Milieudefensie zet zijn klimaatzaak tegen ING door, ondanks de recente juridische nederlaag in een andere prominente klimaatzaak van de milieuorganisatie, tegen Shell. Sterker, Milieudefensie ziet juist nieuwe kansen in de zaak tegen ING als gevolg van dat arrest.
Dat zegt Milieudefensie-directeur Donald Pols in een interview met NRC. Deze woensdagavond heeft de milieubeweging een op een aantal belangrijke punten aangepaste aansprakelijkheidstelling neergelegd bij de bank, waarin verschillende ‘lessen’ uit het Shell-arrest zijn meegenomen, aldus Pols. Als de bank niet binnen vijf weken op de nieuwe eisen van Milieudefensie ingaat, bezorgen zijn juristen vlak daarna een dagvaarding bij ING. Dat zou het begin van een nieuwe grote klimaatzaak markeren.
Een jaar geleden kondigde Milieudefensie al aan de grootste bank van Nederland in het vizier te hebben voor een nieuwe klimaatzaak. De milieubeweging borduurde daarbij voort op een aanvankelijke overwinning in de rechtszaak tegen Shell. Shell werd in 2021 door de rechtbank in Den Haag verplicht zijn CO2-uitstoot uiterlijk in 2030 te hebben gereduceerd met 45 procent (ten opzichte van 2019).
In het hoger beroep in november dit jaar sneuvelde die uitspraak echter, omdat het Gerechtshof van Den Haag geen juridische basis zag voor zo’n specifieke reductieplicht voor een specifiek oliebedrijf. Een uniek internationaal precedent waarbij een bedrijf door de rechter verplicht werd om zijn uitstoot, en die van zijn klanten, fors te reduceren, werd daarmee voor een deel ongedaan gemaakt. Terwijl veel internationale klimaatzaken daarna mede op die eerste uitspraak gebaseerd werden.
Maar dat weerhoudt Milieudefensie niet om nu achter ING aan te gaan. Pols stelt dat zijn organisatie ook wel door moet blijven „vechten”, omdat de gevolgen van gevaarlijke klimaatverandering steeds ernstiger en zichtbaarder worden. „Kijk nu weer naar de bosbranden in Californië. Je raakt bijna verdoofd door al het slechte nieuws.” ING doet volgens hem tegelijkertijd juist steeds minder om die gevaarlijke klimaatverandering tegen te gaan. „Hun uitstoot gaat omhoog, terwijl ze zich zeggen te committeren aan het Klimaatakkoord van Parijs. Dan zou de uitstoot toch omlaag moeten gaan?”
Het hof heeft jullie eerdere overwinning tegen Shell voor een groot deel van tafel geveegd. Maar er lijkt bij jullie geen sprake te zijn van verslagenheid. Waarom zien jullie toch kansen in de ING-zaak?
„Op de inhoud is het hof eigenlijk voor 80 procent met ons meegegaan in de Shell-zaak. Het hof heeft veel van onze stellingen bevestigd. De raadslieden hebben gezegd: ik ben het met jullie eens, alleen kan ik de eis van 45 procent minder CO2-uitstoot niet toewijzen, omdat er in de wetenschap geen consensus is over zo’n eis voor een specifiek bedrijf. Die eis was eigenlijk te grofmazig.
„Op die fundering bouwen we nu de rechtszaak tegen ING. Onze basiseis is hetzelfde: ING moet voldoen aan de internationale klimaatafspraken en internationale klimaatwetenschap. Maar we hebben die algemene eis van de helft minder uitstoot nu meer specifiek gemaakt voor ING.”
Hoe dan?
„Doordat we onze algemene eis hebben aangevuld met fijnmazigere reductie-eisen voor specifieke sectoren waarin ING geld uitleent.” Milieudefensie maakt daarbij gebruik van scenario’s waarin wordt beschreven hoe verschillende economische sectoren, zoals de staal- en chemie-industrie, aan de doelstelling moeten voldoen om in 2050 tot netto-nul-uitstoot van broeikasgassen te komen. Met tussendoelstellingen in 2030, 2035 en 2040. Die scenario’s zijn door het Internationaal Energieagentschap opgesteld. Pols: „Dat is toch echt de wereldwijde autoriteit op dit gebied.” De eis is dat ING van haar kredietklanten in die sectoren eist om aan die scenario’s te voldoen. Zo niet, dan moet de bank afscheid van ze nemen.
In de eerdere brief aan ING, maar ook in de zaak tegen Shell, ging het om minder tussendoelen. Gaat Milieudefensie hiermee dan nog weer een stapje verder?
„Nee. Dit past in het besluit om onze eis fijnmaziger te maken en daarmee aan te sluiten op het arrest van het hof in de zaak-Shell.”
Bijna een jaar geleden stuurden jullie dus die eerste brief naar ING. U eiste toen: binnen acht weken moet ING actie ondernemen, anders gaan we een rechtszaak beginnen. Dat deed Milieudefensie echter niet. Nu komt er een aangepaste eis, inclusief nieuw ultimatum. Hoe weten we dat het nu wel menens is?
„Ik snap die vraag. Maar als ING nu niet ingaat op onze eisen, gaan wij echt heel kort daarna de dagvaarding versturen. We zijn alleen nog de puntjes op de i aan het zetten.”
Waarom heeft het een jaar geduurd?
