Met tal van noodgrepen probeert het Kremlin genoeg mannen aan het front te houden

De Russisch-Israëlische Anton Vydra was net zesentwintig geworden toen hij stierf op het slagveld in Oekraïne. Gedreven door het avontuur had de opgewekte blonde jongen Rusland verlaten om militaire dienst te nemen in het Israëlische leger. Maar het land met zijn westerse oriëntatie paste hem niet, en na tweeënhalf jaar keerde hij in 2021 terug naar Moskou voor een studie filosofie. Uit politieke overtuiging sloot hij zich aan bij een radicale politieke groepering.

Na de Russische invasie van Oekraïne besefte Anton dat hij niet aan de zijlijn kon blijven staan. Hij zegde zijn Israëlische staatsburgerschap op, reisde naar Loehansk en sloot zich aan bij een Russische paramilitaire eenheid, waar hij de bijnaam ‘Mossad’ kreeg. Aan het front hield hij zich bezig met de reparatie van drones, tot hij op 25 september cynisch genoeg zelf stierf door een Oekraïense drone-aanval. Russische pro-Kremlin media stonden afgelopen week uitgebreid stil bij zijn dood, door zijn kameraden een „groot verlies voor het Russische leger” genoemd.

Vydra is slechts een van de honderden Russische soldaten, die dagelijks sterven op het slagveld. En dat worden er steeds meer. Inmiddels zouden de Russische verliezen in Oekraïne zó snel oplopen, dat Rusland er niet meer in slaagt om de gelederen tijdig aan te vullen. „[Rusland heeft] momenteel onvoldoende strijdkrachten om de oorspronkelijke oorlogsdoelen te bereiken: Oekraïne verslaan, diens militaire potentieel ondermijnen en de Russische grensgebieden beschermen”, zei een anonieme Kremlin-bron vorige week tegen The Wall Street Journal.

Dat het Russische leger met personeelstekorten kampt, is bekend. Maar omdat Rusland, net als Oekraïne, zijn statistieken geheim houdt, blijft schatten moeilijk. Niettemin raamt het Britse ministerie van Defensie het Russische dodental inmiddels op ruim duizend per dag, met uitschieters in het voorjaar door de hevige gevechten rond Charkiv. Westerse analisten schatten dat de oorlog inmiddels aan tussen de 200.000 tot 600.000 Russen het leven heeft gekost.

Tekorten aanvullen

Om de veelal anonieme doden een gezicht te geven, besloten journalisten van de BBC en van de Russische nieuwssite Mediazona in tweeënhalf jaar oorlog al zeventigduizend Russische soldaten te identificeren. Dat deden zij aan de hand van verse graven en rouwadvertenties in lokale Russische media. Vorige week meldde de BBC dat, voor het eerst sinds het begin van de oorlog, meer ‘vrijwilligers’ sneuvelen dan beroepsmilitairen. Het gaat om mannen als Anton Vydra, die uit idealistische overwegingen naar het front trokken.

Om nieuwe mankracht te werven, worden potentiële beroepssoldaten verleid met torenhoge salarissen. Verdiende een kontraktnik voor de oorlog een schamele 300 euro per maand, inmiddels is de vergoeding opgelopen tot ruim 2.000 euro, plus toelages en bonussen.

De maatregelen hebben effect. Volgens de Russische onderzoekswebsite iStories zouden ruim 150.000 Russen in de eerste helft van 2024 – vrijwillig of onder dwang – een contract hebben getekend, tegen nog geen dertigduizend in dezelfde periode een jaar eerder.

De broekriem van een omgekomen Russische soldaat. De Oekraïense burgerrechercheurs van de groep ‘Platsdarm’ verzamelen lichamen langs het front, en proberen die te identificeren.
Foto Kostiantyn Liberov/Getty Images

Toch lijkt het strooien met roebels onvoldoende om de tekorten te dempen. Dat voedt onder Russen de vrees dat president Poetin een nieuwe mobilisatie zal afkondigen. De laatste mobilisatie van september 2022 staat de Russen nog vers in het geheugen. Toen werden driehonderdduizend mannen lukraak van straat geplukt en naar het front gestuurd. Tienduizenden vluchtten de grens over. En hoewel toenmalig Defensieminister Sergej Sjojgoe een maand later verklaarde dat de mobilisatie was afgerond, werd het presidentiële decreet daartoe nooit ingetrokken.

„Onvermijdelijk zal de overheid opnieuw een gedwongen dienstoproep doen”, voorspelde een Moskoviet vorige maand tegen de correspondent van Le Monde

De mobilisatievrees onder de bevolking nam half september nog verder toe, toen president Poetin een oekaze tekende voor de uitbreiding van de Russische strijdkrachten met nog eens 180.000 contractsoldaten, naar 1,5 miljoen. Daarmee zou Rusland, na China, het grootste leger krijgen. De uitbreiding is nodig, vanwege de „extreem vijandige situatie aan onze westgrenzen en instabiliteit aan de oostkant”, zei Kremlin-woordvoerder Dmitri Peskov. Om de doelen te halen, zo onthulde Bloomberg vorige week, zal Rusland zijn defensie-budget in 2025 verder opschroeven naar een duizelingwekkende 130 miljard euro.

