Minister: kans groot dat staat uiteindelijk verlies lijdt op nationalisatie ABN Amro

De kans is groot dat de Nederlandse staat uiteindelijk verlies lijdt op de redding van ABN Amro (en Fortis Nederland) tijdens de kredietcrisis. Dat blijkt uit een brief die minister van Financiën Eelco Heinen (VVD) woensdagavond aan de Tweede Kamer heeft gezonden. Daarin meldt hij dat het belang van de staat in de bank is teruggebracht tot 40,5 procent.

Als de staat het volledige bedrag dat hij heeft uitgegeven aan de redding van ABN Amro wil terugverdienen, zou de koers van de bank moeten stijgen naar 31,49 euro, schrijft de minister. Het aandeel sloot dinsdag op 15,21 euro. Heinen vindt het „niet realistisch” dat zo’n ruime verdubbeling „op korte termijn bereikt zal worden”. De hoogste koers die ABN Amro sinds de herintrede op de beurs in 2016 bereikte, was iets onder de 28 euro, in 2018.

De Nederlandse staat is in totaal 27,8 miljard euro kwijt aan de redding van ABN Amro, rekent Heinen de Kamer voor. De redding zelf in 2009 kostte (minus de met winst verkochte verzekeraar ASR) 21,7 miljard euro. Om de overname te bekostigen, is de staat ook nog eens 6,2 miljard euro aan rentelasten kwijt geweest.

Daar staan inkomsten tegenover. Sinds de jongste verkoop, die in plukjes is uitgevoerd en met een prijs van circa 15 euro per aandeel 1,2 miljard opbracht, heeft de staat nu 10,9 miljard euro verdiend aan aandelenverkoop. De bank keerde daarnaast 6,3 miljard euro dividend uit aan de staat. Daarmee komen de totale ontvangsten op 17,2 miljard euro. Het verschil tussen inkomsten en kosten bedraagt zo 10,6 miljard euro. De marktwaarde van het minderheidsbelang dat de staat nog bezit, was bij het schrijven de Kamerbrief circa 5,1 miljard euro.

Het belang in ABN Amro zal hoe dan ook verder worden afgebouwd. De minister heeft NLFI, de stichting die de overheidsbelangen in financiële instellingen beheert, gevraagd opnieuw advies uit te brengen. Heinen: „De staat is geen belegger en investeert dus niet risicovol als daar geen publiek belang mee is gediend. Ik acht het dan ook onwenselijk om te wachten op een hogere koers. ABN Amro is in staatshanden gekomen om de stabiliteit van het financiële stelsel te borgen en niet als investering om rendement op te maken.”

Van de staat naar Italianen

Bij NLFI en Financiën zal met een argusogen gekeken zijn naar wat zich woensdag afspeelde rond de Duitse Commerzbank, tijdens de financiële crisis eveneens met staatsgeld ondersteund. Door onderhandse verkoop van een pakket aandelen door de staat heeft Commerzbank opeens een nieuwe grootaandeelhouder: UniCredit.

Die Italiaanse bank bezit nu 9 procent van de Commerzbank-aandelen, waaronder de volledige 4,49 procent die Duitsland zojuist verkocht. De bank heeft de Duitse toezichthouders gevraagd of ze haar belang tot boven de 10 procent mag verhogen.

De Duitse staat heeft nu nog 12 procent van Commerzbank in handen. Mogelijk is hij door de entree van UniCredit huiverig geworden om dat nog verder te verminderen, omdat daarmee een buitenlandse concurrent voor de eigen bankensector kan worden versterkt. UniCredit voert onder bestuursvoorzitter Andrea Orcel een agressieve overnamestrategie. Die bank ziet via een groter belang in Commerzbank wellicht een kans op sterkere concurrentie met Deutsche Bank, de grootste Duitse zakenbank. UniCredit heeft al een kleinere Duitse bank in handen, HypoVereinsbank. Commerzbank zelf zou overigens zelfstandig willen blijven, melden bronnen aan diverse media, al zou een gesprek met UniCredit „met open vizier” worden aangegaan.

Verrast

Tegenover de Duitse zakenkrant Handelsblatt verklaarde de Duitse regering verrast te zijn door de zet van UniCredit. De onderhandse verkoop van aandelen was gericht op institutionele beleggers. Waarschijnlijk had de Duitse staat liever aandelen verkocht aan pensioenfondsen en vermogensbeheerders, maar bood UniCredit simpelweg het meest.

In die onderhandse verkoop van aandelen in één blok schuilt het verschil met wat de Nederlands staat tot nu toe heeft gedaan – verkoop op de openbare markt in kleine plukjes. Ook daarbij kan één grote partij koper zijn, maar dat lijkt tot nu toe niet het geval geweest. Na de staat is de grootste aandeelhouder van ABN Amro nu Blackrock. Volgens het register van beurstoezichthouder AFM houdt deze internationale vermogensbeheerder een belang van onder de 4 procent. Begin dit jaar ging wel het gerucht dat Deutsche Bank een oogje had op ABN Amro, naast Commerzbank.

De Nederlandse staat vaart overigens wel bij de overnamegeruchten rond Commerzbank. Eveneens als veel andere bankaandelen profiteerde het aandeel ABN Amro van het nieuws dat er een internationale bankenfusie aan zou komen. Het aandeel sloot woensdag1,8 procent hoger. Dat scheelt toch weer wat in het verlies voor de schatkist.