Sinds begin deze week patrouilleert het Nederlandse fregat Zr.Ms. Tromp in de Oostzee, tussen Estland en Finland. Samen met Zr.Ms. Luymes, gespecialiseerd in het in kaart brengen van de zeebodem, en de Duitse mijnenjager Datteln surveilleert de Tromp namens de NAVO tot begin maart in de Finse Golf en de Oostzee. Doel van de missie: beschermen van de onderzeese infrastructuur die de omringende landen met elkaar verbindt en van belang is voor West-Europa. Denk daarbij aan leidingen en kabels voor energie, elektriciteit en dataverkeer.
Nederland neemt hiermee deel aan de NAVO-operatie Baltic Sentry. Na een aantal incidenten waarbij Chinese en Russische schepen kabels kapot trokken door hun ankers over de zeebodem te laten slepen, kiest de NAVO voor verhoogde surveillance in de Oostzee (internationaal bekend als de Baltic Sea). Samen met NAVO-secretaris-generaal Mark Rutte kondigden de leiders van de acht landen rond de zee vorige week in Helsinki de nieuwe NAVO-operatie aan: schepen, vliegtuigen en drones zullen de komende tijd intensief patrouilleren in het gebied. Daar moet ook een afschrikwekkende werking van uitgaan.
Zo ontwikkelt de Oostzee zich tot strijdtoneel, een van de locaties waar het Westen de confrontatie aangaat met Rusland. Het is hybride oorlogsvoering: het Westen verdedigt zich tegen vermeende Russische acties die niet meteen leiden tot een gewapende reactie. Gevaarlijk is het wel. Naast de sabotage van onderzeese kabels neemt het verstoren van communicatie voor verkeersvliegtuigen boven Finland, Polen en de Baltische staten toe, door middel van gps-jamming. Opvallend is overigens dat de Verenigde Staten vrijwel geen rol spelen bij de NAVO-operatie. De bescherming van de Oostzee laat zien hoe Europa zich soms verdedigt zonder Amerikaanse steun.
Tweeduizend schepen per dag
Eén van de kenmerken van hybride oorlogsvoering is dat een dader eenvoudig kan ontkennen verantwoordelijk te zijn. Dat speelt ook in de Oostzee. Dát de schepen schade hebben veroorzaakt, lijkt vast te staan. Onderzocht wordt of opzet in het spel was. En zo ja, opereerden de schepen in opdracht van Moskou en hoe bewijs je dat?
Volgens anonieme bronnen bij Amerikaanse en Europese veiligheidsdiensten is er nog geen bewijs dat opzet in het spel was, aldus The Washington Post afgelopen weekend. Het is, schrijft de krant, aannemelijk dat het ging om ongelukken, mede veroorzaakt door de slechte staat van de schepen en onkunde van de bemanning.
Een Finse parlementariër noemde de conclusie van de krant onzin. Ook de drie Baltische ministers van Defensie, vorige week op uitnodiging van hun collega Ruben Brekelmans bijeen in Den Haag, zijn overtuigd van kwade opzet.
Decennialang ging er nooit iets mis met de circa tweeduizend schepen die dagelijks over de Oostzee varen. In oktober 2023 begon het met het in Hongkong geregistreerde containerschip Newnew Polar Bear, dat de gaspijpleiding Balticconnector beschadigde.
Het jongste incident stamt van Eerste Kerstdag. Toen trok het anker van de Eagle S, onderdeel van de Russische schaduwvloot waarmee buiten sancties om olie wordt vervoerd, de elektriciteitskabel Estlink 2 en vier telecomkabels tussen Estland en Finland kapot. Finland dirigeerde het schip naar een Finse haven. De olietanker, die zich recent ook verdacht ophield bij de Nederlandse kust, zou spionage-apparatuur aan boord hebben. Het onderzoek door de Finse autoriteiten is nog gaande. Negen van de 24 bemanningsleden mogen Finland niet verlaten, de Georgische kapitein wordt verhoord.
Ideeën verzamelen
Wat zou Rusland willen bereiken met sabotage-acties? Wil Moskou testen hoe de NAVO reageert? Of is het de bedoeling Europeanen angst aan te jagen?