„Dat heeft twee redenen. De eerste is dat we meer tijd nodig hadden om een goede dagvaarding te schrijven. Het is een nieuwe sector voor ons – een bank is echt iets anders dan een oliebedrijf. De tweede reden is dat wij tijdens het schrijven concludeerden dat het goed is om de uitspraak in de Shell-zaak af te wachten en daarna pas de dagvaarding te versturen. Zodat je de meest recente jurisprudentie hebt. Gezien het Shell-arrest was dat een wijs besluit.”
Het hof zei over jullie eis aan Shell om de uitstoot terug te dringen ook dat die niet effectief zou zijn. Omdat als Shell stopt met bepaalde activiteiten, andere oliebedrijven gewoon in het gat springen. Gaat dat bij ING niet ook gewoon gebeuren?
„Nee. Sowieso zijn we er niet van overtuigd dat je zo makkelijk de financieringen van ING kan overnemen. Om leningen te verstrekken, verzamelen banken veel informatie en doen ze uitgebreide risico-analyses. Dat is niet zomaar te vervangen. Je hoort dat ook wel van energiebedrijven: dat het echt moeilijk is om hun projecten gefinancierd te krijgen.
„Maar belangrijker: we zijn het niet eens met dit argument van het hof. Bedrijven mogen zich niet verstoppen achter het argument dat ‘als wij het niet meer doen, een ander het gewoon gaat doen’. Het gaat hier om onrechtmatig gedrag. Mag jij door rood licht rijden, omdat anderen dat ook doen? Als je dat argument laat bestaan, dan vervalt de hele rechtsstaat. Want dan gaat iedereen naar anderen wijzen in de rechtszaal.
„We voelen ons wat dat betreft ook gesterkt door eerdere uitspraken van de Hoge Raad. Die zegt vaak: het gaat er niet om of iets effect heeft op klimaatverandering. Het gaat erom of een partij onrechtmatig handelt.”
Dat klinkt alsof jullie alle argumenten al rond hebben voor het besluit of jullie in de zaak-Shell in cassatie gaan. De tijd dringt: jullie hebben nog maar vier weken voor een besluit daarover.
„We zijn nog niet zover. Zulke besluiten moet je zorgvuldig en weloverwogen nemen. Mijn ervaring is inmiddels dat als je dat niet doet, het je later weer in de staart bijt.”
Waarom zou u het niet doen?
„Je kunt ook kwijtraken wat je al binnen hebt. We zouden in cassatie bijvoorbeeld nog op andere punten kunnen verliezen. Shell zelf kan niet in cassatie. Zij kunnen alleen als wij in cassatie gaan nieuwe overwegingen aanbrengen.. Als wij niks doen, blijft deze uitkomst dus staan.”
Uiterlijk 12 februari moet u over Shell beslissen. U heeft ING een deadline gegeven van 20 februari. Heeft u de mensen en de middelen voor twee grote rechtszaken tegelijkertijd komend jaar?
„Wij hebben momenteel 6,3 miljoen euro klaarstaan voor klimaatzaken. We hebben zelfs in theorie geld voor drie rechtszaken.”
Wat ons betreft zijn deze rechtszaken een illustratie van een veel groter probleem. Dat is dat grote, multinationale bedrijven losgezongen zijn van alle vormen van democratie en regulering
Welke zaak is voor u belangrijker? Die tegen Shell of tegen ING? Shell is zelf een grote CO2-uitstoter, ING financiert weer heel veel bedrijven die allemaal CO2 uitstoten.
„Ze zijn van vergelijkbaar belang voor ons, want beide bedrijven hebben grote invloed op de economie en wij willen de economie als geheel veranderen. Maar het klopt: de impact van een reductieplicht voor ING kan verder reiken dan eentje voor Shell, omdat ING wereldwijd op grote schaal leningen verstrekt. Een reductieplicht werkt dan door in de hele economie en de financiële sector.”
Er was rond het arrest best wat maatschappelijk begrip voor het argument van Shell dat het oliebedrijf niet verantwoordelijk kan worden gehouden voor de uitstoot van klanten. Dat moeten die klanten zelf doen. Heeft u het sentiment nog wel aan uw zijde?
„Dat er een kantelend sentiment is, is een ‘gevoel’, niet meer dan dat. We gaan niet af op gevoel. Wij gaan af op feiten. We zien dat sinds de uitspraak van het hof rond Shell meer mensen ons financieel steunen. En zolang de maatschappelijke steun er is voor ons werk, blijven we dit werk doen.
„Wat ons betreft zijn deze rechtszaken een illustratie van een veel groter probleem. Dat is dat grote, multinationale bedrijven losgezongen zijn van alle vormen van democratie en regulering. Omdat de rechtsstaat nationaal geregeld is, en deze bedrijven internationaal opereren. Die uitdaging is veel prangender geworden met de groei van Big Tech, met de invloed van iemand als Musk in de Verenigde Staten. Wie heeft op KLM gestemd, wie op ING? Wie op Facebook of X?
„Niemand. En toch bepalen zij de toekomst van mij en mijn kinderen. Daarover hoeven ze geen maatschappelijke verantwoording af te leggen. Als wij als samenleving geen grip krijgen op het gedrag van grote bedrijven, dreigt er een nieuw feodaal stelsel. Bedrijven zijn daarbij de nieuwe adel. Dáárom willen we dit voor de rechter voorleggen.
„En die kan zeggen: tsja, er zijn geen regels voor dat soort grote bedrijven. Maar dat zou een recept zijn voor chaos en anarchie.”