Zes demonstranten van Extinction Rebellion (XR) moeten een boete van 200 euro betalen voor hun aandeel in het klimaatprotest op de snelweg A10 in Amsterdam-Zuid van afgelopen december. Dat heeft het Openbaar Ministerie donderdag bekendgemaakt. Het OM legt de groep klimaatdemonstranten de straf op omdat ze gevaar op de weg hebben veroorzaakt. Volgens justitie is een snelweg „onverantwoord als demonstratielocatie” en gaat het blokkeren van een doorgaande snelweg „waar 100 kilometer per uur kan worden gereden” verder dan burgerlijke ongehoorzaamheid.
Op 30 december bezetten honderden klimaatactivisten de A10 als protest tegen ING en haar „financieren van klimaatontwrichting”, doelend op de investeringen van de bank in fossiele brandstoffen. De demonstratie, die vlakbij het oude hoofdkantoor van ING plaatsvond, was niet goedgekeurd door de gemeente Amsterdam. Burgemeester Femke Halsema, die het protest „onverantwoord” noemde, had XR wel toestemming gegeven voor een protest bij de nabijgelegen Amstelveenseweg.
De demonstratie duurde zeker vijf uur en begon toen een groep deelnemers zelf het verkeer had stilgelegd met eigen voertuigen. Uiteindelijk werden bijna 400 betogers door de politie meegenomen. Het merendeel daarvan mocht zonder identiteitscontrole weer naar huis. Op basis van camerabeelden en verklaringen van de politie heeft het OM nu bepaald dat zes mensen een geldboete verdienen.
Nederland koopt steeds meer Israëlische wapens, zo blijkt uit een inventarisatie van NRC. In de afgelopen vijf jaar schafte het ministerie van Defensie voor bijna twee miljard (1,89 miljard) euro aan Israëlische wapens aan. De helft daarvan (0,95 miljard) is aangekocht ná het uitbreken van de Gaza-oorlog op 7 oktober vorig jaar. Ondanks kritiek van het kabinet op het grote aantal Palestijnse burgerslachtoffers door de aanhoudende Israëlische bombardementen, is de import van wapens uit Israël in het afgelopen jaar dus sterk gestegen.
Nederland kent een streng beleid voor de export van wapens, waarbij iedere verkoop moet worden getoetst aan mensenrechten. Afgelopen februari bepaalde het Haagse Gerechtshof in hoger beroep bijvoorbeeld dat Nederland geen onderdelen voor Israëlische F-35 gevechtsvliegtuigen meer mag (door-)leveren vanuit een logistiek depot op vliegbasis Woensdrecht, vanwege het „aanmerkelijke risico” dat Israël er het humanitair oorlogsrecht mee schendt bij de bombardementen op Gaza. Hoewel het kabinet in cassatie is gegaan tegen de uitspraak, ligt de export van F-35-onderdelen vanuit Nederland naar Israël sindsdien volledig stil.
Geen alternatief
Voor de import van militair materieel bestaat er, anders dan voor de export, geen specifiek beleid. Sinds de Russische inval in Oekraïne in 2022 heeft Defensie er miljarden budget bij gekregen en is het ministerie bezig met een inhaalslag om enorme tekorten in wapens en munitie goed te maken. Terwijl het departement in 2019 ongeveer 2 miljard euro aan nieuw materieel kon besteden, is dat bedrag gegroeid tot ongeveer 5 miljard in het afgelopen jaar.
Wapens uit Israël nemen daarbij een opvallend grote plaats in: sinds 7 oktober 2023 kocht Nederland voor 0,95 miljard aan Israëlische wapensystemen.
In de afgelopen decennia heeft de Israëlische wapenindustrie een stormachtige ontwikkeling doorgemaakt. In bepaalde segmenten zijn de Israëliërs zelfs marktleiders. Zo bestaat er eigenlijk geen alternatief voor de Israëlische zelfbeschermingssystemen voor pantserwagens en tanks, zoals het ‘Trophy’-systeem van de firma Rafael, dat anti-tankraketten en drones uit de lucht kan schieten. Ook op het gebied van rakettechnologie en elektronische oorlogsvoering behoren Israëlische defensiebedrijven tot de wereldtop. Daar komt bij dat er door de toegenomen vraag krapte is ontstaan op de internationale defensiemarkt. Zo waren de lange leveringstijden een belangrijk argument voor Nederland om te kiezen voor Israëlische Puls-raketartillerie, en niet voor het Amerikaanse Himars-systeem, dat furore maakt in Oekraïne.
