In Gaza ligt hongersnood op de loer

Elke dag weer vraagt Batoul Zoarab (38) zich wanhopig af hoe ze aan eten moet komen. „Er is geen water, brood of meel. Een blik bonen of een pakje fetakaas moeten we met zes mensen delen. Eén keer kreeg ik een fles water”, zegt de vrouw, die in de zuidelijke grensplaats Rafah verblijft, waar ruim een miljoen ontheemde Gazanen veelal in geïmproviseerde tenten verblijven rondom de stad. Er is een nijpend gebrek aan voedsel en water. „Als hulpgoederen ons al bereiken, is dat maar een tot twee keer per week.”

In het noorden van de Gazastrook, waar nog duizenden mensen tussen de puinhopen van de zwaar gebombardeerde Gaza-Stad verblijven, is de situatie nog zorgwekkender dan in het zuiden. Hier wordt uit wanhoop gras en bladeren gegeten, en brood gemaakt van dierenvoer.

Hossam Abu Safiya, directeur en kinderarts van het Kamal Adwan ziekenhuis in Gaza-Stad, ziet patiënten binnenkomen die door voedseltekort ernstig verzwakt zijn. „Zeven kinderen zijn in het ziekenhuis al overleden door de honger”, vertelt hij in audioberichten aan NRC.

Het ziekenhuis dreigt door gebrek aan elektriciteit en medische middelen volledig buiten dienst te raken. Op beelden van de kinderafdeling in het ziekenhuis die eerder deze week gemaakt werden door de journalist Ebrahem Musalam was te zien hoe de elektriciteit constant uitvalt. „Ieder moment sterft in Noord-Gaza een kind door uitdroging en honger”, zegt Musalam.

Donderdagochtend leidde de komst van een konvooi vrachtwagens met meel in Gaza-Stad tot een stormloop van hongerige burgers, waarna Israëlische militairen het vuur op hen openden, met vele doden en gewonden tot gevolg. De vrees is er dat het langer uitblijven van een staakt-het-vuren tussen Israël en Hamas de voedselschaarste in Gaza nog verder zal vergroten. Nu al zou, volgens VN-functionarissen, ruim een kwart van de 2,3 miljoen inwoners „maar een stap verwijderd” zijn van hongersnood. 


Lees ook
Onderhandelen tegen de klok om bloedbad in Rafah te vermijden

<strong>Een jongetje sleept een jerrycan water</strong> langs de resten van de Al-Faruq-moskee in Rafah, die bij gevechten is verwoest. ” class=”dmt-article-suggestion__image” src=”http://nltoday.news/wp-content/uploads/2024/03/in-gaza-ligt-hongersnood-op-de-loer.jpg”><br />
</a></p>
<h2 class=Ingeblikt voedsel

Mahmoud Nairab van de Palestijnse Rode Halve Maan vertelt dat het heel moeilijk is hulpgoederen te distribueren vanwege Israëlische restricties en het gebrek aan bescherming van de vrachtwagens. Bovendien komen de vrachtwagens die naar het noorden gaan verlaat terug bij de grensovergang door de Israëlische inspecties bij controleposten, of doordat mensen die wanhopig zijn door de honger de vrachtwagens beklimmen. Daardoor zijn ook veel vrachtwagens beschadigd. 

Ook in het zuiden is de hulp schaars. „We eten vooral ingeblikt voedsel. Maar als je dat langer dan een maand eet, word je er ziek van”, zegt Karam, een leraar Engels uit Khan Younis die naar Rafah is gevlucht met zijn gezin. Hij wil uit veiligheidsoverwegingen niet met zijn achternaam in de krant. „Mijn kinderen vragen ook vaak om vlees, maar dat kunnen we ons helemaal niet veroorloven.”

Met potten, pannen en plastic bakken proberen Gazanen bij een uitdeelpunt in Beit Lahia, in het noorden van Gaza, voedsel te krijgen.
Foto’s AFP

Er is ook een schreeuwend tekort aan veilig drinkwater. „We krijgen water uit Egypte,” vertelt Karam, „maar dat is geen echt drinkwater. Als je dat een week hebt gedronken, begin je buikpijn te krijgen en hoofdpijn en krijg je last van diarree. Het is nog duur ook.” Op sommige plaatsen is helemaal geen drinkwater en moeten mensen zout water drinken, waarvan ze ziek worden.

vluchtte uit het noordelijke Beit Hanoun naar RafahFeryal Ahmad (65) Ik ben ziek en kan niet eens een kopje thee maken

De 65-jarige Feryal Ahmad is afkomstig uit de noordelijke plaats Beit Hanoun. Met haar kinderen en kleinkinderen is ze in Rafah neergestreken. Met vijftig mensen delen ze daar nu één kamer. „Ik ben ziek en kan niet eens een kopje thee maken”, vertelt ze. „Af en toe kunnen we een klein brood bakken op een vuurtje en dan bewaren we de helft voor ’s avonds.” Terwijl ze haar verhaal doet, zegt een andere vrouw op de achtergrond: „We hebben honger.” 

Volgens Nairab zijn er in Gaza maar 120 vrachtwagens die hulpgoederen kunnen rondbrengen, lang niet genoeg voor de noodlijdende bevolking. Door de aanhoudende Israëlische bombardementen is nu ook een groot deel van het landbouwareaal verwoest.

Voordat Israël als vergelding voor de aanslag van Hamas van 7 oktober met een oorlog in Gaza begon, kwamen er dagelijks gemiddeld zo’n 500 vrachtwagens met hulpgoederen naar de Gazastrook. Al jaren was de economische situatie in de bezette Gazastrook zeer slecht door de Israëlisch-Egyptische blokkade sinds 2007: twee derde van bevolking leunde volgens het Wereldvoedselprogramma op voedselhulp.

In het zuiden van Gaza werd afgelopen week met medewerking van Jordanië en de Verenigde Arabische Emiraten hulp gedropt door vliegtuigen. Duizenden mensen verzamelden zich op het strand en gingen het water in toen een deel daarvan in zee landde. Ook in het noorden werd door de Jordaanse luchtmacht hulp gedropt. Hoe de luchthulp precies wordt gecoördineerd is niet duidelijk. 


Lees ook
Honger, vluchtende families en angst voor een nieuw Israëlisch offensief: de oorlog in Gaza in beeld

Palestijnen lopen door een straat   in het Noord-Gazaanse Beit Lahia met daarin tientallen volledig verwoeste gebouwen.

De oorlog en toenemende honger werpen ook een donkere schaduw over de ramadan, de islamitische vastenmaand die rond 10 maart zal beginnen. „De sfeer tijdens ramadan is altijd vredig en vol blijdschap”, zegt Nermin Alagha, die eveneens uit Khan Younis naar Rafah is gevlucht. „Maar nu hebben we niet het comfort van ons huis en onze families, maar zitten we in een tent. Deze ramadan zal vol verdriet zijn, zeker als er geen staakt-het-vuren komt.” 

Met medewerking van in Rafah