Jason kwam zelf in de gesloten jeugdzorg terecht. Nu onthult hij de misstanden

Misstanden te over. Ruim twintig uur per dag eenzaam op je kamer zitten. Veelvuldig en met geweld vastgebonden worden. Pesterijen door personeel. Verkrachtingen door groepsleiders. „Dat is ernstig”, constateert Jason Bhugwandass. „Van die verkrachtingen ben ik nog het meest geschrokken. Er wordt vaak gezegd dat het gedrag van personeel in de gesloten jeugdzorg te maken heeft met onmacht. En ja, er zullen zeker wel eens jongens bij zitten voor wie het personeel bang is. Maar bij de verkrachtingen gaat het om meisjes die worstelen met zichzelf. Door hen hoeft niemand zich geïntimideerd te voelen.”

Dinsdag presenteerde de 26-jarige Bhugwandass een onderzoek naar de ervaringen van tieners op een crisisafdeling van de gesloten jeugdzorg op drie locaties in Harreveld en Zetten. De zorg in deze Zeer Intensieve Kortdurende Observatie en Stabilisatie (ZIKOS) is bedoeld voor jongeren tussen twaalf en achttien jaar oud in een crisis, veroorzaakt door een psychiatrische stoornis. Bhugwandass kwam zelf op zijn zeventiende op de crisisopvang van Harreveld terecht.

Het onderzoek is getiteld ‘Eenzaam gesloten’ en veroorzaakte al voor publicatie ophef. Gemeenten besloten voorlopig geen jongeren meer naar deze afdelingen te verwijzen. De Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd roemde de „moed” van de onderzoeker en de jongeren die hun verhaal hebben gedaan, en is een onderzoek begonnen. „Wij nemen dit heel serieus. Wij kunnen over dit onderzoek geen informatie delen, maar ook wij roepen al jaren dat het niet goed gaat in de geslorten jeugdzorg”, zegt een woordvoerder. En de zorgaanbieders in Harreveld en Zetten hebben een opnamestop ingesteld.

Jason Bhugwandass kreeg bij zijn onderzoek en bij het opstellen van het rapport advies van Jolande uit Beijerse, hoogleraar justitiële jeugdinterventies aan de Erasmus Universiteit.

‘Streng, machtbelust en boos’

De resultaten van het onderzoek zijn onthutsend. „De groepsleiders worden veelal beschreven als streng, machtsbelust en boos”, aldus het rapport. „Jongeren beschreven veel situaties waarin zij gekleineerd, vernederd, uitgescholden of gemanipuleerd zijn door groepsleiders. Zo geven meerdere jongeren aan dat zij of hun groepsgenoten uitgescholden zijn voor ‘mongool’ of ‘kankerhoer’.”

Daarnaast klagen de voormalige cliënten over gebrek aan deskundigheid onder het personeel. „Nul jongeren gaven aan dat groepsleiders goed in staat waren hen te helpen. Groepsleiders snappen meestal niet waar het gedrag van de jongeren vandaan komt en zouden beweren dat het allemaal voor aandacht is.” Van de jonge cliënten heeft volgens het rapport 90 procent een trauma overgehouden; ze zijn er veel slechter uit gekomen dan ze er in gingen.

Jason Bhugwandass zegt het onderzoek te zijn begonnen „omdat mijn eigen ervaringen aanleiding gaven te geloven dat het niet goed gaat”. Hij kwam op zijn zeventiende na verblijven in verschillende jeugdzorginstellingen op de crisisafdeling in Harreveld. „Ik kwam uit een instabiel gezin. Er was sprake van huiselijk geweld en misbruik. Ik was suïcidaal.” In Harreveld kreeg hij te maken met „extreem isolement” en geweld. „Ik ben nu stabiel. Maar het is een lange weg.” Hij wilde met het onderzoek de eigen ervaringen staven aan die van anderen. „Je zit daar alleen en merkt niet wat anderen meemaken. Ik had een negatief beeld. Ik hoopte dat de ervaringen van anderen beter zouden zijn. Dat is niet zo. De verhalen zijn extremer dan ik had verwacht.”

