Een intimiderende kloof, noemt de Britse singer-songwriter Michael Kiwanuka de vijf jaar tussen zijn laatste album, nog van vóór de pandemie, en zijn nieuwste, Small Changes, die vrijdag uitkomt. „Als je elk jaar een album maakt, surf je rustig verder op de volgende golf. Dan hoef je er niet echt over na te denken. Als er een kloof van jaren is, verandert alles om je heen en vooral jijzelf onherroepelijk.”
Is er een eenvoudige manier om uit te leggen waarom het zo lang duurde? Kiwanuka lacht. Oja, Nederland. Nog heel goed weet hij hoe we hier op festivals direct overstag gingen voor de beloftevolle zanger met het grofkorrelig stemgeluid in intieme popsoulliedjes. En directe vragen bij je interviews.
De pandemie allereerst natuurlijk, legt Kiwanuka uit. Hoe het leven toen vertraagde en hoe iedereen daar op eigen wijze mee moest om gaan. En, gaat hij verder, hoe muziek bij hem in golven komt. „Ik ben iemand die zijn leven opdeelt in vakjes: mijn privéleven, mijn muziekleven met de band en de shows, vrienden. Alles heeft zo zijn eigen plekje. Of dat nu handig is of niet, het duurt soms even voor ik bij het eigenlijke schrijven uitkom.” Niet dat hij ooit úít de muziek is. „Ik speel altijd graag gitaar, werk altijd wel aan liedjes. Maar de studio in en echt de moeite doen een album te maken, dat vergt 100 procent inzet. Dan vallen andere dingen weg.”
Een twintiger was Michael Kiwanuka toen hij als de BBC-sound van 2012 werd onthaald. Direct ging hij mee met Adele als voorprogramma. Zijn debuutplaat Home Again maakte indruk.
Maar een opvolger van de grond krijgen viel hem niet mee. Succes blokkeerde hem. En dat iemand ook maar een beetje geïnteresseerd zou zijn in zijn kleine akoestische liedjes, hield hij lang niet voor mogelijk.
Toch kwam in 2016 het sterke en emotioneel diepgaande Love & Hate.
Openhartigheid werd zijn catharsis. En de opvolger Kiwanuka was daar in 2019 het bewijs van. Het werd zijn beste plaat tot dan: schitterend geaard, zijn zalvende stem gedragen door rootsy en gospelrakende popsoul. De zanger was open en confronteerde ook in historisch en politiek verband.
Nu is Kiwanuka 37 jaar. Hij trouwde, kreeg twee kinderen – ze zijn vijf en zeven jaar. En hij verruilde het drukke leven in Londen voor het stillere havenstadje Southampton in het zuiden van het Verenigd Koninkrijk. „Er gebeurt daar helemaal níéts. En dat is precies het punt. En in anderhalf uur met de trein ben ik terug in Londen.” Het ingetogen maar wederom uitnodigende album Small Changes refereert in elf liedjes aan veranderingen in zijn kleinere, maar daardoor betekenisvollere leven. Kiwanuka voelt meer rust. En belangrijker: hij heeft gewonnen aan zelfvertrouwen.
In 2016 sprak je over hoe je de verlammende twijfel aan jezelf moest overwinnen.
„Ja. Ik kon weken werken aan één couplet op mijn akoestische gitaar. Maar ik maakte ideeën niet af. Zat vol zelftwijfel. En het ging malen in mijn hoofd. Het kwam er maar niet uit. Dat is gelukkig wel wat beter geworden. Al gaat het nooit helemaal weg denk ik. Je vraagt je telkens weer af of je op het juiste spoor zit.”
De oplossing voor je muziek, ontdekte je, zit ’m in samenwerking met de New Yorkse producer Danger Mouse en de Britse producer Inflo.
„Sinds Love & Hate helpen ze mij. Samenwerken leek me eerst doodeng. Maar in mijn eentje ga ik tobben. Ideetjes opgooien bij anderen helpt. Door meerdere meningen te horen, voel ik me gesteund en kan ik ineens knopen doorhakken.”
Dat tobben kan hij zich als vader van jonge kinderen ook niet permitteren. „En wat blijkt, ook dat pakt beter voor me uit. Bij Love & Hate verdronk ik in alle tijd. Ik zat daar maar te piekeren. Of ik zat de hele dag te klagen en bezorgd te zijn in de studio. Nu kan ik geen tijd verspillen. In de studio ben ik gefocust, dat is heel positief, en heel productief. Alles vloeit meer.”
