N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Luister naar
07:42
Luiers leveren gemeenten zo veel afval op dat ze willen dat de Tweede Kamer dit aanpakt. Door het gebruik van wasbare luiers te bevorderen, bijvoorbeeld. Maar kinderen eerder zindelijk krijgen levert misschien nog het meest op.
Wie zou denken dat gemeenten zich willen bemoeien met de luiers van onze kinderen? Toch is het zo. De Nederlandse vereniging van gemeentelijke afvalbedrijven overhandigde eerder deze maand een actielijst aan de Tweede Kamer om meer te doen tegen de gigantische stroom afval die zij moeten verwerken.
Een van de actiepunten: ontwikkel een programma om kinderen eerder zindelijk te maken. Een ander: voer een landelijke campagne over wasbare luiers.
In de wereld van afvalbedrijven en het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW) zijn luiers een serieuze zaak, waar regelmatig dikke rapporten over worden geschreven. Ambtenaren weten het, en jonge ouders die om de paar dagen een volle zak luiers in de restafvalbak slingeren, voelen het aan hun lamme armen: luiers veroorzaken héél veel afval.
400 kiloton afval per jaar is te wijten aan wegwerpluiers en incontinentiemateriaal (zoals broekjes tegen urineverlies). Huishoudelijk restafval bestaat voor tussen de 5 en 8 procent uit luiers en incontinentiemateriaal. Gemiddeld wordt een kind in zijn leven 5.400 keer verschoond. Die luiers worden bijna altijd verbrand.
Op het oog is er de afgelopen jaren weinig veranderd aan een luier, maar schijn bedriegt. Het gewicht van een wegwerpluier halveerde bijna sinds de jaren 80, schreven onderzoekers van adviesbureau TAUW in opdracht van het ministerie van IenW. Vroeger waren luiers absorberend door wat in jargon ‘fluff’ heet: een materiaal verkregen van bijvoorbeeld hout- of hennepvezels, in een jasje van verschillende plasticsoorten. Die fluff wordt steeds meer vervangen door de opkomst van superabsorberende polymeren (ook een aardolieproduct) die vele malen hun eigen gewicht aan water opnemen. Moderne luiers kunnen zo meer vocht vasthouden, zijn lichter en comfortabeler.
Luiercomfort en drukke ouders
Wetenschappelijk onderzoek ontbreekt, maar deskundigen wijzen er geregeld op dat kinderen juist door die comfortabele luiers steeds later zindelijk worden. Gemiddeld worden kinderen in Nederland nu zindelijk met drie jaar en twee maanden. Ze zijn zeven tot twaalf maanden later zindelijk dan dertig jaar geleden (oftewel 1.150 tot 1.970 luiers later). Luiercomfort is trouwens niet de enige oorzaak die wordt genoemd voor late zindelijkheid, ook drukke ouders met minder tijd om hun kind de luiers uit te helpen.
Met de groeiende luierberg groeit ook het ongemak en daarom is de wasbare luier enigszins in opkomst, of eigenlijk terug van weggeweest – want luiers werden al gewassen tot in de jaren 60 de wegwerpluier op de Amerikaanse markt kwam. De wasbare luier van nu is een stuk praktischer, lekt minder door en grote ketens zien er ook een markt in. HEMA kwam met z’n eigen wasbare luier, net als Kruidvat, en zelfs wegwerpgigant Pampers experimenteert ermee.
Bij wegwerp versus wasbaar is de eeuwige vraag: wat is duurzamer? Recent publiceerde onderzoeksinstituut CE Delft daar nog een doorwrocht rapport over, in opdracht van Rijkswaterstaat.
Het probleem met het antwoord op die vraag is de eindeloze reeks factoren waar het van afhangt. Hou je vast: het gewicht van de luiers, het aantal verschoningen, hoelang de wasbare luier meegaat, hoe heet de luiers worden gewassen, hoe zuinig de wasmachine is, hoe vol de trommel zit, of er een droger wordt gebruikt, hoe zuinig die droger is, hoe vol de droger zit en wat de energiemix is van het huishouden (hoeveel groene stroom).
Toch is het antwoord ook weer niet zó ingewikkeld: wasbare luiers zijn duurzamer. De onderzoekers tekenden een basisscenario uit, een hypothetisch scenario bij een gezin thuis tussen milieubewust en vervuilend in. Dan is de klimaatimpact van wasbare luiers 64 procent lager dan bij wegwerpluiers die verbrand worden.
Er is nog een derde alternatief: recycling. Een klein deel van gescheiden ingezameld luierafval gaat naar één installatie bij Nijmegen in de buurt die luiermateriaal onder hoge druk en temperatuur kan verwerken tot biogas en een herbruikbare kunststoffenstroom, niet voor nieuwe luiers maar voor de productie van bijvoorbeeld autobumpers en bloempotten.
Als luiers gerecycled worden, neemt de klimaatimpact volgens CE Delft met 41 procent af ten opzichte van verbranding. Dat is mooi, maar zelfs met recycling haalt wegwerp het dus niet bij wasbaar. Plus: de recyclingcapaciteit voor luiers is nog klein. Bovendien is het intensief: luiers moeten apart worden ingezameld, er moet een infrastructuur komen om ze te vervoeren naar recyclinginstallaties en het proces zelf kan veel energie kosten.
De overheid zet hier wel op in met subsidie voor nieuwe recyclinginstallaties. Ook is er een plan om producenten van luiers vanaf 2026 deels verantwoordelijk te maken voor de inzameling en recycling. Luiermakers storten vermoedelijk straks een paar cent per luier in een pot met geld voor gemeenten en recyclingbedrijven, om recycling te stimuleren. Zo’n ‘uitgebreide producentenverantwoordelijkheid’, zoals dat heet, bestaat bijvoorbeeld al voor petflesjes, batterijen en glas.
Luierafvalberg
Niet alleen producenten van luiers en ouders kunnen wat doen tegen de luierafvalberg, ook kinderopvang-, kraamzorgorganisaties en gemeenten kunnen meer doen om ouders bekend te maken met wasbaar. Partou Kinderopvang experimenteerde op drie locaties in Den Haag met een pilot met wasbare luiers, in samenwerking met een wasserette die de luiers waste, droogde en opvouwde. Kinderen keken op de eerste dag nog wat verbaasd naar hun kruis (wasbare luiers zijn groter), vertelt projectleidster Ursula Kamsteeg, maar waren snel gewend. Ook leidsters waren vlug handig met de drukknoopjes. Nu de subsidie van de gemeente voor het project op is, bekijkt de kinderopvangorganisatie of ze het project doorzetten – want door de samenwerking met de wasserette kost wasbaar meer geld. Andere gemeentes geven ouders direct een subsidie om wasbare luiers te kopen (en dan ís wasbaar voor mensen thuis al goedkoper dan jaren wegwerpluiers kopen).
Positief is de kinderopvangorganisatie in ieder geval over een ander deel van de pilot: voorlichtingsavonden voor ouders van kinderen vanaf anderhalf jaar over zindelijkheid. Want de leidsters kregen de indruk dat ouders hun kinderen daarna daadwerkelijk sneller de luiers uit hielpen.
Ook als er komende jaren nieuwe recyclinginstallaties worden gebouwd, blijft gelden – zoals altijd bij recycling – dat er veel meer milieuwinst te behalen valt aan de voorkant (minder luiers weggooien) dan achteraf. Dus, mag de overheid zich met campagnes een beetje bemoeien met onze kinderen? Een duwtje in de rug om iets te doen tegen de luierafvalberg is zo gek nog niet.