Kan dat ook in Nederland gebeuren, zo’n grootschalige stroomuitval als in Spanje en Portugal? De lessen die hieruit zijn te trekken

De schrik zit er bij veel Nederlanders goed in. De vraag naar noodstroom was al toegenomen, onder meer vanwege de geopolitieke onrust, en zal vermoedelijk niet afnemen na de grote stroomstoring die maandag Spanje en Portugal ontwrichtte. De hier en daar rampzalige gevolgen op het Iberische schiereiland zijn voor Nederlandse netbeheerders en energieleveranciers aanleiding hun klanten erop te wijzen hoe afhankelijk het land in de loop der jaren is geworden van elektriciteit. Burgers en bedrijven worden op het hart gedrukt maatregelen te nemen om bij zo’n storing de eerste uren of dagen door te komen.

„In Nederland is een grootschalige stroomuitval extreem uitzonderlijk, maar Nederlandse burgers en bedrijven moeten zich wel voorbereiden. Denk dus vooruit”, schrijft Hans-Peter Oskam, algemeen directeur van Netbeheer Nederland, de branchevereniging voor netbeheerders, dinsdag op LinkedIn. Daarom is het nuttig je als burger voor te bereiden op een periode van 72 uur zonder stroom. Door vooraf te bedenken wat er afhankelijk is van stroom in je omgeving, wat de problemen kunnen zijn als de storing lang aanhoudt, en door een noodpakket aan te schaffen. Voor het geval dat.

„Is het koud? Houd ramen en deuren gesloten, zodat de warmte binnenblijft. En verwarm en bewoon vooral de kleinste ruimten in je huis”, meldt ‘Denk vooruit’, de overheidswebsite waar netbeheerders en stroomleveranciers naar verwijzen, met een overzicht van de risico’s die Nederland loopt. „Loop langs bij buren die misschien hulp nodig hebben. Kijk of je kunt helpen met praktische zaken zoals een powerbank om een telefoon op te laden.”


Lees ook

Geen aanwijzingen voor een cyberaanval, eerder voor een falend beveiligingssysteem

Mensen in de rij bij station Atocha in Madrid.

Noodstroom

Vitale instellingen en bedrijven beschikken over noodstroom, die de elektriciteitsvoorziening moet overnemen bij een storing. Zodat bijvoorbeeld operaties kunnen doorgaan en beademingsapparatuur blijft werken. Een bedrijf als E-TEC Power Management, gespecialiseerd in de levering van noodstroom en onderhoud van generatoren, vaart er wel bij. „De vraag neemt toe”, zegt service engineer Jurian Wijnalda, van dieselaggregaten, maar ook van batterijen die de stroomvoorziening onmiddellijk overnemen bij een storing, en de „tien tot zestig seconden” overbruggen die generatoren nodig hebben om stroom te leveren. „Dat zijn seconden waarin computers van bedrijven uitvallen, waarin zij belangrijke data kunnen verliezen.”

Ook de landelijke overheid is doordrongen van de ernst van een mogelijke crisis, zo blijkt uit het drie jaar geleden opgestelde Nationaal Crisisplan Elektriciteit. Daarin worden onder meer „dilemma’s” besproken zoals of de overheid goederen moet vorderen als burgers en bedrijven die gaan hamsteren. En er staan aanbevelingen in voor communicatie aan burgers: „Bevestig wat zichtbaar is, vertel wat je wel en wat je niet weet, ontkracht geruchten of laat weten dat je de geruchten kent en ze onderzoekt. Geef een handelingsperspectief mee: wat kunnen burgers doen?”

Vul emmers of bad met water

Dat een landelijke langdurige stroomstoring nooit helemaal uit te sluiten is, stelt ook David Smeulders, hoogleraar energietechnologie aan de TU in Eindhoven. „Zelf zou ik in zo’n geval allereerst een flinke hoeveelheid water inslaan, misschien door emmers of een bad te vullen, want de kans bestaat dat er op een gegeven moment geen water meer uit de kraan komt.”

Een aggregaat is niet goedkoop. Je moet het regelmatig testen. Er moet brandstof in. Het stoot CO2 uit

Dat instellingen en bedrijven noodstroom aanleggen, kan hij in sommige gevallen goed begrijpen. „Zoals een bedrijf in diepvriesijsjes.” Maar hij waarschuwt ook voor de nadelen. „Een aggregaat is niet goedkoop. Je moet het regelmatig testen. Er moet brandstof in. Het stoot CO2 uit. En wie zo’n apparaat heeft, komt in de verleiding het vaker dan nodig te gebruiken.”

De kans op een gigantische stroomstoring moet, hoe desastreus de gevolgen ook zijn, niet worden overdreven. De betrouwbaarheid van de elektriciteitsvoorziening is hoog; een Nederlander had afgelopen jaar gemiddeld 22 minuten geen stroom, de leveringszekerheid van het Nederlandse hoogspanningsnet was 99,99988 procent. Als een stroomstoring zich in Nederland voordoet, duurt deze gemiddeld twee uur. Die leveringszekerheid moet Nederland trachten te handhaven, zegt Smeulders.

„Je hoort de laatste tijd weleens mensen, zelfs netbeheerders, zeggen dat het wel een onsje minder kan, dat we een stroomstoring af en toe voor lief moeten nemen, bijvoorbeeld als een transformatorhuisje klapt doordat er ineens veel stroom uit zonnepanelen het net in stroomt. Dat is wat we moeten voorkomen.”

Intensief verbonden

Nederland maakt minder kans op grootschalige stroomuitval, leggen deskundigen uit, doordat het veel intensiever dan Portugal en Spanje is verbonden met de stroomnetten van andere landen, zoals Engeland, Duitsland, Denemarken, Noorwegen en België. Daardoor stroomt een haperend net in Nederland sneller vol met elektriciteit uit het buitenland. Bovendien zijn elektriciteitsnetten veelal „redundant” uitgevoerd. „De netten voor hoogspanning en middenspanning zijn dubbel uitgevoerd: er zijn ‘vluchtstroken’ ingebouwd waarlangs in geval van storing de stroom kan worden omgeleid”, zegt een woordvoerder van TenneT, beheerder van hoogspanningskabels in Nederland. Hierdoor blijven de gevolgen van een langere storing veelal tot het laagspanningsnet voor huishoudens beperkt, tot een enkele straat of een stadsdeel.

Ook zijn in Nederland afspraken gemaakt over reservecapaciteit en noodvoorzieningen, zegt Machiel Mulder, hoogleraar energie-economie aan de Rijksuniversiteit Groningen. Hij heeft eens een analyse gemaakt of storingen uit te sluiten zijn door een gigantische reservecapaciteit op te bouwen en allerlei systemen dubbel of driedubbel uit te voeren. „De voordelen daarvan wegen niet op tegen de nadelen, het is ontzettend duur.”

Dat betekent niet dat Nederland zich dan maar moet richten op de gevolgen van een eventuele stroomuitval. Beter is het, aldus Mulder, om de oorzaak van de stroomuitval in Spanje en Portugal grondig te bestuderen. „Als die oorzaak ligt in schade aan leidingen door grote temperatuurschommelingen, dan zouden we in Nederland bijvoorbeeld die leidingen nog beter kunnen beschermen tegen die schommelingen.”


Lees ook

In Spanje gonst het na de stroomstoring van de zorgen en geruchten

Treinstation Atocha in Madrid, waar een dag na de stroomstoring een deel van de treinen weer begon te rijden. Foto Thomas Coex