Kan de koran wettelijk worden beschermd? Hoe dan?

Het demonstratief verbranden van levensbeschouwelijke boeken, zoals de koran, zou landelijk verboden moeten worden. Burgemeester Ahmed Marcouch van Arnhem kondigde vorige week aan daarvoor te gaan lobbyen. Aanleiding was de uit de hand gelopen demonstratie van Pegida-voorman Edwin Wagensveld, half januari in de Arnhemse binnenstad. Hij en een mede-demonstrant probeerden daar een koran te verbranden.

Het sentiment om de koran, het boek zélf, te willen beschermen leeft breder. In 2020 haalde een landelijke petitie op initiatief van de islamitische partij Nida uit Rotterdam zo’n 130.000 handtekeningen.

Marcouch op zijn beurt, herinnerde aan veiligheidsrisico’s voor Nederlandse vertegenwoordigers in het buitenland. Bij eerdere gelijksoortige Pegida-acties werden Nederlandse ambassadeurs in islamitische landen op het matje geroepen. Meestal na binnenlandse protesten tegen de ontheiliging van de koran ‘door’ Nederland – althans, kennelijk toegestaan door de Nederlandse autoriteiten.

De Arnhemse burgemeester legde dit weekend in de NPO-talkshow De Sociëteit uit dat zijn handen wat hem betreft te veel gebonden zijn. Hij mag van de wet immers geen censuur bevorderen. Hij moet demonstraties wettelijk faciliteren en mag alleen ingrijpen als de rechtsorde, het verkeer of de volksgezondheid wordt bedreigd. Van de inhoud van demonstraties, van spandoeken of eventueel meegenomen symbolen moet de burgemeester afstand houden. De burgemeester bewaakt de publieke ruimte, houdt orde en moet eventuele tegendemonstraties mogelijk maken. Pas als dat zóveel capaciteit en inspanning vraagt dat de lokale overheid is overvraagd, mag de burgemeester een demonstratie verbieden of afbreken. En natuurlijk ook als de demonstranten strafbare feiten plegen. Waar het vernielen van een meegebracht boek, hoe heilig voor velen ook, niet toe behoort.

Aansteker

Dat leidde half januari in Arnhem tot nogal geforceerde taferelen. De twee eerder genoemde demonstranten werden door de politie naar het stadscentrum gebracht. Het duo plaatste snel een vuurkorf, ging haastig in de weer met brandbare vloeistof en een aansteker. Waarna ze prompt werden getackeld door een tegendemonstrant die door de ME-linie was gesprint.

Op het plein heersten na afloop hevige emoties en verontwaardiging. Het boekenbrandje was dan mislukt maar de provocatie van het islamitische publiek geslaagd. Dat de aspirant-koranvernielers in een politiebusje mochten arriveren en door de ME werden beschermd, gaf velen het gevoel dat de overheid hier laakbaar handelde. De vuurkorf bleek intussen voorgeschreven door de lokale algemene verordening. Arnhem laat vuur bij protesten alleen als sfeermaker toe, in een vuurkorf dus.

Aan gemeenten met een totaalverbod op demonstratievuur past Pegida zich aan door de koran dan met de hand te komen verscheuren. Daarbij mag de voorman graag een varkensmuts dragen, volgens de islam immers een onrein dier. Ooit trachtte de groep in Utrecht met een openbare varkensvleesbarbecue aan het einde van de ramadan bij een moskee onrust te stoken. De burgemeester wist dat te voorkomen door de actie met een beroep op de openbare orde te verplaatsen. In 2021 ontvingen moskeeën dichtgeplakte luiers met daarin versnipperde koranverzen en een cartoon van de profeet Mohammed. Het OM seponeerde omdat islamkritiek niet strafbaar is.


Lees ook
Op de maandag na de afgeblazen koranverbranding in Arnhem vechten verslagenheid en vastberadenheid om voorrang

Burgemeester Ahmed Marcouch in gesprek met tegendemonstranten van de koranverbranding door Pegida-voorman Edwin Wagensveld.

