N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Reportage
Wielrennen Met de komst van Dylan van Baarle (30) is Jumbo-Visma in de voorjaarsklassiekers nog meer gebrand op succes. Bij zijn debuut bezorgde Van Baarle zijn nieuwe ploeg zaterdag de winst.
In een enorme loods aan de rand van het centrum van Gent hangt op de vroege zaterdagmorgen een opgewonden sfeer. Ouders wijzen hun kinderen dat ze moeten kijken, volwassen mannen met wielershirts in hun handen versnellen hun pas als ze de loods binnenstappen. Iedereen beweegt zich in dezelfde richting: naar de ploegbussen van de 25 wielerteams die keurig op een rij staan opgesteld, als museumstukken op een tentoonstelling.
Weldra zullen net buiten de loods de renners worden weggeschoten voor het begin van de Omloop Het Nieuwsblad, de eerste koers van het Vlaamse wielerseizoen en de officieuze opening van het klassieke voorjaar, met grote eendagswedstrijden als Milaan-Sanremo, de Ronde van Vlaanderen, Parijs-Roubaix en Luik-Bastenaken-Luik in het verschiet. Vandaar alle opwinding; hier zijn de renners die van ploeg zijn geswitcht, voor het eerst in hun nieuwe shirtje te bewonderen. Hier treffen de grote namen in het wielrennen elkaar voor het eerst dit jaar. Er zijn wel al koersen verreden in onder meer in het Midden-Oosten, „maar nu gaat het echt beginnen”, zoals directeur Richard Plugge van Jumbo-Visma het verwoordt.
De bus van de Nederlandse topploeg staat wat achteraf opgesteld in de loods, van alle ploegen bijna het verst van de start af. Maar dat zegt niets over de ambities die Jumbo-Visma heeft voor de voorjaarsklassiekers. „We hebben dit jaar meer focus op het halen van goede resultaten in het voorjaar”, zegt ploegleider Arthur van Dongen.
Jumbo-Visma heeft zich de laatste jaren ontwikkeld tot beste wielerploeg van de wereld, met de winst in de Tour de France van afgelopen jaar als voorlopig hoogtepunt. In diezelfde periode moest het succes in het voorjaar telkens komen van één man: Wout van Aert. De Belg won de laatste drie jaar onder meer de Omloop (2022), Gent-Wevelgem (2021) en Milaan-Sanremo (2020). Maar het ontbreekt de ploeg nog aan de winst in de Ronde van Vlaanderen en Parijs-Roubaix – van de laatste is Plugge dermate fan dat de oprit van zijn huis uit kasseien is opgetrokken.
Het team is „met een bredere en sterkere ploeg” dan in voorgaande jaren aan het voorjaar begonnen, zegt ploegleider Van Dongen voorafgaand aan de start in Gent. „We hebben elk jaar een aantal hoofddoelen en dit jaar is een daarvan het winnen van de Ronde van Vlaanderen of Parijs-Roubaix. Anders is het voorjaar niet geslaagd.”
Uithangborden
De bewijsdrang van Jumbo-Visma is te zien in de komst van Dylan van Baarle, de Nederlandse renner die zich de laatste jaren tot een klassiekerspecialist heeft ontwikkeld, met de winst vorig jaar in Parijs-Roubaix als bekroning. De Omloop Het Nieuwsblad is voor Van Baarle (30) de eerste koers voor zijn nieuwe ploeg. Nadat hij op het podium aan het Vlaamse publiek is gepresenteerd, plukt hij aan zijn wielershirt. „Ik heb er nu twee maanden aan kunnen wennen, en het voelt goed”, zegt hij.
Van Baarle zat tot 2013 bij de opleidingsploeg van Rabobank, de voorloper van Jumbo-Visma. Daarna reed hij negen jaar in buitenlandse dienst, waarvan de laatste vijf voor het Britse Ineos (voorheen Team Sky). Dat Jumbo-Visma zich meer wilde gaan toeleggen op de voorjaarsklassiekers, was voor Van Baarle een belangrijke reden om over te stappen, vertelde hij in december bij de teampresentatie. „Ze hebben heel erg uitgesproken dat het voorjaar een van de hoofddoelen gaat zijn. Dat was iets wat me heel nauw aan het hart ligt en dat speelde zeker mee in de beslissing om hierheen te komen. Bij Ineos stond het toch meer op het tweede plan.”
Samen met Van Aert is Van Baarle dit voorjaar het uithangbord van de Nederlandse ploeg. Daarnaast heeft Jumbo-Visma in de Belg Tiesj Benoot en de Fransman Christophe Laporte nog twee mannen die in het verleden hebben laten zien dat ze in klassiekers mee kunnen doen om de winst. Bang dat de kracht van de selectie ten koste gaat van zijn eigen kansen, is Van Baarle niet, zegt hij. „Als je met vier man een finale kunt rijden, dan is dat een ideaal scenario. Als ik dan wegrijd, gaan ze niet meer achter me aan.”