Ging hij op zijn vorige album voor een volle sound, gelaagde orkestraties, een aangezette elektrische gitaarsound, Small Changes is muzikaal meer uitgekleed. De sound is romig sober. Al wordt hij in veel liedjes nog gedragen door strijkers. „Mijn vorige plaat ging ik voor een dik geluid met fuzzy gitaren, vele synthesizers en keyboards. Het was volgepakt met lagen en instrumenten. Dat leek me toen heel creatief. In mijn hoofd voelde ik bewijsdrang mezelf neer te zetten als een bredere artiest, die weer verrassend uit een andere hoek kon komen.”
Met Small Changes, vervolgt hij, was zijn motief het tegenovergestelde: gewoon zichzelf zijn. „Ik vaar op mijn intuïtie, in plaats van wat ik denk dat slim en cool zal overkomen. Ik heb te lang gevreesd dat mensen zouden denken dat het niet genoeg was.”
Dat levert openhartige teksten op. Is dat moeilijk?
Hij trekt zijn schouders op. „Ik weet niet hoe het anders zou moeten. Ik begin met schrijven vanuit een gevoel. Verdrietig. Kwetsbaar. Het is mijn methode om iets te verwerken. Zo deed ik het al voordat liedjes zingen en platen maken mijn werk werd.”
Als een dagboek, knikt hij. En zeker therapeutisch. Zijn getob kan leiden tot fraaie, eerlijke liedjes waarin hij zijn hart toont aan de buitenwereld.
„En dat is best eng”, vult hij aan. „Onthul ik niet te veel? Maar elke keer als ik daarover twijfel, blijkt dat precies het moment waarin ik de meeste verbinding maak met de luisteraar. In mijn liedjes, maar ook in interviews trouwens, realiseer ik me dat ook telkens weer, als je uit je hart spreekt, wordt het een goed gesprek. Makkelijk is het niet, belangrijk wel.”
Als je zwaar gemoed aanstipt, in bijvoorbeeld ‘Rebel Soul’ of ‘Lowdown’ geeft dat mensen ook een kans te zeggen: hé, ik ook.
„Klopt. Dat vind ik mooi. In ‘Lowdown’ keer ik zelfs helemaal terug naar mijn 21ste, terug naar het gevoel dat ik nergens bij paste, als een vis op het droge.”
Kiwanuka doelt op zijn Oegandese afkomst – geboren in Londen, opgegroeid in de witte middenklasse wijk Muswell Hill. Zijn roots zijn niet te missen, maar hij spreekt de taal niet en bezocht hij familie in Kampala, dan voelden zijn broer en hij zich outsiders. „Ik zong er al over in het liedje ‘Home Again’ en kan nog altijd in dat gevoel hangen, tussen twee werelden in.”
Maar er zijn boodschappen van liefde. „In ‘Stay By My Side’ is de boodschap eigenlijk: hoe moeilijk het leven ook is en je uitdaagt, en dat kan het echt zijn, dat weet ik, ík ga nergens naartoe. Iedereen heeft de neiging op te stappen als het zwaar en moeilijk wordt, dit liedje breekt daar doorheen.”
‘Live for Your Love’ draagt zijn persoonlijke spirituele reis uit. Dat voelt kwetsbaar. „Te geloven in een hemel, een afterlife, een god of hogere geest die over ons waakt, helpt mij. Erover zingen is eng. Want niet iedereen gelooft of is het ermee eens. Als ik ‘I love You’ zing, kan niemand dat tegenspreken.”
De vraag hoe hij zijn muziek ziet staan in relatie tot succes doet hem opveren. „Dat heb ik me eigenlijk nooit afgevraagd! En de waarheid is dat ik het niet precies weet. Het soort muziek dat ik graag maak, komt voort uit een soort struggle. Met succes lijken moeilijkheden op het oog te verdampen, omdat het leven, materieel gezien, comfortabeler wordt.”
Hij zag dat eens in een docu over rapper Jay-Z. Waarover moest die nog rappen toen het leven hem ineens toelachte? „Voor mij geldt: hoe meer intiem en kwetsbaar ik me opstel in liedjes, hoe meer het aanslaat en herkenbaar is. En succes is slechts buitenkant. De menselijke geest doet er altijd toe, dus dat is mijn focus.”