Rusland heeft de Houthi-rebellen in Jemen met doelgegevens geholpen bij hun raketaanvallen op westerse schepen in de Rode Zee. Dat schrijft de Amerikaanse krant The Wall Street Journal, die zich onder meer baseert op informatie van twee Europese defensie-functionarissen.
De Houthi’s begonnen eind vorig jaar hun aanvallen na het begin van de Israëlische operatie tegen Hamas in Gaza. Tankers en containerschepen op de belangrijke route tussen het Suezkanaal en de Indische Oceaan waren volgens de door Iran gesteunde rebellengroep een legitiem doelwit als ze een vermeende connectie met Israël hadden.
Na het begin van de aanvallen zetten veel schepen hun zogeheten AIS-transponder uit zodra ze in de buurt van Jemen kwamen, waardoor gegevens over positie, koers en snelheid niet langer zichtbaar waren. Maar Rusland kon die gegevens uit geavanceerde satellietbeelden alsnog afleiden en zou deze via Iran hebben doorgespeeld, aldus de krant.
Militairen van de Islamitische Revolutionaire Garde, het Iraanse elitekorps, assisteren de Houthi’s bij het afvuren en besturen van door Iran geleverde raketten en drones. Sinds november vorig jaar zijn zeker honderd schepen aangevallen. Daarvan zijn er twee tot zinken gebracht en werd een schip gekaapt.
Twee westerse militaire operaties hebben tot doel om de internationale scheepvaart langs Jemen te beveiligen. Operatie Prosperity Guardian staat onder leiding van de Verenigde Staten en omvat onder meer een vliegdekschip. De andere, operatie Aspides, staat onder leiding van de Europese Unie, waaraan ook Nederland heeft bijgedragen met marineschepen en stafofficieren.
De krant zegt dat de Russische hulp aan de rebellen gezien moet worden als poging om het Midden-Oosten verder te destabiliseren en om de VS te dwingen zich daarmee zowel materieel als politiek bezig te houden, wat onder meer ten koste zou gaan van focus op de strijd in Oekraïne.
De Houthi’s hebben de afgelopen maanden verschillende keren geprobeerd Israël ook rechtstreeks aan te vallen met kruis- en andere raketten. Die werden merendeels onderschept door de Israëlische luchtverdediging en door Amerikaanse marineschepen. In september bereikte een Houthi-raket Tel Aviv, zij het zonder schade aan te richten.
Signaal aan Iran
De VS en Israël hebben Houthi-doelwitten in Jemen aangevallen. Vorige week vielen de VS daar ondergrondse wapenopslagen aan met onder meer hun strategische B-2 bommenwerper, die voor radar verminderd zichtbaar is. Dat was voor het eerst in Jemen, dat overigens niet over een effectieve radardekking zou beschikken. Ook hebben de VS daarbij mogelijk een bom ingezet die zeer diep in de grond kan doordringen voordat hij ontploft, de zogeheten GBU-57 Massive Ordnance Penetrator, bekend als bunker buster.
Die aanval is geïnterpreteerd als een signaal aan Iran. De bom is speciaal ontwikkeld tegen hoogwaardige, ondergrondse doelwitten, waaronder, zo wordt aangenomen, installaties van het Iraanse programma om een kernwapen te ontwikkelen.
Lees ook
Commandeur over Houthi-missie: ‘Oplossing van dit conflict ligt niet op zee, maar bij diplomaten’