Met zeedrones dringt Oekraïne de Russische marine op de Zwarte Zee steeds meer terug

Oorlog in Oekraïne Door de annexatie van de Krim in 2014 raakte Oekraïne zijn marine kwijt. Desondanks heeft Rusland veel last van de maritieme drones die Oekraïne nu weet in te zetten.

De drone die afgelopen vrijdag het Russische landingsschip Olenegorski Gornjak beschadigde, zond tot het moment van inslag beelden uit.
De drone die afgelopen vrijdag het Russische landingsschip Olenegorski Gornjak beschadigde, zond tot het moment van inslag beelden uit. Foto AP

Bijna zevenhonderd kilometer ploegde een onbemande varende Oekraïense drone afgelopen vrijdag in alle vroegte door het water van de Zwarte Zee, voordat het projectiel midscheeps insloeg in de romp van het Russische landingsschip Olenegorski Gornjak. In één klap, gefilmd vanaf de drone zelf, veranderde de Oekraïense aanval voor de kust van de Russische havenstad Novorossiejsk de perceptie op de onkwetsbaarheid van de Zwarte Zeevloot. Zoals eerder een (mislukte) drone-aanval door de lucht op het Kremlin, begin mei, de Russen er ineens van doordrong dat ook Moskou een potentieel oorlogsdoel was, vijfhonderd kilometer van de Oekraïense grens.

Het was niet voor het eerst sinds de grootscheepse Russische invasie dat een marineschip werd aangevallen vanuit Oekraïne. Al in april vorig jaar zonk het vlaggenschip van de Russische Zwarte Zeevloot, de kruiser Moskva, na een spectaculaire raketaanval in de buurt van het Oekraïense Slangeneiland. „Maar de grote afstand die deze drone heeft overbrugd naar Novorossiejsk, maakt dit wel bijzonder”, zegt journalist Jaime Karremann van marineschepen.nl.

Relatief goedkoop

Veel details over de ontwikkeling van Oekraïense zeedrones zijn geheim, maar de resultaten tonen dat het kleine, relatief goedkope bootje van de Oekraïense marine inmiddels meer is dan een luis in de pels van de Russische marine. Ook de Krimbrug tussen het bezette schiereiland en het Russische vasteland werd vorige maand succesvol aangevallen met varende drones.

Volgens een recente reportage van CNN wegen de onbemande bootjes zo’n duizend kilo, met driehonderd kilogram aan explosieven aan boord; ze zouden een bereik hebben van achthonderd kilometer, en een topsnelheid van tachtig kilometer per uur. Vanachter een computer aan wal in Oekraïne wordt het vaartuig via een satellietverbinding naar zijn doel geleid. Heel duur hoeven ze niet te zijn: met een kwart miljoen dollar, een bedrag dat de Oekraïense regering eens liet vallen, zijn de drones goedkoper dan de meeste langeafstandsraketten.

Lees ook: De ‘doodseconomie’ van Rusland: hoe het Kremlin de oorlog in Oekraïne financieel aantrekkelijk maakt

Wie niet sterk is moet slim zijn, is al sinds de invasie van februari vorig jaar een prominent motto van de Oekraïense strijdkrachten. In pure massa, in oorlogsmaterieel, manschappen, wapens, granaten, raketten en schepen, is Oekraïne simpelweg kleiner dan Rusland.

Geen Oekraïense marine

Voor de Zwarte Zee geldt die asymmetrie nog sterker dan op het land of in de lucht. Met de annexatie van de Krim in 2014 raakte Oekraïne niet alleen het strategisch gelegen schiereiland kwijt aan de Russen, maar ook zo’n 75 procent van zijn marine en het grootste deel van zijn marinepersoneel en zijn scheepsbouw. Mede daardoor beschikte Oekraïne al na de eerste dag van de invasie nauwelijks meer over een marine.

Des te opmerkelijker is het dat de Russische marine zich anderhalf jaar later nergens op de Zwarte Zee meer veilig kan wanen, ook niet in de eigen havens. Dat heeft alles te maken met de snelle ontwikkeling van allerlei type drones in Oekraïne, sinds de invasie. In november vorig jaar opende president Volodymyr Zelensky een publieke inzamelingsactie voor de ontwikkeling van maritieme drones, via het overheidsproject United24. „We moeten onze wateren en vreedzame steden verdedigen tegen Russische raketten die van schepen worden afgevuurd”, zei Zelensky destijds. Hij doelde daarmee ook op de bescherming van de commerciële vaartuigen met Oekraïense landbouwgoederen die op de Zwarte Zee worden bedreigd door Russische oorlogsschepen.

Netten voor de havens

Volgens marinejournalist Karremann zijn de Oekraïense drone-aanvallen op zee in zoverre succesvol dat zij met relatief goedkope middelen de Russische marine dwingen tot het nemen van tegenmaatregelen. Zo werden in de haven van Sevastopol op de Krim, de thuishaven van de Zwarte Zeevloot, al netten opgehangen om de marineschepen te beschermen tegen drones. In september vorig jaar waren de Russische onderzeeërs al verplaatst van Sevastopol naar Novorossiejsk, zodat ze minder risico liepen. Karremann: „Onderzeeërs zijn heel kwetsbaar als ze in een haven liggen. De Russische marine wordt steeds verder teruggedrongen. Van Slangeneiland naar Sevastopol, en nu verder naar de Russische Zwarte Zeekust.”

En ook daar zijn ze niet meer veilig, zo toonde de aanval van afgelopen vrijdag aan. „Het betekent niet dat de Russische marine is uitgeschakeld, want met hun Kalibr-raketten kunnen ze ook van grotere afstand Oekraïense doelen raken”, zegt Karremann. „Maar het kost de Russen meer moeite. Ze zijn koopvaardijschepen aan het escorteren. En langzamerhand raken ze steeds meer schepen kwijt. Mede door de Oekraïense drones hebben ze geen controle over de Zwarte Zee.”

Toch worden in marinekringen vraagtekens gezet bij de kwetsbaarheid van de Russische vloot tegen varende drones. Op andere plekken op aarde, worden al tientallen jaren bemande en onbemande bootjes gebruikt om aanvallen uit te voeren op marineschepen. Het Westen kreeg in oktober 2000 een belangrijke wake-up-call, toen terreurbeweging Al-Qaeda met een speedbootje vol explosieven in de Jemenitische haven Aden een zelfmoordaanslag pleegde op het Amerikaanse marineschip USS Cole. Daarbij kwamen zeventien Amerikanen om het leven.

Sindsdien worden nieuwe marineschepen in NAVO-landen beter beschermd tegen vergelijkbare aanvallen. „Dat Oekraïne met deze drones succes heeft, komt ook door de Russen zelf. Schepen kunnen zich verdedigen met camera- en radarsystemen tegen dit soort drones, gekoppeld aan wapens om die drones uit te schakelen”, zegt Karremann. „Alleen zijn de Russische schepen die nu worden aangevallen in de Zwarte Zee meestal gebouwd in de jaren zeventig, en rijp voor het museum. Die kunnen zich niet beschermen. Misschien kunnen de nieuwste Russische fregatten dat wel.”