„Defensie wil het best mogelijke materieel, dat tijdig beschikbaar is, binnen de beschikbare middelen voor onze militairen”, schreef het departement in antwoord op Kamervragen over de Defensiebegroting. „In sommige gevallen komt het beste materieel uit Israël.”
Op een laag pitje
Dat wil niet zeggen dat de import uit Israël niet controversieel is. „Het Israëlische optreden in Gaza heeft de defensierelatie met Israël onder druk gezet”, schreven ambtenaren deze zomer in de introductiebundel voor de nieuwe minister van Defensie Ruben Brekelmans (VVD). De voorlopige uitspraak van het Internationaal Gerechtshof over aanwijzingen voor genocide in Gaza roept „vraagtekens” op over „de mate waarin Israël nog als like-minded partner kan worden gezien”, zo schrijven de ambtenaren. Daar waar er voorheen intensieve contacten waren tussen Den Haag en Tel Aviv, bijvoorbeeld in de vorm van kennisuitwisseling over militair materieel, zijn die inmiddels op een laag pitje gezet: „Sinds 7 oktober vinden er vrijwel geen concrete samenwerkingsactiviteiten plaats.”
Donderdag organiseert de NIDV, de organisatie voor Nederlandse defensiebedrijven, zijn jaarlijkse wapenbeurs in Ahoy in Rotterdam. Israëlische bedrijven zullen ook vertegenwoordigd zijn. De Rotterdamse politie houdt er rekening mee dat anti-Israëlische demonstranten zich kunnen aansluiten bij een al aangekondigde demonstratie bij Ahoy. Na het geweld tegen Israëlische voetbalsupporters in Amsterdam neemt de politie in Rotterdam geen enkel risico. Voor het evenement is een crisisstaf actief gedurende de dag.
Defensie wil het best mogelijke materieel, dat tijdig beschikbaar is, binnen de beschikbare middelen voor onze militairen
NRC heeft de inventarisatie voorgelegd aan het ministerie van Defensie. Het departement laat weten dat het geen gedetailleerde cijfers kan geven over de omvang van de wapenaankopen uit Israël, vanwege de commerciële vertrouwelijkheid van contracten en vanwege de financiële onzekerheden die gepaard gaan met grote materieelprojecten. „In de rapportages aan de Tweede Kamer werkt Defensie met bandbreedtes”, zegt een woordvoerder. „De schatting van NRC bevindt zich binnen deze bandbreedtes.”
De eerste versie van de Human Cell Atlas is er, een gigantische database met beelden en beschrijvingen van alle cellen in het menselijk lichaam. Woensdag publiceerde het wetenschappelijke tijdschrift Nature (en een aantal andere tijdschrifttitels in hun portfolio) in één keer dertien artikelen over verschillende bijdragen aan deze atlas.
De studies beslaan nog lang niet het hele lichaam, maar wel allerlei onderdelen ervan – niet alleen in het volwassen lijf, maar ook in de loop van de ontwikkeling. Zo is er een beschrijving van de cellen in de zich ontwikkelende schedel en de gewrichten van een embryo. Ook is er een maag-darmatlas, met een beschrijving van alle cellen die in het maag-darmkanaal te vinden zijn.
Kweken van organoïden
De atlas is vrij toegankelijk en dient als naslagwerk voor wetenschappers, bijvoorbeeld bij het ontwikkelen van medicijnen of het kweken van organoïden. Daarom biedt hij ook gereedschappen om met de gegevens te werken, zoals een zoekmachine op basis van kunstmatige intelligentie waarmee verwante celtypen kunnen worden opgespoord.
Een mensenlijf telt pakweg 37 biljoen cellen, in tientallen verschillende weefsels en organen. Dankzij de snelle vooruitgang in moleculaire en microscopische technieken, in computerrekenkracht en in kunstmatige intelligentie krijgen wetenschappers steeds meer en gedetailleerde kennis over afzonderlijke cellen en hun samenhang.
