Laurens de Man: ‘Ménsen kunnen een piano nooit perfect stemmen’

Focus Organist Laurens de Man verwondert zich over de verschillende manieren waarop toetsinstrumenten zoals een piano of een orgel gestemd kunnen worden. „Die oude middentoonstemming is ongelofelijk kleurrijk en spannend, met grote contrasten tussen de soorten intervallen.”

Laurens de man.
Laurens de man. Foto Juri Hiensch

„Je kunt je afvragen of het een defect is in de schepping. Men dacht vroeger dat aardse muziek gewoon zwaar ondermaats is, dat alleen in de hemel perfecte muziek kan klinken. Want als wij mensen een toetsinstrument zoals een piano willen stemmen op twaalf toetsen per octaaf, dan zal ons dat nooit perfect lukken. Je kunt er een levensles in zien. Dat ieder voordeel zun nadeel heb. En dat wij de natuur niet kunnen vastpinnen.”

Wil je precies snappen hoe het komt, dan moet je wat ingewikkelde boeken lezen of een avondje uitlegvideo’s kijken op YouTube. Maar neem deze notendop aan: het is natuurkundig onmogelijk om een piano of een orgel met twaalf toetsen per octaaf zó te stemmen dat alle belangrijke intervallen binnen een octaaf (kwinten, tertsen en kwarten) ‘perfect’ zuiver klinken. De kern van het probleem: als je een sequentie kwinten ‘perfect’ zuiver achter elkaar stemt, kom je uiteindelijk niet uit op een hogere versie van de toon waarop je begon, maar nét een fractie erna. Op een moderne piano valt die toon ergens tussen twee toetsen in. Je houdt dus een gat over, een ‘defect in de schepping’.

Componisten gebruikten de verschillen in perfectie van intervallen om dramatiek toe te voegen

„Tegenwoordig wordt een piano gestemd in de ‘gelijkzwevende stemming’, waarin dat gat wordt weggewerkt door alle tonen evenredig een beetje dichter op elkaar te stemmen. Daardoor zijn alle intervallen precies evenveel nét onzuiver. Maar in de 16de en 17de eeuw, toen er door geleerden en musici breed gediscussieerd werd over hoe deze natuurkundige imperfectie te lijf te gaan, was de ‘middentoonstemming’ gebruikelijker: die ging uit van een rij perfecte grote tertsen, waardoor andere intervallen iets valser werden en waardoor je één interval overhield dat zelfs zo vals was, dat men er een huilende wolf in hoorde. Vandaar zijn bijnaam: de wolfskwint. Die wolfskwint is niet zomaar vals, maar ordinair vals. Een ongelofelijk naargeestig geluid.

„Ons 21ste-eeuwse oor is zo aan de moderne piano gewend, dat we de ‘gelijkzwevende’ onzuiverheid niet meer horen. Maar als je een moderne terts na een echt zuivere terts hoort, hoor je absoluut het verschil. Die oude middentoonstemming is ongelofelijk kleurrijk en spannend, met grote contrasten tussen de soorten intervallen. Componisten gebruikten de verschillen in perfectie van intervallen om dramatiek toe te voegen. Muziek uit de 16de en 17de eeuw leeft veel meer in de middentoonstemming.

„Je kunt het probleem ook aanpakken door méér dan twaalf toetsen in een octaaf te stoppen. Er zijn in de geschiedenis allerlei klavieren geweest. Sommige hadden veertien toetsen per octaaf, andere zeventien. Er is ooit berekend dat om wel ‘perfect’ zuiver te kunnen spelen, je een klavier moet hebben met 31 toetsen per octaaf. Dat heeft het Fokker-orgel in het Muziekgebouw in Amsterdam. Daar kan ik orgelmuziek dus op allerlei manieren laten horen.

„Dit deel van mijn beroep is natuurlijk een niche van een niche. Een orgel lijkt al een beetje een buitenbeentje, een orgel in een oude stemming is al helemaal zeldzaam. Als organist ben je toch een beetje een nerd. Maar we hebben nerds nodig. Dat maakt de wereld leuk.”