Reizen doet hij maar weinig, en toch geeft hij vrijdag al zijn derde concert van het seizoen op Nederlandse bodem. Meesterpianist Arcadi Volodos wordt geroemd om zijn poëtische klank en diepzinnige, haast religieuze vertolkingen. Deze week klinkt in Den Haag dezelfde muziek van Schubert, Schumann en Liszt als bij zijn komst in februari en maart, want Volodos beperkt zich tot één concertprogramma per seizoen: „Gedurende die periode ontwikkelt mijn benadering zich aanzienlijk. Bij het laatste concert in augustus klinkt de muziek compleet anders dan aan het begin.”
Arcadi Volodos (Leningrad, 1972) legde zich pas op relatief late leeftijd toe op de piano, en studeerde na zijn opleiding in Rusland aan de conservatoria van Parijs en Madrid. Zijn internationale doorbraak volgde in 1996, waarna zijn carrière een stormachtige vlucht nam. „Ik speelde meer dan honderd concerten per jaar”, zegt hij. “Dat was voor mij de hel. Om zoveel te reizen moet je ambitie hebben, maar ik ben niet ambitieus.”
Hij is al lang gestopt met verre reizen maken. In Amerika en Rusland speelt hij niet meer, alleen nog in Europa, waar hij zich gevestigd heeft. Volodos bezit de Franse nationaliteit en woont met zijn vrouw en dochter in Spanje. Daar is hij, net terug van concerten in Parijs, als we elkaar spreken aan de telefoon. Uit zijn vloeiende Frans met Spaanse tongval spreekt dezelfde ernst en bezieling als uit zijn klavierspel. Alleen wanneer een naam als Rachmaninoff of Skrjabin valt, klinkt er iets door van zijn Russische afkomst – maar over Rusland of politieke kwesties beantwoordt hij liever geen vragen. Hij verzoekt het te houden bij zijn artistieke carrière, waarover hij zich geregeld onomwonden uitdrukt, vooral als het gaat over de muziekindustrie of de invloed van sociale media.
Het echte werk
„De industrie is problematisch. Concertzalen en programmeurs willen vaak al twee jaar op voorhand horen welke muziek je komt spelen. Maar hoe kan ik dat nou al zo ver van tevoren weten? Ik weet toch ook niet welke boeken ik over twee jaar wil lezen, of wat ik dan zal eten?”
Zijn concertprogramma’s bedenkt Volodos in het najaar. Dat kost hem één maand of een paar maanden tijd, maar het echte werk begint pas vanaf het eerste concert. „In de concertzaal begint de evolutie van het programma. Ik dring steeds dieper door in de muziek. Daarom reis ik graag een heel seizoen met dezelfde muziek, want na twee concerten is een programma nog niet rijp.”
Volodos is niet bang om in die beperking misschien aan andere geniale werken of componisten voorbij te gaan. „Het gaat tegenwoordig alleen nog maar om de ambitie en de grote aantallen”, zegt hij. „Zo van: kijk, ik kan álle sonates van Beethoven spelen, of álle ballades van Chopin. Maar wat heeft dat voor artistieke waarde? Niks. Je kunt veel beter één van die ballades nemen en er echt iets speciaals van maken, dan ze alle vier te willen spelen. Daar ligt mijn passie, om echt de diepte in te gaan met een stuk, en de muziek steeds meer te doorgronden. Een mensenleven is al te kort om één pianosonate van Schubert te spelen.”
Elk concert is voor mij een evenement dat ik me mijn hele leven wil herinneren
„Als musici hebben we het voorrecht om een muziekstuk opnieuw te beleven. In het leven kan dat niet: je maakt alles maar één keer mee. Ik ben heel dankbaar voor alle mooie herinneringen die ik al met mijn dochter heb beleefd – toen ze een baby was, toen ze vijf jaar werd – maar die kun je niet opnieuw meemaken. In de muziek kan dat wel, dat is echt een unieke kans. Muziek kan de tijd omdraaien, muziek leeft buiten de tijd. Als ik zeven maanden lang dezelfde pianosonate van Schubert speel, ontdek ik er aan het eind nog steeds nieuwe details die me nooit eerder zijn opgevallen.”