Het werk aan de Human Cell Atlas begon in 2016. Het doel is om een beschrijving te krijgen van elk celtype dat er bestaat: van het genetische binnenwerk, het uiterlijk, van hoe ze werken, van de samenwerkingen met andere cellen in een orgaan en van wat er gebeurt bij ziekte. Er zijn achttien deelgebieden uitgekozen, zoals de huid, vetweefsel, het hart, de longen, het immuunsysteem. Aan de ambitieuze exercitie werkten tot nu toe 3.600 mensen uit 102 landen mee. Ze hebben inmiddels 61,8 miljoen cellen beschreven, van meer dan 10.000 verschillende mensen van diverse etnische achtergronden.
In 2023 verscheen al de grootste collectie beschrijvingen van menselijke hersencellen tot dan toe, met ruim drieduizend celtypes, in 23 wetenschappelijke artikelen. Dat hersencel-naslagwerk is onderdeel van de overkoepelende Human Cell Atlas.
Lees ook
Een atlas van een van de grootste mysteries die we kennen: het menselijk brein
Ziekte van Crohn
Met een complete beschrijving van alle cellen in een gezond mensenlijf zullen wetenschappers ook allerlei ziekten beter begrijpen, zodat ze daar behandelingen voor kunnen maken, is de hoop van de makers van het naslagwerk.
De maag-darmatlas die nu is gepubliceerd is daarvan een voorbeeld. Die bevat niet alleen beschrijvingen en beelden van cellen in de mond, de slokdarm, de maag en de dunne en dikke darm, maar ook gegevens van mensen met de ziekte van Crohn, een chronische ontsteking van de darmwand. De onderzoekers die aan deze atlas werken ontdekten een celtype in de darm die mogelijk een rol speelt bij die ontsteking.
Het is nog niet de eerste versie, wel een cruciale component van de eerste versie, benadrukte een van de betrokken onderzoekers, Aviv Regev in een persbijeenkomst van Nature. „De komende twee jaar zullen de gegevens van de achttien deelgebieden aangevuld worden en is de eerste versie klaar. Maar dan zijn er nog veel gaten in te vullen. De Human Cell Atlas zal tot in lengte van jaren worden uitgebreid en verbeterd.”
Het Internationaal Strafhof (ICC) in Den Haag heeft een voormalige politiechef uit Mali veroordeeld tot tien jaar gevangenisstraf voor oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid, meldt persbureau ANP. Nadat Al Hassan Ag Abdoul Aziz Ag Mohamed Ag Mahmoud eerder al schuldig was bevonden bepaalde het hof woensdag de strafmaat.
Al Hassan pleegde zijn misdaden als politiechef van de stad Timboektoe tussen april 2012 en januari 2013 namens de jihadistische organisatie Ansar Dine. Volgens het hof had hij een „sleutelrol” in het terreurbewind van de jihadisten; gevangenen werden onder Al Hassans leiding gemarteld en verminkt.
Vooral vrouwen en meisjes waren het slachtoffer, stelde voormalig hoofdaanklager Fatou Bensouda eerder. Zij beschuldigde de inmiddels 47-jarige Al Hassan ook van betrokkenheid bij verkrachting en seksuele slavernij, maar daarvoor is volgens het ICC onvoldoende bewijs.
Aanklagers baseerden zich onder meer op 39 door Al Hassan ondertekende politierapporten waarin het ging over martelingen. Op de misdaden waarvoor hij werd veroordeeld staan volgens het ICC gevangenisstraffen tot dertig jaar. Bij uitzondering is ook levenslang mogelijk.
Al Hassan werd in 2018 door de Malinese autoriteiten uitgeleverd naar Den Haag, waar hij sindsdien vastzit. De zes jaren die hij al in de gevangenis heeft doorgebracht worden volgens persbureau Reuters van zijn gevangenisstraf afgetrokken. Het is niet bekend of Al Hassan de resterende tijd in Scheveningen of elders uitzit.
Lees ook
De politiebaas van Timboektoe, schuldig aan oorlogsmisdaden, deed volgens zijn advocaat ‘wat politieagenten wereldwijd doen’