N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Uitspraken Raad van State Asielzoekers die worden teruggestuurd naar Bulgarije, hebben daar „in beginsel” voldoende toegang tot adequate opvang, oordeelt de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.
De Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) mag asielzoekers die in Bulgarije zijn geweest naar dat land blijven terugsturen. Hoewel de Bulgaarse autoriteiten zich schuldig maken aan illegale pushbacks, zijn er geen aanwijzingen dat asielzoekers die op grond van de Dublinverordening aan het Oost-Europese land worden overgedragen daarvan het slachtoffer worden. Dat heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State woensdag in twee uitspraken geoordeeld.
Bulgarije ligt aan de rand van de Europese Unie, en is daarmee voor veel asielzoekers het eerste aankomstland. Dit betekent dat Bulgarije, op grond van de Dublinverordening, verantwoordelijk is voor de asielprocedure. Maar veel asielzoekers en vluchtelingen beschouwen het Oost-Europese land als doorreisland, en zijn geenszins van plan daar hun leven voort te zetten.
Daar komt ook nog bij dat „pushbacks in Bulgarije op systematische wijze en op zeer grote schaal plaatsvinden en dat daarbij veel individuen zijn betrokken”, zo schrijft de Afdeling woensdag. Bij pushbacks worden mensen van wie duidelijk is dat ze asiel willen aanvragen buiten de EU-grens geduwd, vaak op gewelddadige wijze. Dit is in strijd met internationaal en Europees recht, die voorschrijven dat een ieder recht heeft op een eerlijke asielprocedure.
Onterechte vrees
In de twee zaken die woensdag door de Raad van State zijn afgehandeld, meenden beide asielzoekers dat zij ook „verder landinwaarts in Bulgarije” risico lopen op illegale wegdrijving. Hun vrees is onterecht, stelt de Afdeling. Uit nieuwsberichten blijkt namelijk „dat de pushbacks alleen in het grensgebied plaatsvinden”.
Uit informatiebronnen die door de asielzoekers zijn overgelegd blijkt verder niet dat zogenaamde ‘Dublinclaimanten’ hoeven te vrezen voor de pushbacks. Zo hebben Bulgaarse rechtshulpverleners aan VluchtelingenWerk laten weten dat „de kans uitermate klein is” dat asielzoekers die worden teruggestuurd naar Bulgarije aldaar over de grens worden geduwd. Tot slot blijkt uit Bulgaarse wetgeving dat Dublinclaimanten zich niet zonder toestemming in het Bulgaarse grensgebied mogen bevinden.
Asielzoekers die worden teruggestuurd naar Bulgarije, hebben daar „in beginsel” voldoende toegang tot adequate opvang, oordeelt de Raad. Het is niet aannemelijk dat Bulgarije een tekort aan opvangplekken heeft. Uit een rapport van Aida, een Europese organisatie die asielcijfers bijhoudt, blijkt dat „maar 61 procent van de opvangplekken [in Bulgarije] bezet is”.
‘Geografische pech’
De uitspraken zijn een opsteker voor demissionair staatssecretaris Eric van der Burg (Asiel, VVD). De Afdeling oordeelde eind april dat hij geen asielzoekers meer naar Italië mag terugsturen, omdat de Italiaanse autoriteiten geen menswaardige opvang meer kunnen bieden. Die uitspraak was opvallend, omdat de staatssecretaris daarmee voor het eerst in twaalf jaar te kennen is gegeven dat asielzoekers in wat voor geval dan ook niet mogen worden teruggestuurd naar hun eerste aankomstland.
Italië kampt met een opvangcrisis, waardoor basisbehoeften als een dak, stromend water en voedsel niet meer kunnen worden gegarandeerd. Dat is nog steeds het geval, waardoor de IND asielaanvragen van mensen die in Italië zijn geweest in behandeling moet nemen. Asielzoekers mogen in geen geval worden teruggestuurd naar een land waarvan vaststaat dat hun mensenrechten er zullen worden geschonden.
Lees ookNederland loopt juridisch risico door pushbacks
Verder moet de IND, als uitvoerder van het vreemdelingenbeleid, in het geval van asielzoekers die in België, Denemarken, Kroatië, Malta en Griekenland zijn geweest, per geval motiveren waarom daar geen sprake zal zijn van mensonterende behandeling. Binnenkort volgt een uitspraak over de situatie in Polen. Uit jaarcijfers van de IND valt op te maken dat de dienst er de afgelopen jaren steeds minder in slaagt asielzoekers terug te sturen naar het lidstaten die volgens de regels verantwoordelijk zijn voor de asielprocedure.
Nederlandse bestuursrechters concluderen vaker dat landen aan de zuidelijke en oostelijke buitengrenzen van de Europese Unie de rechten van asielzoekers en vluchtelingen schenden. Mensenrechtenschendingen zijn voor asielzoekers aldaar vaak reden om door te reizen naar Noord-Europa. Zuidelijke en oostelijke landen laten dit vaker oogluikend toe, tot grote onvrede van de noordelijke lidstaten. Die vinden dat de Dublinafspraken uitgevoerd moeten worden. „Geografische pech”, noemde demissionair premier Mark Rutte deze onevenwichtige situatie in 2011.
Nieuwe EU-asielregels
Begin juni bereikten EU-ministers overeenstemming over een nieuwe asielprocedure. Eerste aankomstlanden als Bulgarije, Griekenland en Italië blijven verantwoordelijk voor asielprocedures. Aan de EU-buitengrenzen moet allereerst worden ingeschat hoeveel kans iemand maakt op een asielvergunning. Kansarme asielzoekers, afkomstig uit landen met minder dan 20 procent kans op een verblijfsvergunning, worden aan de buitengrenzen vastgezet en doorlopen een snelle procedure – binnen zestig dagen moet duidelijk worden of iemand recht op bescherming heeft. Gezinnen met kinderen worden niet uitgezonderd van detentie.
Asielzoekers van wie wordt ingeschat dat ze voldoende kans maken worden vervolgens ‘eerlijk’ over de 27 EU-lidstaten verdeeld. Landen die hier niet aan willen meedoen, betalen 20.000 euro per niet-opgenomen asielzoeker. Polen en Hongarije hebben al laten weten het niet eens te zijn met de nieuwe afspraken.