N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Cultuur in Den Haag Bij de ontwikkeling en de bouw van cultuurhuis Amare in Den Haag ging ontluisterend veel mis en is er sprake geweest van misleiding. Dat concludeert de enquêtecommissie van de gemeenteraad in een rapport van 800 pagina’s.
Het in 2021 geopende cultuurgebouw aan het Spui in Den Haag, Amare is een indrukwekkend cultuurpaleis, maar er is geen geld om voorstellingen te programmeren die passen bij zo’n gebouw. En dat is een weeffout. Bij de ontwikkeling en de bouw was er stelselmatig niet genoeg aandacht voor de nogal cruciale vraag naar het gebrúik van het gebouw: welk cultuuraanbod, voor wie, en van welk geld? College, de ambtenarij en de gemeenteraad waren hierin nalatig.
Dat is een van de ontluisterende conclusies die de enquêtecommissie van de Haagse gemeenteraad trekt na 15 maanden onderzoek naar de dramatisch verlopen ontwikkeling en bouw van het Haagse Amare, dat het Residentie Orkest, het Nederlands Dans Theater en het Koninklijk Conservatorium herbergt. Het is de eerste keer dat de Haagse gemeenteraad gebruik maakt van het zwaarste onderzoeksmiddel dat een gemeenteraad heeft.
Misleidend
Nog een conclusie; een van de redenen dat Amare te duur en te laat was, is dat de beslissing om het pand te bouwen (inclusief een op wensdenken gebaseerd budget en een al even onrealistische tijdsplanning) een zwaar politiek compromis was. Het was niet een besluit „op basis van een gedegen analyse”, concludeert de commissie. Er is „niet voldoende uitgewerkt of de gemaakte politieke keuzes haalbaar en/of wenselijk zijn”, en er bleek ook daarna „geen ruimte meer voor een serieuze discussie of heroverweging”.
Tegengeluiden van ambtenaren of externe deskundigen waren niet welkom, en ook de raad heeft zich in meerderheid te gedwee opgesteld. Er was, concludeert de commissie, een zogeheten wethouderscultuur ontstaan: wat de wethouder wil, gebeurt.
Haags publiek krijgt met Amare een briljant gotisch cultuurpaleis
Ook blijkt dat het gemeentebestuur de gemeenteraad actief heeft misleid, en op andere punten onvoldoende heeft geïnformeerd. Zo bleef in de communicatie onduidelijk dat de onderhoudskosten van 44 miljoen euro over de looptijd van het contract bovenop de 177 miljoen bouw- en ontwikkelkosten kwamen, en dat het Koninklijk Conservatorium niet genoeg huur kan betalen. Rechtstreeks misleidend was volgens de commissie dat het college sponsorbedragen die de culturele instellingen zouden binnenhalen welbewust te hoog voorstelde. Overigens is de commissie zeer kritisch over de rol van de gemeenteraad, die zich onvoldoende ‘dualistisch’ heeft opgesteld.
Dit is een aantal van de belangrijkste conclusies uit het 800 pagina’s tellende rapport Amare: Bijzonder Complex dat commissievoorzitter en gemeenteraadslid Arjen Dubbelaar vrijdag aan burgemeester Jan van Zanen aanbood. Met daarbij de „aanbeveling” de samenvatting en hoofdstuk negen te lezen, en de „uitdaging” alles door te nemen – het resultaat van 82 interviews, 47 verhoren en het doornemen van 5800 documenten.
Gemeentebestuur
Nu het rapport is verschenen moet het gemeentebestuur besluiten hoe het verder wil met Amare. Is de gemeente bereid om te betalen voor een culturele programmering die past bij het gebouw? Tot nu toe heeft Amare de gemeente 520 miljoen euro gekost; 265 miljoen is al uitgegeven, 255 zijn vastliggende toekomstige uitgaven zoals rente, onderhoud en contractuele verplichtingen. Maar om de programmering op peil te krijgen is er ieder jaar extra subsidie van de instellingen nodig van ten minste 1 miljoen euro per jaar, tot 4,8 miljoen per jaar voor een meer ambitieuze variant. Ook is er een half miljoen nodig om de zo gewenste samenwerking tussen de instellingen tot stand te brengen en de burgers meer te betrekken. De totale financiële lasten zouden daarmee oplopen tot tussen de 548 en 658 miljoen euro.