Lees ook
‘Alles draait om individualiteit’
Herontdekkingen
Toch is er vanaf het begin niet altijd gelegenheid geweest voor zulke herontdekkingen. Volodos: „Toen ik mijn carrière begon, 28 jaar geleden, werd ik compleet geabsorbeerd door het grote aantal verschillende werken dat ik speelde. Vandaag Prokofjevs Tweede pianoconcert, morgen Tsjaikovski’s Eerste, dan een solorecital, daarna Rachmaninoffs Paganini-Rapsodie. Ik voelde me een jongleur, een circusartiest.
„Je hebt artiesten die niet kunnen leven zonder concerten. Als ze drie weken geen concert spelen, raken ze gedeprimeerd. Ik niet: ik zou prima zonder concerten kunnen en mijn tijd doorbrengen met mijn gezin, mijn vrienden, mijn hond, of met lezen.”
Als hij thuiskomt na een reeks concerten raakt hij twee weken geen piano aan – een uitzonderlijk gegeven voor artiesten van zijn kaliber, die vaak diverse uren per dag met hun instrument doorbrengen. Volodos beschouwt zichzelf dan ook niet als een geboren artiest: „Ik ben geboren als musicus. Een musicus en een concertpianist zijn twee hele verschillende dingen, die kun je niet eens met elkaar vergelijken. Concertpianist is in de eerste plaats een beroep, maar een musicus blijft thuis, speelt muziek voor zichzelf of voor zijn vrienden, en stelt zich daar tevreden mee.
Ik zou prima zonder concerten kunnen en mijn tijd doorbrengen met mijn gezin, mijn vrienden, mijn hond, of met lezen
„Ik geloof dat echte muziek weinig te maken heeft met de buitenwereld, maar vooral met je innerlijk. Muziek leeft in het hart, niet ergens anders.” Een mysterie noemt hij het, dat je kwijtraakt wanneer je het probeert te definiëren. Het is haast een katholieke benadering van muziek. Volodos beaamt dat: „Maria Yudina, wat mij betreft de grootste pianist uit de Russische geschiedenis, zei dat er tal van verschillende wegen leiden naar god, en de kunst is er één van. Voor mij is dat ook zo. Ik ben niet religieus, maar mijn religie is muziek.”
„Daar hoef ik geen concerten voor te spelen: er klinkt altijd muziek in mijn hoofd en in mijn hart. Ook nu, terwijl we met elkaar praten, hoor ik muziek. Zelfs in mijn slaap. Tegenwoordig speel ik nog zo’n 35 concerten per jaar, maar misschien ga ik dat wel terugbrengen tot twintig of vijftien. Ik wil geen slaaf zijn van mijn concerten.”
Weerzin
Hij spreekt met zoveel weerzin over het reizende artiestenbestaan, dat de vraag komt bovendrijven waarom hij überhaupt nog in een vliegtuig stapt om voor een publiek te spelen. „Oh, ik speel graag concerten”, antwoordt Volodos, „maar het mag nooit een soort zakenreis worden. Elk concert is voor mij een evenement dat ik me mijn hele leven wil herinneren. Ik onthoud alle details: niet alleen wat ik ergens gespeeld heb en hoe het ging, maar ook hoe de artiestenkamer eruitzag, wie me na het concert nog even kwam bedanken. Als je honderd concerten per jaar speelt, dan kan dat niet.”
Sinds 2005 heeft Volodos niet alleen zijn jaarlijkse aantal concerten drastisch omlaag geschroefd, hij treedt ook niet meer op met orkesten en dirigenten – te veel concessies aan de muziek en zijn eigen kunstenaarschap. Studio-opnames – „een lijdensweg” – maakt hij mondjesmaat; in bijna dertig jaar verschenen van zijn hand nog geen tien albums.
