Iran kaapt een olietanker – maar er is meer aan de hand

Er gebeurde weer van alles in de wateren rond het Arabisch schiereiland. Carolien Roelants ziet dat Iran en de VS losjes omgaan met de regels.

Dwars

Wat deed de Kalizma vrijdag in de Golf van Aden, zó dicht onder de kust van Jemen dat de kustwacht in actie kwam? Het schip gedroeg zich volgens de kustwacht „erg verdacht”. Het voerde geen landsvlag (Cookeilanden, bleek later) en reageerde niet op aanmaningen om te stoppen. De bemanning dacht, zei ze later, door piraten te worden belaagd en opende het vuur. De kustwacht schoot terug en volgde het schip tot het misverstand kon worden opgelost. De Britse en Indiase marine kwamen ook nog in actie.

Ik zeg u eerlijk, ik heb ook geen idee wat de bemanning uitvoerde, maar ik vond het voldoende intrigerend om er mijn column mee te beginnen. De Kalizma is namelijk niet zomaar een smokkelbootje, maar een 46 meter lang luxejacht, dus wat deed hij daar? Het schip werd in 1906 als ‘Odysseia’ gebouwd en in 1967 door de filmster Richard Burton (Brief Encounter!) voor 220.000 dollar gekocht voor Elizabeth Taylor (Who is afraid of Virgina Woolf!). Burton schoof haar op de Kalizma ook een 68 karaat wegende diamant van ruim een miljoen dollar aan de vinger. Het intussen in verval geraakte schip werd in 2020 gekocht en opgeknapt door een Indiase zakenman. U kunt het huren voor 134.000 dollar per week, zoek op ‘Charter Index’.

Terzake, óók waterig. Min of meer in de buurt, in de Golf van Oman, bracht de Iraanse marine donderdag een onder de vlag van de Marshalleilanden varende olietanker op, de Advantage Sweet, met een lading olie uit Koeweit op weg naar Houston. Zoiets doet Iran wel vaker. In 2019 gebeurde het met de Britse tanker Stena Impero, in 2021 met een Zuid-Koreaanse tanker en vorig jaar met twee Griekse tankers. In alle gevallen omdat Iran met betrokkenen iets te verhapstukken had. Na een bevredigende regeling werden ze weer losgelaten.

De hoogste Amerikaanse commandant in het Midden-Oosten, generaal Erik Kurilla, sprak van „de illegale inbeslagname” van de Advantage Sweet, „de zoveelste in een voortdurende serie schendingen door Iran van de op regels gebaseerde internationale orde”. Nu wil ik de Iraanse actie niet goedpraten, maar ook Amerika gaat losjes om met die regels. Enkele dagen tevoren hadden de Amerikaanse autoriteiten namelijk een tanker met Iraanse olie met bestemming China, de Suez Rajan, gedwongen naar de VS koers te zetten.

China koopt met prettige korting veel Iraanse olie die onder Amerikaanse sancties ligt sinds president Trump eenzijdig en ongeprovoceerd uit het nucleaire akkoord met Iran stapte. Nu liggen de eigenaren van de meeste tankers die Iraanse olie vervoeren veiligheidshalve op het kerkhof, maar bij de Suez Rajan is ook een Amerikaans bedrijf betrokken. Dat liet zich door Washington dwingen.

Op de achtergrond speelt, ook interessant, de uitspraak van een Amerikaanse rechtbank, in 2018, dat Iran 6 miljard dollar moet betalen aan nabestaanden van de slachtoffers van de aanslagen van 9/11. Het doet er kennelijk niet toe dat van Iraanse betrokkenheid bij die aanslagen nauwelijks bewijs is. De nabestaanden zijn vervolgens naar een rechter gegaan voor inbeslagname en verkoop van de olie uit de Suez Rajan. Deze zaak loopt nog. Maar het geld komt er alvast aanvaren.

Iran zegt dat het een stuk beter gaat met zijn olie-export en dat is Amerikaanse senatoren niet ontgaan. Zij hebben er vorige week bij president Biden op aangedrongen méér Iraanse olie- en gasladingen in beslag te nemen. De internationale regels blijven voorlopig opgeschort.

Carolien Roelants is Midden-Oostenexpert en scheidt op deze plaats elke week de feiten van de hypes.