‘Loverboy: Emoties Uit’ is het filmisch equivalent van kijken naar een auto-ongeluk

Aan het eind van Loverboy: Emoties Uit verschijnt hoofdrolspeler/scenarist/regisseur Cyriel Guds in beeld als zichzelf. Naast hem: de moeder van een slachtoffer van een loverboy, of tienerpooier, en een QR-code. Het is een oproep. Om in actie te komen tegen mensenhandel én om Loverboy te delen, zodat ze een tweede deel kunnen maken. Het voelt misplaatst. De zojuist afgelopen film leek namelijk meer gebruik te maken van loverboys, dan ze onder de aandacht te brengen.

Loverboy volgt Terrance (Cyriel Guds), een alleenstaande vader die wat aankleunt in het criminele circuit. Hij is eigenlijk te lief voor de misdaad, maar als jeugdzorg zijn kind wil afpakken, is hij bereid alles te doen voor geld. Hij gaat „roehtjes” (hoer achterstevoren) rondrijden voor De Slager en diens hulpje Souf. „Je bent een baas, of je bent een kankerslaaf”, zo stelt Souf het. Wanneer Terrance een roeh kwijtraakt, staat hij plots bij De Slager in het krijt: hij moet loverboy worden en binnen één maand „drie wijven” regelen. Niet met lieve woordjes, zo gaat dat niet meer, maar met geweld en manipulatie: emoties uit. Een uur lang ultrageweld volgt. Zoals regisseur Guds het zelf omschrijft: „De heftigste Nederlandse film ooit.”

Dat gratuite geweld heeft een functie, zeiden de makers bij radioprogramma Met Mandy. Eerdere films over loverboys waren „Carry Slee” of „Mickey Mouse-achtig”. Het geweld maakt deze film „realistisch”. Dat is de belofte van Loverboy: de rauwe en échte werkelijkheid.

Het probleem is echter dat de film geen realistische toon aanslaat, maar een sensationele. Het geweld in de film voelt, hoe gruwelijk ook, lekkerbekkend en wellustig. Dat ligt deels aan de manier waarop het gefilmd is. Wanneer De Slager beslist welke roeh hij naar Duitsland stuurt, glijdt de camera sensueel langs de vrouwen in ondergoed. Hier is meer aan de hand dan alleen ‘tonen’.

En het probleem is structureel. Er zit een Mocro Maffia-luchtje aan de hele film. Misdaad is rauw en hard en misschien ook een beetje cool. Misdadigers zijn macho’s met stoere bijnamen – De Slager „omdat ik handel in kwalitatief vrouwenvlees”.

Daarnaast beleef je de gruwelen niet door de ogen van de vrouwen, maar door die van Terrance. Met hém moet je meeleven. En het is heel zwaar voor hem, wat hij die vrouwen ‘moet’ aandoen. Dat is niet per se fout, maar wel als de vrouwenrollen zo onderontwikkeld zijn. Vrouwen zijn moeder, dochter, of (potentiële) roeh. Enorm goedgelovig ook. Terrance probeert een vrouw op gegeven moment te overtuigen met: „Stel je voor dat ik kanker zou hebben, en nog maar een jaar te leven, zou je het dan met die vriend van me doen?” Dat zet haar wel aan het denken.

Honingpot

En ja, je zou kunnen beargumenteren dat dit goed is. Sensatie is de honingpot waarmee je bezoekers lokt, om ze naderhand te overtuigen van de ernst van de zaak. Maar Loverboy is daarvoor niet meeslepend of diepgravend genoeg. De film leunt te veel op een opeenstapeling van steeds gruwelijkere gebeurtenissen, in plaats van een meeslepende plot. Je leert bar weinig over hoe dat echt gaat, de prostitutie in gedwongen worden. Je wordt vooral gechoqueerd. Een filmisch equivalent van een auto-ongeluk: je kan niet wegkijken, maar het inspireert niet en leert je ook niks over verkeersveiligheid.

Het is zonde van de inzet van Cyriel Guds en Olaf Ait Tami, die beiden zeer geloofwaardig spelen. En zonde van hun goede bedoelingen.