Met al die grote namen is het zaak heel duidelijke afspraken te maken over de rolverdeling, vertelt ploegleider Van Dongen. „Het betekent heel veel praten, de hele winter door. Toen wij gisteren nog een laatste teammeeting hadden, zoals bij elke ploeg voor een koers, heeft bij ons in de bus niemand iets nieuws gehoord. De rolverdeling lag al lang vast.”
Om niets aan het toeval over te laten werkt Jumbo-Vismamet kleurcodes: elke renner krijgt voor de start een kleur die aangeeft welke rol hij in de wedstrijd krijgt. Groen is voor de helpers, rood voor de absolute kopman en geel krijgt een renner als hij een vrije rol heeft.
Op zaterdag staan drie van de vier kopmannen voor het voorjaar aan de start: Van Baarle, Benoot en Laporte. Ze hebben alle drie de kleur geel gekregen, en mogen dus voor eigen kansen gaan. Ze willen winnen. In november heeft de ploeg het parcours verkend en getest welk materiaal ze het beste op de Vlaamse kasseien kunnen gebruiken.
Tegelijkertijd noemt Van Dongen voorafgaand aan de start de Omloop een testcase om nieuwe tactieken uit te proberen. Ook maakt hij een kanttekening bij de ambities van zijn ploeg. „We willen overal waar we meedoen winnen, maar de renners komen net van een hoogtestage. Uit ervaring weten we dat voor dit soort koersen je normaal gesproken wat koersritme nodig hebt. Vandaag biedt een mooie kans om te kijken hoe ons plan uitpakt. De theorie kan nog zo mooi zijn, in de praktijk moet de tactiek zich nog bewijzen.”
Tijdrit naar de streep
Op ongeveer de helft van de Omloop, laat Jumbo-Visma voor het eerst zijn kracht en ambitie zien: zes man zetten zich aan kop en geven gas, waardoor het peloton onmiddelijk in tweeën breekt. Het is onderdeel van een plan om de koers al vroeg zo hard mogelijk te maken. Daarna zetten de renners van de geelzwarte equipe zich een voor een aan kop, het peloton met zich meesleurend door het golvende landschap.
Op 38 kilometer van de streep demarreert Van Baarle, vol over zijn teamgenoot Nathan Van Hooydonck heen. Hij krijgt drie renners mee, maar die vallen een voor een af op weg naar de finish. Op de Kapelmuur komt hij alleen te zitten. Met nog 16 kilometer te gaan buigt Van Baarle zich nog dieper over zijn stuur en begint hij aan een tijdrit naar de streep.
Achter hem spelen zijn ploeggenoten het tactische spel perfect: het groepje achtervolgers komt tot op twaalf seconden, maar Laporte, op de Belgische tv „een zakje ballast” genoemd, doet geen trap teveel en verstoort zo de laatste pogingen om Van Baarle terug te halen. Met uiteindelijk een halve minuut voorsprong komt de Nederlander solo over de streep in Ninove. Hij juicht en onderstreept met zijn handen het teamlogo op zijn shirt. Laporte wordt even later nog derde.
„Met dank aan de jongens”, zegt Van Baarle glunderend. Hij had door een krakend oortje niks meegekregen van het werk dat de ploeg achter hem verrichte, „maar ik wist dat ze mijn vlucht zouden controleren, dat was de tactiek.” Hij was de afgelopen maanden nog best nerveus geweest over zijn overstap naar een nieuwe ploeg, zegt Van Baarle. „Ik kreeg zoveel impulsen: nieuwe training, nieuwe voeding, nieuw materiaal, nieuwe tactiek. Ik wist niet of ik die gelijk onder de knie zou krijgen, maar ik heb laten zien dat ik dit kan.”
De wedstrijd heeft zich in grote lijnen volgens plan voltrokken, constateert ploegleider Van Dongen tevreden bij de teambus. „We wilden de koers vroeg hard maken en daarna constant een overtal creëren. Dat is gelukt. Dat iedereen zó sterk was, heeft me wel verbaasd. Maar we hebben gewoon een hele goede ploeg en we hadden hier veel tijd in geïnvesteerd.” Dat Jumbo-Visma zich nu direct in de favorietenrol heeft gemanoeuvreerd voor de rest van het klassiekerseizoen, snapt hij wel. „We hebben nog meer doelen deze periode, en we onderschatten niemand, maar zoals we vandaag hebben geacteerd, denk ik wel dat wij dé ploeg zijn.”