Wij roepen al jaren dat het niet goed gaat

Het rapport bevat, aldus een reactie van VN-kinderorganisatie Unicef, „hartverscheurende” getuigenissen. De 51 ondervraagde jongeren zeggen dat ze per dag gemiddeld 20 uur en 38 minuten per dag doorbrachten in hun kamer, met eenzame gevoelens tot gevolg. „Ik ging op een gegeven moment gewoon tegen poppen praten, omdat ik zo lang op kamer zat en niemand om me heen had”, zegt een van hen over Harreveld.

Naar de wc gaan kon alleen na toestemming die lang op zich liet wachten. „Je moest inbellen en hopen dat iemand naar de deur kwam, eigenlijk. En dan hadden sommige jongeren wel eens ongelukjes. Want als jij naar het toilet moet en niemand komt de deur openmaken, dan heb je wel een probleem natuurlijk,” aldus een getuigenis over Zetten.

Stoornissen werden niet serieus genomen, in Harreveld. „Ze zeiden: ‘Je hebt een eetstoornis? Is goed, zullen we zien hoe lang je dat volhoudt. Vanaf vandaag komen we je ook geen eten meer brengen. Dan roep je vanzelf om eten’.”


Lees ook
Hervormingen in de jeugdzorg: ambities volop, maar wie gelooft er in?

<strong>Staatssecretaris Maarten van Ooijen  </strong>(Zorg, ChristenUnie) dinsdag tijdens het Kamerdebat. ” class=”dmt-article-suggestion__image” src=”http://nltoday.news/wp-content/uploads/2024/03/jason-kwam-zelf-in-de-gesloten-jeugdzorg-terecht-nu-onthult-hij-de-misstanden.jpg”><br />
</a></p>
<p>Buitenlucht kregen de jongeren nauwelijks. „Ik heb een half jaar echt super gesloten gezeten en gewoon geen buitenlucht gehad. En ik weet nog dat het op dat moment sneeuwde. Ze hadden zo’n tuin met hoge hekken. Ik vroeg of ik alsjeblieft in die tuin de sneeuw mocht aanraken. En dan antwoorden: ‘Sneeuw? Nee, mag niet’.”</p>
<p>Er was sprake van psychisch geweld. Over Harreveld: „Ze kleineerden je en manipuleerden je op zo’n manier  dat je aan jezelf gaat twijfelen. Dus dat jij jezelf als de dader ziet, terwijl zij jou eigenlijk gewoon mishandelen, maar dan mentaal.” Er was fysiek geweld. Over Zetten: „Meiden die gefixeerd werden en die gebroken neuzen hadden. Blauwe ogen. Haar uitgetrokken. Schouder uit de kom. Pijnprikkels. Gewoon allemaal van dat soort dingen.” </p>
<p>En seksueel grensoverschrijdend gedrag, waarmee twintig jongeren zeggen te maken te hebben gehad; van handtastelijkheden tot penetratie, door groepsgenoten en groepsleiders. „Ik ben daar ook seksueel misbruikt. Door groepsleiding. Door inval. Ik heb het wel tegen mijn therapeut gezegd, maar mijn therapeut zei meteen tegen mij: ‘Je liegt’.”</p>
<h2 class=Geef liever een hulphond

Bhugwandass doet een reeks aanbevelingen om de zorg te verbeteren: sluit de afdelingen, bied kinderen excuses aan, onderzoek waarom niet eerder is ingegrepen, verbeter het toezicht, bied andere, passende zorg aan. „Als deze afdelingen worden gesloten, komt er veel geld vrij. Ga in gesprek met jongeren, vraag waarmee zij het meeste geholpen zouden zijn en besteed het geld aan passende hulp. Zorg dat iemand een hulphond krijgt, bijvoorbeeld.”

Unicef stelt dat de verhalen „absoluut niet stroken met de verplichtingen die de Nederlandse staat heeft om kinderen te beschermen”, en roept politiek, verzorgers en inspectie op te bewerkstelligen dat jongeren „de zorg krijgen die hun rechten respecteert, nu en in de toekomst”.