N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Het kabinet gaat excuses maken voor het Nederlandse slavernijverleden. Dat melden Haagse bronnen donderdagavond aan meerdere media, waaronder RTL Nieuws. Ook komt er een fonds van 200 miljoen euro voor projecten die bewustwording creëren voor de Nederlandse slavernijgeschiedenis. Daarnaast trekt het kabinet 27 miljoen euro uit voor de bouw van een slavernijmuseum.
Het fonds moet door negen verschillende ministeries gevuld gaan worden. RTL meldt dat bewindspersonen van de partijen VVD, D66, CDA en ChristenUnie meewerken aan het vergroten van bewustzijn. Projecten die aandacht willen vragen voor het slavernijverleden kunnen beroep doen op het fonds, maar het geld kan ook ingezet worden voor publieke voorlichtingen en lespakketten op scholen.
Lees ook: Na de ‘slavernijreis’ begint de puzzel voor de voorstanders van excuses
Het is een unieke stap in Europa om als land excuses te maken en daar geld aan te verbinden. Eerder heeft Duitsland wel al excuses gemaakt voor het brute neerslaan van opstanden in Namibië en heeft de stad Londen in 2007 excuses aangeboden voor het slavernijverleden. Ook enkele banken maakten excuses voor het slavernijverleden.
De VVD reageert verbolgen op het nieuws dat excuses gepaard gaan met een fonds.. „Als dit waar is – is het waanzin” schrijft Kamerlid Pim van Strien op Twitter. „Dit geld kunnen we beter besteden aan de toekomst in plaats van het verleden. Wat de VVD betreft is dit geen gelopen race. Kamer aan zet.” Kamerlid Kati Piri van de PvdA reageert juist positief: „Eindelijk komen er excuses voor het slavernijverleden.”
Naar verwachting zal pas halverwege december het besluit over het excuses bekendgemaakt worden – kort voor 2023, dan is het 150 jaar geleden dat de slavernij beëindigd werd. Daarmee zou het kabinet ook officieel reageren op het rapport van het Adviescollege Dialooggroep slavernijverleden. Dat adviescollege concludeerde vorig jaar al dat het kabinet excuses moet aanbieden voor het slavernijverleden. Ook zou het kabinet de slavernij moeten erkennen als een misdaad tegen de menselijkheid, en erkennen dat de gevolgen daarvan nog steeds doorwerken in het heden.
Black Lives Matter
Het kabinetsbesluit is direct een reactie op het advies van de leden van de Commissie Binnenlandse Zaken van D66, CDA, SP, PvdA, GroenLinks, ChristenUnie, Volt en Bij1, die het kabinet midden oktober al adviseerde om excuses aan te bieden. Dit advies markeerde de eerste keer dat er een Kamermeerderheid was voor het maken van excuses voor het slavernijverleden.
Geheel als verrassing komt het besluit niet. In 2013 werd er al spijt en berouw uitgesproken voor de slavernij door de toenmalige vicepremier Lodewijk Asscher (PvdA). Dat werd in de jaren daarna regelmatig herhaald – het laatst op 1 juli 2020 door toenmalig minister Ingrid van Engelshoven (Onderwijs, D66). Maar over excuses bleven de coalitiepartijen verdeeld: D66 en ChristenUnie waren vóór, VVD en CDA tegen.
De discussie kreeg nieuw leven met de aanvang van de Black Lives Matter-protesten in 2020. Premier Mark Rutte noemde de kwestie van excuses in een Kamerdebat toen nog “complex”: „Kun je mensen die vandaag leven, verantwoordelijk houden voor het verre verleden?” Maar er was een maatschappelijke verandering in gang gezet. Van 2021 tot 2022 maakten de gemeentes Amsterdam, Rotterdam en Utrecht al excuses voor hun rol in het slavernijverleden. Net als de Provincie Noord-Holland, en de banken ABN-Amro en De Nederlandsche bank.
De Tweede Kamer besloot in 2021 wel het slavernijverleden te onderzoeken. Het rapport van het Adviescollege Dialooggroep Slavernijverleden was daar een onderdeel van. Ook organiseerde de commissie Binnenlandse Zaken een reis naar Suriname, Curaçao en Bonaire, waar Kamerleden met actiegroepen, politici, nabestaanden en onderzoekers praatten over de gevolgen van de slavernij. Op basis van die reis werd de Kamermeerderheid vóór excuses gesmeed.
De commissie organiseerde eveneens drie rondetafelgesprekken met nabestaanden en experts over het slavernijverleden. Het laatste rondetafelgesprek vond vandaag plaats, met onder andere de Rotterdamse burgemeester Ahmed Aboutaleb, die zich vóór excuses en een nationale feestdag uitsprak. Nu blijkt dat het derde rondetafelgesprek niet echt meer nodig was. De plannen van het kabinet lekten ongeveer tegelijkertijd uit.