Jaap van Zwedens ‘Fliegende Holländer’ zal nog lang in het geheugen ronddolen

Lang voordat Der fliegende Holländer, de legendarische spookkapitein uit Wagners gelijknamige opera, daadwerkelijk ten tonele verschijnt, waart zijn geest zaterdagmiddag al door de Grote Zaal van het Concertgebouw: vanaf het podium weerklinkt zijn kenmerkende, van het noodlot doordrongen leidmotief bij de inspelende koperblazers van het Radio Filharmonisch Orkest. Met oud-chef-dirigent Jaap van Zweden op het affiche zijn de oren vanmiddag extra gespitst voor deze 64ste seizoensopening van de NTR ZaterdagMatinee.

Van Zweden heeft bij de ZaterdagMatinee intussen een indrukwekkend trackrecord aan concertante Wagner-opera’s opgebouwd sinds hij er in 2008 zijn allereerste dirigeerde. Lohengrin, Die Meistersinger von Nürnberg, Parsifal, Tristan und Isolde en Die Walküre passeerden al de revue. Een in 2020 geplande Götterdämmerung viel door corona in het water. Nu voegt hij er een overrompelende uitvoering van Die fliegende Holländer, Wagners eerste ‘volwassen’ opera, aan toe.

Dralen op het dirigentenpodium is er bij Van Zweden nooit bij. Neem daarbij Wagner, die je met zijn ouverture in medias res slingert, en je waant je binnen no time te midden van de beukende golven van een Noordzeestorm. Van Zweden geeft met zijn voortvarende tempi een vliegende start aan deze Holländer; iets meer adem bij de orkestsoli had best gekund, want daarvan is het genieten in de intieme momenten.


Lees ook

‘Met dit orkest kan je het diepe induiken’: Jaap van Zweden wordt chef-dirigent in Parijs

Jaap van Zweden komt terug naar Euorpa als chef-dirigent, na tien jaar Amerika en Azië.

Woelend orkest

De Amerikaanse Matthew Swensen (Der Steuermann) heeft een jeugdig stralende tenor, maar met achter zich een woelend orkest en naast zich de royale bas van Andreas Bauer Kanabas (kapitein Daland) valt zijn dromerige roep om een goedgestemde zuidenwind wel erg in het niet – via de microfoons van NPO Klassiek zal hij de radioluisteraars thuis beter hebben bereikt. Bariton Brian Mulligan gaf aan het gekwelde karakter van de Holländer een menselijke nuance.

De op het laatste moment ingevlogen Wagner-sopraan Ricarda Merbeth zette van meet af aan een obsessieve Senta neer, kapitein Dalands dochter die op basis van een prent haar hart verliest aan de Holländer. De ballade in het hart van de opera, waarin ze over zijn lot verhaalt, zong en acteerde ze met veel dramatiek. Wel leek het schakelen tussen klinkers en medeklinkers haar deze middag parten te spelen met afleidende bijgeluiden als resultaat. Mezzosopraan Iris van Wijnen gaf, ondanks de relatief geringe hoeveelheid noten van haar rol, overtuigend gestalte aan de deugdzame voedster Mary. Tenor Benjamin Bruns bracht in zijn rol als Senta’s afgedankte geliefde Erik een aangename dosis hartzeer mee.

Memorabel was de bijdrage van het Groot Omroepkoor. De vrouwen zorgden als vlijtig spinnende meisjes voor spatgelijke speldenprikjes en plagerige lachsalvo’s, die Senta tot wanhoop dreven. Bij de mannen waren ook leden van Cappella Amsterdam aangemonsterd: samen voorzagen ze Wagners matrozenkoren van geweldige zeebonkenkracht.


Lees ook

Van Zwedens uitvoering van Wagners Walküre werd memorabel topevenement

 Jaap van Zweden