Het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA) plaatste kansarme asielzoekers in een detentieregime, terwijl intern al duidelijk was dat dit niet mag. Ondanks bezwaren van eigen juristen, verdedigde het COA afgelopen februari de aanpak in een rechtszaak tegen een opgesloten asielzoeker. Dat blijkt uit interne stukken die werden vrijgegeven op grond van de Wet open overheid.
Het gaat om de zogeheten procesbeschikbaarheidslocatie (pbl) in Ter Apel. De opvang is bedoeld voor asielzoekers die weinig kans maken op een verblijfsvergunning. In de locatie moeten ze vrijwel de hele dag binnen de hekken blijven. De locatie werd in maart gesloten, nadat de rechter had geoordeeld dat asielzoekers er zonder juridische basis in ‘vrijheidsbeperking’ zaten.
Als het aan minister Faber (Asiel, PVV) ligt, gaat de pbl in Ter Apel zo snel mogelijk weer open en komen er andere bij. Zij schreef onlangs aan de Tweede Kamer dat ze zich daar „onverminderd” voor blijft inzetten.
Juridische risico’s
Het COA wist al maanden voor de sluiting dat de aanpak te ver ging, zo tonen de interne stukken die nu zijn vrijgegeven. In een memo van eind november 2023 aan de COA-directie staat dat er juridische risico’s worden genomen die het COA niet zou moeten dragen en dat dit imagoschade kan opleveren. Een maand later verschijnt een memo waarin staat dat de werkwijze van de pbl „zeer waarschijnlijk” onrechtmatig is. Hoewel de asielzoekers de pbl kúnnen verlaten, moeten ze dan wel een brief tekenen waarin ze afzien van opvang. Dat mag volgens de juristen niet, omdat opvang een recht is.
Van een overheidsorgaan mag je verwachten dat het zich aan de wet houdt en de rechtbank juist voorlicht
Begin dit jaar, in januari, stellen juristen van het COA bezorgd vast dat het opvangorgaan de pbl gaat verdedigen in een komende rechtszaak. „Dat voelt niet goed” en leidt tot „buikpijn” bij de medewerkers. Volgens hen heeft het ministerie van Justitie de aanpak „doorgedrukt” terwijl van begin af aan duidelijk was dat het niet mag. „Waarom doen we het dan toch?”
Op een zitting een maand later is niets te merken van deze zorgen. In de rechtszaak die is aangespannen door een Algerijnse asielzoeker die volgens hem onrechtmatig in de pbl is opgesloten, stelt het COA dat er niets mis zou zijn met de werkwijze. Er zou een gedegen juridische grondslag bestaan voor de pbl, stelt de advocaat van het COA op de zitting. De rechter geeft uiteindelijk de asielzoeker gelijk, waarna de pbl dicht gaat.
Het COA erkent in een reactie dat de „juridische risico’s” van de pbl al bekend waren bij het bestuur, maar dat deze zijn „afgewogen” tegen een ander belang: de „veiligheid en leefbaarheid” rondom asielzoekerscentra. „Deze afweging heeft ertoe geleid om de pbl in een pilot te starten.” Er werd al „rekening” mee gehouden dat de pbl bij de rechter zou sneuvelen.
Advocaat Inge Zuidhoek, die de rechtszaak voerde, reageert verbaasd. „Als het COA wist dat de constructie niet deugde, had het zelf moeten ingrijpen en niet de verantwoordelijkheid bij de rechter moeten leggen. Van een overheidsorgaan mag je verwachten dat het zich aan de wet houdt en de rechtbank juist voorlicht.”
Het COA vindt zelf niet dat de rechtbank is misleid. „Er is openheid betracht en het is daarna aan de rechtbank om een afweging te maken.” Wel bevestigt het opvangorgaan dat de COA-advocaat heeft gepoogd „om de rechter te overtuigen van de rechtmatigheid” van de pbl, terwijl de interne bezwaren ook bij de advocaat bekend waren.
Twee keer per dag melden
De pbl is onderdeel van een omstreden asielaanpak. In februari berichtte NRC dat voormalig minister van Justitie en Veiligheid Dilan Yesilgöz (VVD) via een vertrouweling plannen doorvoerde waarmee ‘overlastgevende’ asielzoekers op onduidelijke gronden in deze pbl terechtkomen. In de aanpak wordt ‘overlast’ met opzet niet gedefinieerd. Uiteindelijk werden in minder dan een jaar tijd ruim 320 asielzoekers in de pbl geplaatst. Ruim de helft van hen kwam uit Algerije, een land dat door het COA als ‘veilig’ wordt beschouwd. Het merendeel van de bewoners liep weg.
De gemeente Westerwolde, waar Ter Apel onder valt, zegt er bij minister Faber op te hebben „aangedrongen de pbl zo spoedig mogelijk te heropenen”. Dit zou volgens de gemeente helpen „om de overlast in het dorp en in het aanmeldcentrum te beperken”.
Door een aanpassing in de werkwijze is er volgens een woordvoerder van het ministerie nu wel een wettelijke grondslag voor de pbl. De groep die in de pbl zal worden geplaatst, blijft hetzelfde: dit zijn „mensen die een kansarm asielverzoek hebben gedaan”.