacht er dit weekend in Houten 11.000 – willen weten wat Zweden, Noorwegen, Denemarken en Finland te bieden hebben. Het laatste land is met 45 man sterk aanwezig om het land aan te prijzen.

Posters met groene bossen. Video’s van heldere meertjes waarin je een duik kunt nemen. ‘Rust, ruimte en natuur’, is wat de emigranten zoeken. Leraren, verpleegkundigen, tandartsen, huisartsen, is wat de Scandinaviërs willen. Het Øsfold-ziekenhuis heeft een robothond lopen om hen naar zijn kraam te trekken. Gemeenten zeggen te zullen helpen met huisvesting of inburgering.

‘Vraag naar personeel is groot’

„De regio’s en landen zijn concurrenten van elkaar”, zegt Alexander van de Kerkhof, directeur van de Emigratiebeurs. De beurs wordt dit jaar voor de 25ste keer gehouden, en na drie jaar corona-lockdowns is in elk geval de belangstelling van de landen groot, vertelt hij. Net als in Nederland is de vraag naar personeel groot: „Canada zoekt 500.000 man.”

In de ‘verwegistan-hal’, zoals Van de Kerkhof het noemt, waar naast Canada ook de Verenigde Staten, Australië, Nieuw-Zeeland, en het Caribische deel van Nederland staan, hangen posters voor vrachtwagenchauffeurs, boeren, en – opnieuw – zorgpersoneel. Suriname zoekt investeerders en ondernemers.

Ook hier is ‘ruimte’ een veelgenoemd argument voor emigratie. De zussen Anne-Ruth (26) en Jacqueline (28) lopen er met hun echtgenoten rond. Het kan óf Canada worden óf Caribisch Nederland óf Zweden, zeggen Jacqueline en haar man Maarten, die liever geen achternamen geven. In het laatste land hebben ze al eens gewoond. Hij werkte er als gymleraar, zij in de zorg. Ze roemen het goede zwanger- en ouderschapsverlof. En Maarten zegt: „Je hebt hier natuurlijk de Veluwe, maar dat is niet echt wilde natuur.”

In Nederland, zegt Anne-Ruth van Erp, ook leraar, is „er te veel werkdruk en geen uitdaging, ik zit aan een lat”. Haar echtgenoot, Thijs van Erp, zegt: „Ik ben IT’er, ik kan overal wel werken.” Ze zijn hier om zich voor te bereiden. Zus Jacqueline: ,,Het is altijd een sprong in het duister, maar als je je voorbereidt dan kan je teleurstellingen voorkomen.”

Tim en Mandy Devilee.

We willen geen ‘Ik Vertrek-verhaal’ worden

Tim Devilee wil met zijn vrouw naar Zweden

Dat is ook waarom Tim en Mandy Devilee (beiden 27) uit „een klein maar toch druk dorpje” in de Betuwe hier zijn. Ze willen naar Zweden, hoe noordelijker en hoe meer natuur, hoe beter. Hij werkt als inkoper voor een brillenbedrijf, zij in de zorg. „Daarom zijn we hier, wat voor banen zijn er voor ons”, zegt Tim. „Het liefst vertrekken we morgen”, zegt Mandy. Tim: „Maar we willen geen ‘Ik Vertrek’-verhaal worden.”

Geen impuls-emigranten

Op de Emigratiebeurs komen geen impuls-emigranten zoals in dergelijke televisieprogramma’s te zien zijn, zegt Van de Kerkhof. Hij onderscheidt drie typen: degenen die al weten waar ze heen willen, een gerichte vraag hebben en naar de kraampje gaan van uitkeringsinstantie UWV (over pensioenen of uitkeringen), onderwijsinstantie DUO (over het omzetten van diploma’s) of het onderwijs voor de kinderen (de Wereldschool).

Roos Euson, Avril Bakker-Euson en echtgenoot Dick Bakker willen naar Sint Eustatius, waar de beide vrouwen vandaan komen.

Hieronder vallen Roos Euson (66) en haar nicht Avril Bakker-Euson (60). Ze willen een bedrijf opzetten in Sint Eustatius, waar ze vandaan komen. Tante werkt in de administratie, nicht in de palliatieve zorg en beiden regelen uitvaarten. En hoewel Sint Eustatius een Nederlandse gemeente is, moet er toch van alles geregeld. „Hoe zit het met de verzekeringen?”, is een van hun vragen.

Dan zijn er, zegt beursdirecteur Van de Kerkhof, degenen die weg willen, een regio in het hoofd hebben, en zich verder komen informeren. En dan degenen die weg willen, maar geen idee waarheen. „Dat zijn er niet zoveel. De meeste mensen denken een jaar of vier na voor ze emigreren”, zegt Van de Kerkhof. „En binnen twee jaar daar beslissen ze of het echt iets is of niet.” Dat hangt dan meestal af van de niet-werkende partner, weet hij. Heeft die zijn of haar draai gevonden, dan kan emigratie permanent worden.



Veel emigranten verhuizen niet naar de landen die hier staan. Uit cijfers van het CBS blijkt dat van de 173.469 mensen die vorig jaar emigreerden, het grootste deel naar België of Duitsland verhuisde. Bij de emigranten van wie minstens één ouder uit het buitenland kwam (13.802 van het totaal) stonden Turkije en Polen in de top-10.

Ton en Inge Koop hebben interesse in Spanje.

Makelaars

En Spanje is populair. Dat land is er wél – vooral vertegenwoordigd door makelaars. Ton en Inge Koop (beide 65) uit Dronten hebben net een foldertje gekregen met een nieuwbouwproject in Alicante. Niet dat ze dat willen. Inge, postbezorger, droomt van „een echt Spaans huisje”. „We genieten hier ook hoor, we gaan met Pasen met de camper naar Twente”, zegt ze. Ton, vuilnisophaler en sinds vrijdag met pensioen: „Ik denk dat de politiek hier wel te maken heeft met onze plannen. Eigenlijk ben ik het helemaal zat.” Hij heeft om die reden BBB gestemd, vertelt hij.

Ook voor Rob (40) en Safae (39) van Leeuwen is de Nederlandse politiek reden om „binnen twee jaar” te emigreren met met dochtertje Esraa (2,5). Rob, die auto’s importeert, zegt: „Ik ben wel klaar met Nederland.” Specifiek noemt hij belasting box 3, die het volgens hem „onmogelijk” maakt om te ondernemen. „Nederland is beknellend, in Spanje is het nog relaxed.”

Ze wijzen naar een poster van het huis dat in januari opgeleverd zal worden, en naar de kaart van de Costa Blanca: „Op tweeënhalf uur vliegen. Onze ouders hebben al drie maanden vakantie ingecalculeerd.”


Lees ookNederland te vol? Die vraag wordt al meer dan 70 jaar gesteld