N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Interview
Edison Violist Julija Hartig bewijst nog maar eens dat je voor je doorbraak geen twintigjarige hoeft te zijn. Op 51-jarige leeftijd wint ze de Edison klassiek voor beste nieuwkomer. „Het leven móét zwaar zijn. Alleen dan is het grenzeloze mogelijk.”
‘Het voelt onwerkelijk. Maar aan de andere kant, toen ik de cd ging opnemen, vroeg ik telkens aan de technici: ‘Was deze take gewóón goed, of was-ie goed genoeg voor een Edison?’ Toen ik een mailtje kreeg met als onderwerp ‘Gefeliciteerd met jouw nominatie voor een Edison’, dacht ik dat het phishing was. Ik heb een halfuur rondjes gelopen door mijn huis, en toen voor de zekerheid toch maar de website van de Edisons gegoogeld. Toen zag ik mezelf daar staan. Ik heb de hele dag gegild.”
De nominatie werd winst: 9 oktober krijgt violist Julija Hartig voor haar debuutalbum Dark Velvet, met daarop tien stukken die acht componisten in de loop der jaren voor haar schreven, de klassieke Edison uitgereikt in de categorie voor beste nieuwkomer. En juist die categorie is best bijzonder voor iemand van 51.
Hartig groeide op in het voormalige Joegoslavië. „Mijn moeder was zangeres, mijn vader cellist en componist. Dat ik ook musicus zou worden, was nooit een vraag. Ik wilde zelf liever dansen, maar er was uitgerekend dat ik te lang zou worden om ballerina te zijn. De viool is voor me gekozen, en ik ben grootgebracht als wonderkind.” Hartig moest vroeg volwassen worden („Als vijfjarige was ik al alleen thuis en moest ik mijn eigen eten maken.”) om zich helemaal te wijden aan de muziek. Ze doorliep in Joegoslavië het conservatorium en gaf er al op haar 18de les. Maar de flitsende solocarrière die Hartig al die jaren ingeprent werd, kwam niet. Er kwam oorlog.
Door puur toeval kreeg ze de kans om als vluchteling te komen studeren in Rotterdam. „Het was ineens geregeld. Soms moet je niet nadenken, maar gewoon volgen en vol overgave denken: dit móét goed zijn.” Hartig schreef zich in Nederland in voor een bachelor en master viool, en nam orkestbanen aan om van te leven. Ze probeerde alsnog om als solist door te breken, en ze heeft ook wel voor orkesten gestaan in Nederland en Servië, maar ze kon geen plek vinden om zichzelf „te manifesteren zoals ik echt ben. Daar heb ik me heel lang heel gefrustreerd over gevoeld. Inmiddels had ik geaccepteerd dat het niet alleen aan mezelf lag. Er spelen zo veel factoren mee. Maar in Servië heb ik een hoop mensen teleurgesteld. Ze zien me daar nog steeds als iemand die het niet gemaakt heeft.”
Trauma’s en een helend proces
Toch kun je niet beweren dat Hartig stil heeft gezeten. Na dertien jaar in de Radio Kamer Filharmonie is ze nu sinds tien jaar eerste violist in het Radio Filharmonisch Orkest. In de tussentijd was ze een van de oprichters van muzikantencollectief Splendor en ensemble Ludwig, en stond ze aan de basis van Roctet, het strijkoctet met strijkers uit het Radio Filharmonisch. Met de liefde voor de viool is het ook goedgekomen. „Ik werd dol op vioolspelen toen ik begreep dat de viool gewoon een communicatiegereedschap is. Communicatie, daar draait alles om in de kunst.”
Maar de basis van Hartigs eerste soloalbum, en dus haar Edison, is toch niet al te vrolijk. „Ik had een zware periode vlak voor corona. Toen de pandemie uitbrak, kon ik eindelijk stilstaan en mijn trauma’s in de ogen kijken. Om te begrijpen waar ik allemaal doorheen was gegaan en hoe ik nu in godsnaam beland ben waar ik ben beland, ben ik een persoonlijke blog gaan schrijven.”
„Opeens was daar het verhaal van mijn componerende vader. Als tweejarig kind luisterde ik al naar het ontstaansproces van muziek. Ik realiseerde me dat ik ook daarna altijd dicht bij componisten ben gebleven. Goede vrienden, een relatie, tijdens mijn studie; ik heb altijd componisten om me heen gehouden. Daardoor zijn er in al die jaren heel wat stukken speciaal voor mij geschreven. Ineens had ik de grote wens om dat eens bij elkaar op te nemen. Eigenlijk gewoon voor mezelf, als een helend proces.”
Dat werd Dark Velvet, een album met daarop Hartigs „tien kinderen”. Sommige noemt ze volwassen, zoals de stukken van haar vader uit de vroege jaren 90 die ze door en door kent. Er zijn tieners, zoals ‘Oh, Die, My Love’ van dierbare vriendin Isidora Zebeljan. Het lastigst waren de baby’s, zoals ‘A song for Isidora’ van Calliope Tsoupaki, opgedragen aan diezelfde, jong overleden Zebeljan.
Benjamin Button
Gelukkig schrikt de optimistische en energieke Hartig niet terug voor wat trauma’s en lastige dingen. Sterker nog: „Het leven móét zwaar zijn. Alleen dan is het grenzeloze mogelijk. Ik denk weleens dat een leven dat niet zwaar genoeg is een van de moeilijkste dingen is die je kan overkomen. We leven allemaal op oerinstincten: we hebben de behoefte om voor ons leven te vechten. Ik ben dol op die modus. Of ik ben eraan gewend, dat kan ook.” Dus wat nou als Dark Velvet haar helemáál geheeld had? „Vreselijk!”, gilt Hartig lachend uit. „Gelukkig is dat waarschijnlijk niet meer mogelijk.”
Volwassen moeten zijn als kind en dan als nieuwkomer doorbreken op je 51ste: „Ik voel me net Benjamin Button, de man uit die film die oud geboren wordt en steeds jonger wordt. Dat er snel een volgend album moet komen, voel ik heel sterk. Ik ben nu een nieuwkomer, nu is er geen weg meer terug.”
„Natuurlijk heb ik wel gedacht, ‘Hè, waarom ben ik nou geen 31.’ Ik ben 51, er kan zomaar wat met mijn gezondheid gebeuren. Het is alsof je de liefde van je leven ontmoet en hij is dertig jaar jonger dan jij.” Zijn er ook voordelen aan debuteren op je 51ste? „Voor de rest: alles! Ik voel me fysiek beter dan ooit. Ik ben krachtiger dan ooit. Ik heb mijn eigen stem gevonden.”
Of ze nu meer standaard repertoire gaat spelen, blijft bij nieuw gecomponeerde muziek, of zelf aan het componeren slaat, weet ze nog niet. Of ze wil het niet zeggen, want „idealen en dromen moet je niet verbaliseren voor ze echt bestaan. Dat is verspilde energie. Die energie is juist hard nodig in de cocon waar de dromen zijn.”