Motiequotum van CDA kansloos. De Tweede Kamer houdt het liever bij goede voornemens

‘Motie-meter’, staat er op een wit bord in een van de kantoren van het CDA in de Tweede Kamer. Met daaronder een opsomming van Kamerleden en het aantal moties dat zij hebben ingediend. Het bord wordt wekelijks bijgehouden. Financieel woordvoerder Inge van Dijk voert de lijst aan met 21 moties.

Sinds april houden de christendemocraten de telling bij van een zelfopgelegd quotum. Per jaar mogen ze samen in totaal nog maar 155 moties indienen in de Tweede Kamer. Als het aan het CDA ligt komt er bij alle fracties zo’n bord te hangen. De partij wil de regels voor Kamerleden veranderen door een motiequotum verplicht te stellen. De rekensom die de partij daarvoor bedacht: alle fracties zouden recht hebben op 150 moties plus het aantal zetels dat ze in de Tweede Kamer hebben. Voor het CDA (5 zetels) is dat dus 155. Voor de PVV (37) zouden dat er 187 zijn. Bovendien pleit de partij ervoor dat fracties in totaal twee moties per debat mogen indienen.

Moties geven het parlement wat tanden en zorgen ervoor dat het parlement niet slechts blaft, maar soms ook bijt; geen parlementair lam, maar een parlementaire leeuw

Gidi Markuszower
Lid Tweede Kamer (PVV)

Het is een poging van de christendemocraten om een eind te maken aan de „doorgeschoten profileringsdrang” en „een permanente staat van hijgerigheid waar de Tweede Kamer van in de greep is geraakt”, aldus CDA-leider Henri Bontenbal deze donderdag in de grote debatzaal.

Al jaren wordt het aantal ingediende moties door Kamerleden gezien als probleem. In de afgelopen twee decennia worden er steeds meer ingediend. In het hele jaar 2014 werd er gestemd over bijna 2900 moties, in 2024 over zo’n 4000.


Lees ook

Uitspraken van de Tweede Kamer dragen bij aan de vernieuwing van de politieke cultuur

Henri Bontenbal (CDA) tijdens de laatste Algemene Politieke Beschouwingen in de Tweede Kamer. Foto BART MAAT

Explosieve stijging

Al in 2019 constateerde een commissie van Kamerleden die zich over het huishoudelijk reglement van de Tweede Kamer boog dat er een „explosieve stijging” van Kamermoties was. Er was, stelde de commissie onder leiding van toenmalig SGP-leider Kees van der Staaij vast, sprake van „overdaad”, wat er toe kon leiden dat het „politieke effect” van een motie kon afnemen. Maar het aanpassen van de regels vond de commissie toen nog geen goed idee. Dat zou de „rechten” van Kamerleden „aantasten.”

Vier jaar later was er volgens een andere commissie van Kamerleden, weer onder leiding van Kees van der Staaij, niets veranderd. Sterker: in 2022 werd een recordaantal moties ingediend. Volgens de Kamerleden zouden er twee mogelijkheden zijn: „Aanvaarden dat het terugdringen van het aantal moties vooralsnog niet is gelukt, of rigoureuzere maatregelen overwegen zoals het werken met quota.”

In het debat in de Tweede Kamer, deze donderdag, verwijst Bontenbal er meermaals naar. Het is geen CDA-idee, betoogt hij, het is de Kamer zélf die een quotum aan zichzelf adviseerde. Het CDA wil nu een „concrete stap” zetten.

‘Wapperen’ op sociale media

Maar bijna geen van de partijen voelt iets voor het CDA-voorstel. Ja, er is breed in de Kamer irritatie over moties die onzinnig zouden zijn, of overbodig. Die vragen om dure plannen, zonder dat er financiële dekking voor is. En vooral: moties die eigenlijk alleen bedoeld zijn om mee te „wapperen” op sociale media. In de Tweede Kamer klonk ook zelfreflectie: Kamerleden gaven toe dat ze zich – naar eigen zeggen maar af en toe – schuldig maken aan dit soort moties.

Maar een quotum?

Dat zou „de mogelijkheden van Kamerleden beperken”, aldus Michiel van Nispen (SP). Het heeft „invloed op de vrijheid van Kamerleden om te beraadslagen”, vond Laurens Dassen (Volt). „Moties geven het parlement wat tanden en zorgen ervoor dat het parlement niet slechts blaft, maar soms ook bijt; geen parlementair lam, maar een parlementaire leeuw”, zei Gidi Markuszower van de PVV. En Esmah Lahlah van GroenLinks-PvdA vreesde dat het met een motiequotum „een stuk lastiger voor een Kamerlid zou worden om de controlerende taak uit te voeren”. Meerdere Kamerleden vroegen zich bovendien af: wat als het maximum voor een fractie al in oktober bereikt is?


Lees ook

CDA wil het aantal moties sterk inperken. ‘Met bepaalde moties doe je vooral de groeten aan je achterban’

Een stemming in de Tweede Kamer over een motie.

Bontenbal bleef er op hameren dat er voor Kamerleden meer mogelijkheden zijn dan alleen moties om het kabinet ergens toe te bewegen. Dat kon toch ook in debatten, door toezeggingen van bewindspersonen? En, als het moest, via de media? De CDA-leider verwees verder naar parlementaire onderzoeken en enquêtes, waarin de Tweede Kamer zich steeds weer ook kritisch toonde over het eigen functioneren. „De kern van het probleem is dat deze Tweede Kamer teveel bezig is met profilering en te weinig met de controle van de regering en haar beleid”, aldus Bontenbal. Hij hield een pleidooi voor „slow politics”.

Voornemen: meer discipline

Hij wist alleen Joost Eerdmans van JA21 te overtuigen, die met één zetel in de Tweede Kamer 151 moties zou mogen indienen volgens het Bontenbal-quotum.

De rest van de Kamer houdt het bij een vrijblijvend voornemen om zelf meer discipline te tonen bij het indienen van moties. En ook: om elkaar vaker aan te spreken in de debatzaal van de Tweede Kamer als ze vinden dat ánderen een onnodige motie indienen.

Alternatieven voor het plan van het CDA kwamen er tot frustratie van Bontenbal niet. Waar het debat wel mee eindigde? Met zijn hoofd in zijn handen hoorde Bontenbal hoe Kamervoorzitter Martin Bosma tegen Joost Eerdmans moest zeggen dat hij zijn moties moest aanpassen. Het waren er twee.


Lees ook

Uitspraken van de Tweede Kamer dragen bij aan de vernieuwing van de politieke cultuur

Henri Bontenbal (CDA) tijdens de laatste Algemene Politieke Beschouwingen in de Tweede Kamer. Foto BART MAAT