Kabinet houdt rapport geheim dat terugkeer van tienduizenden Syriërs kan betekenen

Syrische asielzoekers én Nederlandse politici kijken er al maanden naar uit: de beoordeling van hoe veilig Syrië is geworden na de val van Bashar al-Assad eind vorig jaar. Of tienduizenden Syriërs nog in aanmerking komen voor asiel in Nederland, hangt grotendeels af van een rapport over Syrië van het ministerie van Buitenlandse Zaken dat eind deze maand klaar is.

Maar waar tot voor kort dergelijke oordelen openbaar werden gemaakt, zal nu de beoordeling van Syrië geheim blijven. Minister Caspar Veldkamp (Buitenlandse Zaken, NSC) meldde gisteravond aan de Tweede Kamer dat het kabinet zulke ‘ambtsberichten’ over landen niet meer vrijgeeft.

Die rapporten van Buitenlandse Zaken vormen de basis voor het toelatingsbeleid. De ambtenaren raadplegen ambassades, ngo’s, mediaberichten en andere bronnen om de veiligheidssituatie per land te beschrijven. Aan de hand daarvan besluit het ministerie van Asiel en Migratie welke asielzoekers bescherming krijgen.

De vorige ambtsberichten schetsten een uiterst negatief beeld van Syrië. Zo liepen Syriërs die terugkeren volgens de rapportages ernstig gevaar. Daarom werden hun asielaanvragen in de regel ingewilligd.

Maar nu Assad weg is, is de vraag hoe Buitenlandse Zaken het land dit keer beoordeelt. Op de ambtelijke analyse staat grote politieke druk: PVV-leider Geert Wilders roept al maanden dat Syrië weer veilig moet worden verklaard, zodat Syrische vluchtelingen kunnen worden teruggestuurd.


Lees ook

De asieljongeren die niet naar de Efteling gingen zijn ook niet op de kermis. ‘Verbazingwekkend dat het hier in het dorp zo snel fout loopt’

Politie op de jaarlijkse kermis in Sint Annaparochie. Foto Jaspar Moulijn/ANP

‘Verleidelijk’

Maar nu het rapport bijna klaar is, wordt duidelijk dat de inhoud niet bekend zal worden. „Het kabinet heeft besloten dat algemene en thematische ambtsberichten niet meer actief gepubliceerd worden op rijksoverheid.nl”, schrijft minister Veldkamp aan de Kamer. Volgens hem bestaat daartoe „geen wettelijke verplichting”.

Amnesty International noemt het besluit „heel zorgwekkend”. „Het probleem is dat hierdoor niet meer transparant is waar het kabinet haar asielbesluiten op baseert”, zegt Anouk Donse, beleidsmedewerker bij Amnesty. „Als iemand die bescherming vraagt wordt afgewezen omdat de situatie in diens land veilig genoeg zou zijn, moet diegene wel kunnen weten waar dat besluit op is gebaseerd. Anders kun je je er ook niet tegen verweren.”

Asielzoekers zullen allemaal in beroep gaan om landeninformatie te achterhalen. Zo verschuift de werklast naar de rechtbanken

Carolus Grütters
Centrum voor Migratierecht

Onder het vorige kabinet werd al gesproken over het achterhouden van asielbeleidsstukken. Toenmalig VVD-Kamerlid Ruben Brekelmans, inmiddels Defensieminister, wilde niet alleen de berichten over landen maar ook bijvoorbeeld de werkinstructies van de IND geheim verklaren. Dat was volgens hem nodig omdat asielzoekers de informatie zouden gebruiken om zich anders voor te doen. „Je maakt het voor advocaten en asielzoekers nu wel heel verleidelijk om je voor te doen alsof je uit een bepaald gebied komt of lid bent van een bedreigde groep om hier kans te maken op verblijf”, zei Brekelmans destijds. Onder het vorige kabinet kreeg hij niet zijn zin, maar het nieuwe kabinet sprak in het hoofdlijnenakkoord af om hier wél werk van te maken.

Volgens Carolus Grütters, onderzoeker bij het Centrum voor Migratierecht, heeft het geheim verklaren van ambtsberichten alleen een kortetermijneffect. „De IND kan hierdoor gemakkelijker asielaanvragen afwijzen, omdat ze onderliggende informatie over de veiligheidssituatie in een land niet meer hoeven prijsgeven.” Maar, zegt Grütters, „die mensen zijn natuurlijk niet opeens verdwenen. Die zullen allemaal in beroep gaan om de landeninformatie alsnog boven tafel te krijgen. En dat betekent dus dat de werklast verschuift naar de rechtbanken. Die hebben nu al onvoldoende capaciteit.”

Faber

Het ministerie is vorige maand gestopt met het publiceren van ambtsberichten zonder daar ruchtbaarheid aan te geven, bevestigt de woordvoerder van Buitenlandse Zaken. Sindsdien werden ongemerkt twee berichten afgerond zonder openbaar te worden gemaakt: over Jemen en Eritrea.

Het ambtsbericht over Syrië zou daarmee het derde bericht worden dat geheim is gehouden. Grütters vermoedt dat er „iets in staat wat minister Faber onwelgevallig is”. „Dat er bijvoorbeeld in staat dat de situatie in het land zorgelijk blijft, ondanks het vertrek van Assad.” Dat zou een probleem kunnen opleveren voor Faber, zegt Grütters. „De minister wil graag zo veel mogelijk Syriërs terugsturen, maar dan moet het land wel veilig zijn. En als het ambtsbericht zaken vermeldt die daar haaks op staan, kan ik mij indenken dat het kabinet zegt: laten we dat rapport dan maar even geheimhouden.”


Lees ook

Gemeenten slaan alarm: jonge asielzoekers uit Syrië glijden af naar de criminaliteit

Syrische alleenstaande asielzoekers in het centrum van Utrecht.  Foto Mona van den Berg