Gewone Russen hadden hun conclusies snel getrokken: alleen met een mobilisatie zal het Kremlin zoveel soldaten kunnen ronselen. Om de onrust te smoren, haastte Dmitri Peskov zich te verklaren dat de rekrutering van vrijwillige aanwas „vlot” verloopt. Ook Andrej Kartapolov, voorzitter van het Defensiecomité van de Doema, benadrukte dat een nieuwe mobilisatieronde niet nodig zal zijn. Maar weinig Russen hechten waarde aan die geruststellingen. „Ze verhogen de bonussen, maar het zal steeds moeilijker worden om contractsoldaten te vinden. Onvermijdelijk zal de overheid opnieuw een gedwongen dienstoproep doen”, voorspelde een Moskoviet vorige maand tegen de correspondent van Le Monde.

Herfstrekrutering

De halfjaarlijkse rekrutering voor het leger, die dinsdag 1 oktober begint, gooit nog meer olie op het vuur. Maandag werd de oekaze gepubliceerd: tot 31 december zullen 133.000 dienstplichtigen worden opgeroepen.

Onlangs werd begonnen met het testen van een nieuw systeem, dat dienstplichtigen een digitale oproep verstuurt en hen registreert. Wie zich binnen twintig dagen niet heeft gemeld bij een rekruteringsbureau, riskeert een boete, kan huis of rijbewijs verliezen en kan geen leningen meer afsluiten. Toch zullen de komende maanden nog papieren dienstoproepen worden uitgedeeld, zo meldde het Russische defensieministerie maandag. De vertraging lijkt te maken te hebben met technische problemen.

In een maandag gepubliceerd onderzoeksverhaal beschrijft de Russische BBC hoe sommige dienstweigeraars al maanden ondergedoken zitten en zich met hulp van familie en vrienden verstoppen in kelders, geheime kamers en soms zelfs in de uitgestrekte bossen, waar zij met moeite overleven. Aanhoudingen leiden niet zelden tot gewelddadige confrontaties met de politie en tot boetes of celstraffen voor families die dienstweigeraars verbergen. Dit jaar zou een recordaantal ‘deserteurs’ zijn aangehouden, bleek uit onderzoek van Mediazona.

Bovendien ontdekten Russische journalisten deze zomer dat de Russische geheime dienst FSB dit najaar meer mogelijkheden krijgt om te voorkomen dat dienstweigeraars het land ontvluchten. Daartoe zal het Ministerie van Defensie gegevens van opgeroepenen delen met de FSB, die grenscontroles uitvoert. Een anonieme Kremlin-bron zei daarover vorige week tegen Meduza, de onafhankelijke Russische nieuwssite in ballingschap, dat de maatregelen zijn bedoeld om chaos tijdens een nieuwe mobilisatie te voorkomen. „Medewerkers van de legerstaf kunnen straks tegen president [Poetin] zeggen: ‘het is zover, u moet mobiliseren. En wij hebben de infrastructuur al klaarstaan’”, concludeerde een analist tegen de Russische nieuwssite Bumaga.

Bij gebrek aan voldoende kontraktniki overtreedt Rusland regelmatig de eigen wet- en regelgeving. Volgens mensenrechtenactivisten zette het Russisch leger dienstplichtigen in om de Oekraïense invasie in de regio Koersk af te slaan. Grigori Sverdlin, oprichter van een hulporganisatie voor dienstweigeraars, vertelde NRC eerder dit jaar over de enorme druk op legerartsen om gewonden terug de oorlog in te sturen. „Als je je benen kwijt bent, dan wordt het lastig. Maar als je alleen een oog mist of een schotwond hebt, dan ga je terug zodra het kan.” Ook circuleren berichten dat uitgeruilde Russische krijgsgevangenen linea recta naar het front worden teruggestuurd. Dergelijke praktijken ondermijnen zowel de gevechtsbereidheid als de slagkracht van het Russische leger.


Lees ook

In Rusland is de angst voor mobilisatie groot. Een organisatie helpt duizenden mannen aan het leger te ontkomen

Een affiche op een bushalte in Moskou roemt de moed van Russische soldaten. Vele Russen vrezen een nieuwe mobilisatie voor de oorlog in Oekraïne.

Gevangenissen

Ondertussen wordt ook de impact van de torenhoge verliezen op de Russische samenleving steeds zichtbaarder. Volgens de Russische onderzoekssite IStories kampen het ministerie van Binnenlandse Zaken en de gevangenisdienst FSIN in zeker vijftig Russische regio’s met steeds grotere personeelstekorten, waardoor de misdaad- en rampenbestrijding ernstig tekortschiet. Zeker in de verre en arme provincies zijn medewerkers geneigd ontslag te nemen en naar het front te gaan, waar ze veel meer verdienen.

Volgens de Russische mensenrechtenorganisatie ‘Comité tegen Marteling’ is overbelasting van handhavende instanties een van de oorzaken van een toename van martelingen in politiecellen en gevangenissen. De quota binnen de diensten zijn moordend en de salarissen en de omgang met personeel ronduit slecht. Overwerkte politie- en opsporingsambtenaren zouden daardoor steeds meer geweld gebruiken tegen arrestanten en gedetineerden.

Die gevangenen worden op hun beurt weer geronseld voor het front, waar zij opnieuw de kans lopen hun bewaarders tegen te komen. Sinds een wetswijziging van maart kunnen ook verdachten een veroordeling ontlopen door te kiezen voor militaire dienst. Maar alleen als zij een medaille verdienen, of zó zwaar gewond raken dat vechten onmogelijk is, mogen ze terugkeren naar huis.