Linkin Park is herrezen met nieuwe zangeres, maar geeft wat wisselvallige show in Gelredome

‘Craaaaaawling in my skiiiin, These wounds, they wiiill not heaaal” – maar dan uit de duizenden kelen in het zo goed als uitverkochte Gelredome in Arnhem. Het is vanaf het begin af aan hét kenmerk geweest van rockband Linkin Park: strak geproduceerde raprock, met bombastische, gepijnigde teksten. Persoonlijk en doorleefd, maar heerlijk mee te brullen door gekwelde zielen.

De band was begin deze eeuw een ware sensatie met hun bijzondere mix van hoekige gitaarriffs, rap en brulpartijen en goed geplaatste scratch-effecten van de draaitafels. Na het succesvolle debuutalbum Hybrid Theory (2000) volgde het minstens zo scherpe Meteora (2003) en een prima Minutes to Midnight (2007) – waarna de band langzaam steeds meer de kant van de vlakke, inwisselbare pop op ging. In 2017 kwam de band door de zelfdoding van zanger Chester Bennington abrupt tot stilstand. Tot de groep in september vorig jaar tijdens een strak-geregisseerde livestream plotseling een nieuw album, een wereldtournee én een nieuwe zangeres aankondigde: Emily Armstrong, van de veel minder bekende groep Dead Sara.

In het Gelredome blijkt nogmaals wat een meesterzet de keuze voor Armstrong is. Haar overweldigende stemgeluid is het niet-zo-geheime-wapen van Linkin Park in deze bezetting. Net als Bennington schakelt ze met gemak van een intense diepe brul (ontzagwekkend is die secondenlange schreeuw in ‘Heavy is the Crown’) naar meer melodieuze, cleane zangpartijen. Het nieuwe album kent zwakke momenten, maar op de beste nummers klinkt de groep in het Gelredome als een eigentijdse versie van de formule die in de begindagen zo goed werkte.

Mike Shinoda van Linkin Park, donderdag in Arnhem. Foto Andreas Terlaak

Linkin Park in het Gelredome in Arnhem. Foto Andreas Terlaak

Wisselvallig

De show in het Gelredome leunt sterk op de eerste twee albums en op het nieuwe album. Dat zorgt ervoor dat het nooit echt nostalgisch wordt. Toch haalt de show ook niet het niveau van een onvergetelijke avond: daarvoor halen de instrumentale intermezzo’s te veel vaart uit de (met twee volle uren sowieso best wel lange) show. Tijdens de minder sterke nummers verliest de band de focus van een deel van het publiek – die het dan weer oppakt met bijvoorbeeld een vlammend uitgevoerde versie van ‘Up from The Bottom’ (van het nieuwe album). Zo blijft het een wat wisselvallige avond.

Tussen de boze songs door mag het vooral best leuk en gezellig zijn: Mike Shinoda neemt de tijd om een tattoo te ontwerpen voor een fan die daarom vraagt en een andere fan krijgt een gesigneerde pet cadeau, mega-hit ‘Numb’ krijgt na een spelletje met het publiek een Johnny Cash-achtig intro, en de band is op tournee met een limited edition Linkin Park snoepmix van Haribo.


Lees ook

Albumrecensie: Linkin Park probeert het weer vanaf nul

Linkin Park met nieuwe zangeres vanaf nul - Cappella Amsterdam brengt eerbetoon aan boezemvrienden

Shinoda is ondertussen het type gastheer dat met glundering in zijn ogen via het beeldscherm het hele publiek bereikt. Armstrong treedt iets minder naar de voorgrond, maar heeft naast de stem ook zeker het charisma om dit soort megashows te dragen. Tijdens de vlammende finale, met onder meer ‘In the End’, ‘Faint’ en tenslotte ‘Bleed it Out’ voel je de energie. Vanaf het podium richt Armstrong ondertussen gul de microfoon op het publiek, zodat de teksten weer uit duizenden kelen klinken. „Don’t turn your back on me, I won’t be ignored!