Demonstratievrijheid

Dat is precies de klem waarin de Arnhemse burgemeester en andere voorstanders van wettelijk te beschermen boeken als de koran, zich nu bevinden. Weliswaar zijn vernieling en openbare brandstichting strafbaar, maar demonstratievrijheid als grondrecht weegt bij het gezag zwaarder.

Ook bepalingen voor belediging uit het wetboek van strafrecht helpen niet tegen een koranverbranding, is de communis opinio onder juristen. Daarbij moet het altijd gaan om uitingen ‘bij geschrift of mondeling’ – en dat is verscheuren of verbranden per definitie niet. Bij schriftelijke of mondeling uitlatingen geldt de beperking dat die niet ‘onnodig grievend’ mogen zijn. Maar dat is in de praktijk niet snel het geval. De islam een ‘krankzinnige ideologie’ noemen en een reden ‘om moslims te verachten en haten’ (Pegida-uitlatingen uit 2015) vond de rechter toelaatbaar.

Volgens vaste Europese rechtspraak zijn publieke uitingen die ‘kwetsen, verontrusten en schokken’ toegestaan. Medeburgers als groep beledigen wegens hun godsdienst is dan weer wel strafbaar, zo ondervond bijvoorbeeld Geert Wilders in 2020 en 2021, toen hij werd veroordeeld voor groepsbelediging. Maar in het Hoge Raad ‘gezwel-arrest’, over de ‘Stop het gezwel dat islam heet’-poster, werd vastgesteld dat moslims op deze manier in hun godsdienstige gevoelens aantasten niet strafbaar is. „Indirecte belediging valt niet onder de reikwijdte van de strafbaarstelling, hoe onsmakelijk of grievend ook.

„Hetzelfde zal gelden voor koranverscheuring”, schreef hoogleraar recht en religie Paul van Sasse van Ysselt vorig jaar in het Nederlands Juristenblad. Er kan „amper worden opgetreden” tegen koranvernieling, concludeerde hij. Iedereen mag iets vinden van boeken – en ieder is vrij de eigen exemplaren ervan symbolisch publiekelijk te vernielen.

Thora en bijbel

Intussen zijn er wel aanwijzingen dat de wal het schip aan het keren is. Denemarken wil het verbod op het verbranden van vlaggen van buitenlanden uitbreiden met een verbod op het ontheiligen van religieuze voorwerpen, zoals de koran. Aanleiding zijn ongeregeldheden en bedreigingen na Deense koranincidenten. Burgemeester Marcouch spreekt naast de koran ook over de thora en de bijbel als wettelijk te beschermen boeken.

Dat zou betekenen dat de wetgever moet beslissen welke boeken (of symbolen) wel heilig zijn en welke niet. Wat de scheiding tussen kerk en staat nogal op de proef stelt. Dient ook het christelijke kruis te worden beschermd tegen vernieling of brandstichting? De Grondwet zelf misschien? Boeddhisme en hindoeïsme dienen zich ook aan. Om van de speciaal tegen de wettelijke bevoorrechting van kerken opgerichte ‘Kerk van het Vliegende Spaghettimonster’ nog maar te zwijgen. Daar is een vergiet op het hoofd ‘heilig’ verklaard.

Tien jaar geleden werd op initiatief van D66 en SP nog het wetsartikel dat ‘smalende godslastering’ strafbaar stelde, uit 1932 ter bestrijding van anti-christelijke propaganda, juist uit het wetboek geschrapt. De burger moet maximaal vrij kunnen zijn in z’n godsdienstkritiek, was de heersende gedachte. Evenmin dienen religies wettelijk te worden voorgetrokken of gelovige burgers te worden beschermd in hun religieuze gevoelens.

Het is het dilemma van de botsende grondrechten ten voeten uit – de vrijheid van de één om zich in z’n religieuze gevoelens beschermd te weten versus het recht van de ander om zo min mogelijk te worden gehinderd in z’n demonstratieve kritiek ertegen. Maar dan in een samenleving waarin het gewicht van orthodoxe religies weer aan het toenemen is.