Huurbevriezing voor sociale huurwoningen niet voor particulieren, ’te ingewikkeld’, zegt minister Keijzer

De ministerraad is vrijdag akkoord gegaan met het wetsvoorstel van woonminister Mona Keijzer (BBB) dat ervoor zal zorgen dat woningcorporaties de huren per 1 juli dit jaar niet mogen verhogen. Het gaat om zogenoemde huurbevriezingen voor ongeveer twee miljoen sociale huurwoningen van corporaties, die het kabinet in de Voorjaarsnota aankondigde. 

Voor zo’n half miljoen sociale huurders van particuliere verhuurders zal de huurbevriezing uiteindelijk toch niet gelden, schrijft de BBB-minister in een wetsvoorstel dat zij voor een spoedadvies naar de Raad van State heeft gestuurd. Het bleek volgens Keijzer „buitengewoon ingewikkeld” om deze huurders te compenseren voor de huurbevriezing. „En je zult moeten nadenken over compensatie, want je grijpt in in het eigendom van verhuurders”, aldus Keijzer. 

Eerder deze maand dreigden tweehonderd woningcorporaties met een kort geding. Naar eigen zeggen kunnen de corporaties door de huurbevriezing de komende twee jaar 180.000 minder nieuwe woningen bouwen of 1,6 miljoen minder huizen isoleren.

Vanuit de huurders die de bevriezing mislopen, reageerde de Woonbond vrijdagavond dat de uitzondering zal leiden tot rechtsongelijkheid. „De Woonbond vindt het onbestaanbaar dat er voor deze huurders nu niets gebeurt”, schrijft de organisatie aan persbureau ANP. „Op zijn minst moet worden geregeld dat de huur voor deze groep minder hard stijgt.”

De koepel van woningcorporaties Aedes zegt dat de plannen over de huurbevriezing „veel vragen” oproepen. Eerder kondigden Aedes en tweehonderd woningcorporaties al aan de huurbevriezing aan te gaan vechten. Het kabinet moet de maatregel terugdraaien, vinden de organisaties, anders volgt een rechtszaak.