Hanno Pevkur, de Estse minister van Defensie, denkt dat Russische geheime diensten ideeën verzamelen, zo vertelt hij in de Estse ambassade in Den Haag. „Hoe kunnen we westerse samenlevingen raken? Inmenging in verkiezingen, aanslagen op dissidenten, infrastructuur saboteren, alles kan. Ze hebben twee doelen. Ten eerste willen ze onze aandacht weghalen van Oekraïne. Ten tweede willen ze verdeeldheid zaaien in het Westen. Daarom zijn ze zo actief met beïnvloeding in Hongarije, Slowakije, Roemenië, Moldavië, Georgië. Poetin wil aantonen dat er geen westerse eenheid is, en dat artikel 5 van de NAVO, elkaar beschermen, niet zal werken als het er echt toe doet.”
Een aanvullend motief voor sabotage, zegt Pevkur, is mogelijk dat de drie Baltische landen zichzelf na tien jaar voorbereiding binnenkort loskoppelen van het Russische elektriciteitsnetwerk en aan het Europese netwerk worden gekoppeld. Ook al was er voor burgers geen direct gevolg merkbaar van de uitschakeling van Estlink 2, de schade bedraagt volgens Pevkur 100 miljoen euro, wat zal leiden tot een hogere elektriciteitsprijs voor de Estse consument.
Finse assertiviteit
Zowel bij de presentatie van NAVO-operatie Baltic Sentry als bij een panelgesprek met de Baltische defensieministers in Den Haag werd met bewondering gesproken over de Finse inbeslagname van de Eagle S. Een dag na het incident riep de Finse kustwacht het verdachte schip op om vanuit de exclusieve economische zone (EEZ) van Finland, behorend tot de internationale wateren, naar de territoriale wateren van Finland te varen. Daar ging de Finse kustwacht aan boord. De tanker ligt nu aan de ketting in de haven van Porvoo, ten oosten van Helsinki.
De Eagle S is gebouwd in China, vaart onder de vlag van de Cookeilanden en is eigendom van een bedrijf uit Dubai. De Finse advocaat van de eigenaar vecht de aanhouding van het schip aan. Cruciaal daarbij is waar die precies plaatsvond, en hoeveel druk er op de bemanning is uitgeoefend.
Het assertieve Finse optreden voorkwam niet alleen schade aan de nabij gelegen kabel Estlink 1, ook schiep het een precedent voor interventies bij sabotage.
De Oostzeelanden bestuderen gezamenlijk welke acties er nu binnen het zeerecht mogelijk zijn en of er aanpassingen nodig zijn. In het VN-verdrag UNCLOS is niets vastgelegd over dergelijke situaties, omdat sabotage van onderzeese infrastructuur nooit aan de orde was. We zijn gebonden aan het internationaal recht, zegt minister Pevkur. „Anders kan Poetin makkelijk zeggen: jullie verwijten mij het internationaal recht te schenden in Oekraïne, maar wat doen jullie zelf in de Oostzee?” Zolang schepen het internationaal recht respecteren, kunnen ze niet worden geweerd uit de Oostzee, ook de Russische schaduwvloot niet.
Pevkur: „We kunnen de wetgeving wel een beetje aanpassen. Het zou makkelijker moeten worden om aan boord te gaan van schepen die cruciale infrastructuur bedreigen, ook al varen ze in internationale wateren. Nu kan dat bijvoorbeeld als er grote milieuschade dreigt. We willen het risico op sabotage daaraan toevoegen.”
De snelle actie van de Oostzee-landen laat zien dat de NAVO steeds alerter reageert op sabotage-acties. „We hebben veel vooruitgang geboekt”, zei de Finse minister van Buitenlandse Zaken, Elina Valtonen, tijdens een kort bezoek aan Den Haag. „Twee jaar geleden werd er nog niet veel gesproken over hybride acties en beschadiging van vitale infrastructuur. Maar Rusland heeft zijn acties nogal opgevoerd. Je ziet uiteenlopende acties in de hele alliantie. Niet alleen in Europa, ook in de VS: desinformatie, cyberaanvallen. Het bondgenootschap is nu beter in staat hierop te antwoorden.”
