Het afgelopen jaar werkte de Palestijnse fotograaf Bashar Taleb (35) vrijwel onafgebroken in Gaza. Hij werkte voor onder meer NRC en het Franse persbureau AFP. Voor NRC maakte Taleb een selectie van de foto’s die hij het afgelopen jaar maakte.

Kort na het begin van de Israëlische invasie in Gaza vorig jaar oktober verbleef Taleb met een groep collega’s in de buurt van het al-Shifa-ziekenhuis in Gaza-Stad, zijn woonplaats. „Veel journalisten bleven dicht bij het ziekenhuis vanwege de elektriciteit en het internet,” vertelt hij aan de telefoon vanuit Khan Younis.
Begin november, toen hij aan het werk was voor AFP, fotografeerde Taleb in de buurt van het ziekenhuis een ontploffende Israëlische granaat. Uit een witte rookwolk kruipen lange rookslierten naar beneden, en verdwijnen achter de huizen. Het is het zeer omstreden witte fosfor, zo bevestigt later onderzoek van NRC, met gebruikmaking van Talebs foto.

Rond de eerste Israëlische belegering van het al-Shifa-ziekenhuis, half november vorig jaar, vluchtte Taleb richting het zuiden en stopte tijdelijk met fotograferen. „Echt alles in de stad was een doelwit geworden”, zei hij destijds tegen NRC. „Het was onvoorstelbaar gevaarlijk. We konden ons werk niet meer doen.” Noodgedwongen trok hij naar Rafah in het zuiden, en toen ook daar het Israëlische leger binnenviel naar Deir al-Balah, in de centrale Gazastrook. Vandaaruit maakte hij foto’s en video’s van de honderdduizenden ontheemden die na het begin van de inval in Rafah afgelopen mei richting de centrale Gazastrook vluchtten.




De gedwongen ontheemding die Taleb fotografeerde, is ook het verhaal van hemzelf: zeker vier keer moest hij vluchten. „Dat is nog weinig”, zegt hij. „Veel mensen in Gaza zijn tien keer gevlucht.” Hij staat in lange rijen voor voedseldistributie, ziet reddingswerkers die lichamen onder het puin proberen te halen na een Israëlische luchtaanval, of die een collega moeten begraven. Steeds blijft hij, net als veel van zijn collega’s, in de buurt van ziekenhuizen voor de elektriciteit, en ziet de doden en gewonden die daar worden binnengebracht. Door een luchtaanval op een tent vlak bij de tent waarin hij zelf verbleef, in Deir al-Balah, verloor hij een deel van zijn archief op een harde schijf.

Taleb groeide op in Gaza-Stad, waar hij journalistiek en public relations studeerde aan de – inmiddels platgebombardeerde – al-Azhar-universiteit. Tijdens zijn studie, op zijn achttiende, begon hij met fotograferen. In eerste instantie voor vrienden van de universiteit, daarna voor ngo’s en lokale en internationale media. Ook tijdens eerdere Gaza-oorlogen werkte hij als fotograaf.


Foto’s Bashar Taleb
Een deel van zijn familie is gevlucht naar Zuweida, dicht bij Deir al-Balah, waar hij momenteel ieder weekend vanuit Khan Younis naartoe gaat. Alle verplaatsingen – voor zijn werk, om zijn familie te zien – zijn gevaarlijk. „Ik voel me ook verantwoordelijk voor de mensen met wie ik reis, zoals de bestuurder van de auto”, zegt hij. „In Gaza weet je nooit of je veilig bent. Er kan ieder moment een luchtaanval zijn.” Zijn werk gaat gepaard met angst en uitputting, en hij vraagt zich constant af hoe het met zijn familie is. Vooral in de eerste maanden van de oorlog kon hij zijn familie nauwelijks bereiken omdat elektriciteit en mobiele netwerken langdurig waren afgesloten. „Mijn moeder heeft me vaak gezegd om te stoppen met dit werk, omdat er zoveel journalisten worden gedood”, zegt Taleb. Het afgelopen jaar verloor hij vrienden en collega’s.


Lees ook
Zij kunnen de catastrofe niet meer laten zien: dit zijn de 103 gedode journalisten in Gaza
Van Talebs collega’s Nidal al-Waheidi en Haitham Abdelwahid is niks meer vernomen sinds ze op 7 oktober, de dag van de aanval van Hamas op Israël, werden opgepakt door het Israëlische leger. Een collega met wie hij een tijd in het noorden verbleef en eten en een slaapplek deelde, cameraman Rami al-Rifi, werd afgelopen 31 juli samen met Al Jazeera-journalist Ismail al-Ghoul gedood door een doelgerichte Israëlische luchtaanval op hun auto. Ze droegen persvesten en hadden op hun auto gemarkeerd dat zij media waren.


Inmiddels verblijft Taleb met collega-journalisten in een tent in Khan Younis. „Overdag is iedereen aan het werk. ’s Avonds proberen we elkaar op te vrolijken, en vechten we om wie zijn telefoon het eerst mag opladen.” In Khan Younis is het, na de zware belegering en vernietiging van de stad eerder dit jaar, relatief rustiger, zegt hij. „Het afgelopen jaar was vol verdriet, angst, en onzekerheid. Het leven als vluchteling is het zwaarst. Hopelijk kan ik ooit terug naar huis, in het noorden.” Hij blijft fotograferen, „zodat de wereld weet wat er in Gaza gebeurt”.


