Lego neemt nog even geen afscheid van aardolie in het populaire speelgoedblokje

Duurzaamheid Ondanks eerdere beloftes blijft de Deense speelgoedfabrikant aardolie gebruiken in de bouwsteentjes. Een alternatief zou voor meer uitstoot zorgen.

Het doel om zonder aardolie te werken, was een van Lego's zwaardere beloftes.
Het doel om zonder aardolie te werken, was een van Lego’s zwaardere beloftes. Foto Philippe Wojazer/Reuters

Lego laat een van zijn belangrijkste duurzaamheidstoezeggingen varen: het gaat de Deense fabrikant voorlopig toch niet lukken om het gebruik van aardolie in zijn producten tot nul te reduceren.

’s Werelds grootste speelgoedfabrikant beloofde per 2030 geen aardolie meer te gebruiken in zijn nieuwe bouwsteentjes, maar komt daar nu op terug. In gesprek met de Britse zakenkrant Financial Times laat topman Niels Christiansen weten dat het alternatief, gerecycled PET – de plasticsoort waar frisdankflessen van gemaakt zijn, juist voor meer uitstoot zou zorgen dan de huidige productiemethode.

Pijnlijk

Lego maakte twee jaar geleden bekend dat het een nieuw bouwsteentje had ontwikkeld dat was gemaakt van gerecycled PET. De bedoeling was om dit grootschalig toe te passen in de productie van nieuwe Legosteentjes.

Omdat er voor de gerecyclede plasticsoort nieuwe machines nodig zijn, zou de CO2-voetafdruk van Lego volgens topman Christiansen daardoor niet voor-, maar juist achteruit gaan.

In plaats daarvan wil Christiansen nu inzetten op het verkleinen van de CO2uitstoot van het traditionele Legoblokje, dat wordt gemaakt van acrylonitril butadieen styreen – kortweg ABS.

Dat is een stevige plasticsoort die ervoor zorgt dat de blokjes lang meegaan en makkelijk in en uit elkaar te klikken zijn. Door dit plastic blijft het zelfs na jaren van speelplezier erg pijnlijk om op een blokje te gaan staan.

Het nadeel van ABS is dat het een grote CO2-voetafdruk heeft: voor het maken van één kilo plastic is ongeveer twee kilo aan aardolieproducten nodig, zo schrijft Financial Times.

Goed doel

Het doel om zonder aardolie te werken, was een van de zwaardere beloftes van Lego. Het Deense bedrijf nam al afscheid van kleine plastic zakjes. Ook schakelde de Deense fabrikant over naar een plasticsoort op plantaardige basis. Dat werkte voor de buigzame stukjes die bomen moeten voorstellen, maar niet voor de felgekleurde rechthoekige bouwblokjes waarmee het bedrijf beroemd werd.

Ironisch genoeg schuilt in de robuustheid van ABS ook de mogelijke oplossing voor het duurzaamheidsvraagstuk. Vele miljarden steentjes liggen in koffers op zolder stof te vangen, terwijl er genoeg andere kinderen mee zouden spelen.

In de VS en Canada heeft Lego al een programma waarin consumenten hun Legoblokjes kunnen doneren aan de fabrikant, die de blokjes schoonmaakt en vervolgens aan een goed doel schenkt. Dit moet binnenkort ook in Europa kunnen.

Mogelijk komt er in de toekomst ook een programma waarin consumenten geld kunnen verdienen door hun gebruikte Legosets terug te sturen naar de fabrikant. „Legoblokjes opnieuw gebruiken is nog altijd beter dan ze als plastic te recyclen”, aldus duurzaamheidsdirecteur Tim Brooks tegen Financial Times.