Hoewel zijn cd’s en uitvoeringen bijna altijd met vijfsterrenrecensies worden bejubeld, lopen de bezoekersaantallen van zijn concerten de laatste jaren terug. Waar ligt dat aan? De repertoirekeuze is wellicht van invloed: Volodos speelt dikwijls componisten die eerder geliefd zijn bij een kennerspubliek dan bij de grote massa, zoals Skrjabin en Mompou. Ook van bekendere componisten kiest hij soms weinig gespeelde stukken, zoals de Zestiende pianosonate van Schubert die dit seizoen op het programma staat.
Zelf wijt Volodos het aan een algehele neergang van kunst en cultuur, waarvoor de pianist een duidelijke oorzaak identificeert: sociale media. Volodos: „Ik beschouw dat als een gezwel van onze samenleving. Het maakt de mensen debiel en totaal onverschillig. Dat is het ergste wat je als pianist kan overkomen, een onverschillig publiek. Sociale media zijn niet te verenigen met klassieke muziek.”
Maar kunnen online platforms niet juist díe mensen met klassieke muziek in aanraking brengen die dat anders nooit van hun leven zouden horen? „Natuurlijk”, zegt Volodos. „Ik ben ook helemaal niet tegen het internet; dat is een instrument dat je ten goede of ten slechte kunt aanwenden, maar sociale media zijn er uitsluitend op gericht om mensen meer te laten consumeren en geld in het laatje te brengen.
Lees ook
Schumann had een duistere en een dromerige kant, en meesterpianist Volodos weet ze spanningsvol te vervlechten
Geen pessimist
„Klassieke muziek is zoveel belangrijker dan geld. Drie maten Schubert zijn meer waard dan mijn hele leven. Maar veel mensen op TikTok zullen nooit naar een sonate van Schubert luisteren. Ze begrijpen niet hoe geniaal die noten zijn. Mensen beschouwen muziek als een achtergrondgeluid, zoals de herrie die je hoort in winkels en cafés. Dat is voor mij geen muziek, het is georganiseerd lawaai.”
Hij maakt zich zorgen om de generatie van zijn dochter, die nu tien jaar oud is. „Dertig jaar geleden keken mensen elkaar nog in de ogen. Nu staren ze naar een schermpje, ze spreken niet meer met elkaar. Dat is zo verdrietig.
„Weet u, we zijn vaak zo bang dat computers en kunstmatige intelligentie te menselijk zullen worden, maar het omgekeerde is het geval: de mensen zijn machines geworden. We leven als robots; alles is tegenwoordig industrieel en routineus. Routine is dodelijk voor creativiteit en cultuur.
„Volgens mij was het Schopenhauer die zei: zonder cultuur is er geen toekomst. En zo is het. Een beschaving zonder kunst zal zichzelf vernietigen. Maar het probleem ligt ook bij de politiek. We worden bestuurd door ongecultiveerde mensen die volkomen onverschillig zijn. Hoe kunnen zij de waarde overbrengen van kunst en muziek?”
We leven als robots; alles is tegenwoordig industrieel en routineus. Routine is dodelijk voor creativiteit en cultuur
Hoe cynisch zijn observaties ook mogen klinken, Arcadi Volodos beschouwt zichzelf niet als pessimist: „Eergisteren speelde ik in Parijs, en ik was verbaasd over hoeveel jongeren daar in de zaal zaten. Afgaand op hoeveel jonge musici er na afloop bij de artiestenkamer stonden om een praatje te maken, denk ik dat er nog hoop is. Ik zie mensen die niet uit zijn op geld of carrière, maar zich puur laten leiden door hun liefde voor muziek, en niets anders.”
Arcadi Volodos speelt op vrijdag 14 juni in Amare (Den Haag) muziek van Schubert, Schumann en Liszt. Info en tickets: amare.nl