Sinds december vragen de kuststaten, waaronder Nederland, schepen naar hun verzekering, zegt Valtonen. Schepen die daar niet op reageren, worden geregistreerd. De infrastructuur wordt beter bewaakt en onderzoek naar de juridische mogelijkheden vlot volgens Valtonen gestaag. „Het is misschien nog niet genoeg om ons tot in eeuwigheid tegen alles te beschermen, maar het is heel wat.”
Bescherming van onderzeese infrastructuur is om uiteenlopende redenen gecompliceerd. „Baltic Sentry laat zien welke uitdagingen bescherming van de infrastructuur met zich mee brengt”, zei NAVO-opperbevelhebber Christopher Cavoli vorige week na een reguliere vergadering van het Militair Comité van de NAVO.
„De jurisdictie is complex”, zei Cavoli. „Sommige infrastructuur is nationaal, sommige commercieel, soms gaat het om nationale wateren, soms om internationale. Er is een ingewikkelde mix van instellingen verantwoordelijk, soms een ministerie van Binnenlandse Zaken, soms de kustwacht, de politie, een internationale organisatie, een onderneming. In elke casus werken we heel zorgvuldig samen met de relevante autoriteit. We delen informatie over wat zich op en in de zee afspeelt.”
Europese actie
De Oostzee laat ook zien dat Europeanen defensie-klussen op zich kunnen nemen zonder Amerikaanse inbreng. Tien Noord-Europese landen hebben zich aaneengesloten in de Joint Expeditionary Force (JEF), een soort coalition of the willing met een leidende rol voor het Verenigd Koninkrijk. De JEF-staten liepen voorop bij de levering van wapens aan Oekraïne en stuurden in 2023 schepen naar de Oostzee na een eerste sabotage-actie. Na de sabotage door de Eagle S activeerde JEF een AI-systeem dat de locatie-gegevens van schepen permanent analyseert.
Ook Baltic Sentry is een voorbeeld van Europese zelfstandigheid. De missie bestaat uit Europese schepen en valt deels onder verantwoordelijkheid van het regionale NAVO-hoofdkwartier in Brunssum. Er was maar één Amerikaan bij betrokken, en dat was ik, zei opperbevelhebber Cavoli, die de missie hielp organiseren.
Cavoli: „Ik had minder dan 24 uur nodig om de situatie te analyseren en te beslissen dat we iets moesten doen. Het duurde drie dagen om de missie te plannen en de eerste bijdragen binnen te halen. En dan was er nog een dag nodig om de spullen op hun plek te varen. In minder dan een week waren we in de Oostzee operationeel.”
De operatie in de Oostzee toont volgens Cavoli aan dat de NAVO een wendbare organisatie is. „Deze alliantie is geen one trick pony. Deze organisatie is ergens toe in staat en wordt steeds beter.” Of die verbetering aanhoudt, hangt volgens Cavoli onder andere af van de toekomstige defensie-uitgaven.
Uitgaven
De Baltische landen, alle drie NAVO-lid sinds 2004, steunen voluit de oproep van de Amerikaanse president Trump en Rutte om de Europese defensie-uitgaven te verhogen. Ze hopen, zo zeiden de defensieministers vorige week, dat op de NAVO-top in Den Haag deze zomer wordt besloten om de norm te verhogen van 2 naar 3 procent van het bbp. Voor veel landen is dat een enorme opgave. Nederland deed er onder premier Rutte tien jaar over om de 2 procent-norm te halen.
Zelf geven de Baltische landen het goede voorbeeld. Estland geeft van de 32 NAVO-landen na Polen het meest uit aan defensie, met 3,43 procent van het bbp. Dat komt dit jaar neer op 1,4 miljard euro, precies 1.000 euro per inwoner. Volgend jaar gaat het naar 1,7 miljard euro, aldus Pevkur.
Het probleem is niet dat we nu te weinig investeren in defensie, zegt Pevkur. „Het probleem is dat we de laatste dertig jaar te weinig hebben geïnvesteerd. Als alle NAVO-landen sinds 1991, toen de Sovjet-Unie instortte, zich hadden gehouden aan 2 procent, dan hadden we nu niet deze situatie gehad. Ik durf niet te beweren dat we dan geen Russische agressie hadden gehad, maar wel dat we dan nu niet over 5, 4 of 3 procent zouden spreken. Dan hadden we niet zo’n enorme inhaalslag hoeven te maken.”
Lees ook
dit vragenstuk over onderzeese datakabels