N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Luister naar
06:59
De nieuwe Nike-outfit voor olympisch atleten leidde tot een verhit debat. De Noorse beachhandbalster Elisabeth Hammerstad en de Nederlandse beachvolleybalster Katja Stam staan er anders in, maar zijn allebei voor vrije kledingkeuze.
Wat zullen ze bij Nike zijn geschrokken. Met trots presenteerden ze deze maand in Parijs de nieuwe outfits voor de Amerikaanse atleten die in de zomer naar de Spelen afreizen. Er zijn zo’n vijftig stuks ontworpen, maar twee werden er, ook in perspublicaties, uitgelicht. Voor mannen: een strak, mouwloos T-shirt met strakke shorts tot halverwege de dijen. Voor vrouwen: een hoog uitgesneden bodysuit.
Citius Mag, een Amerikaanse website voor atletieknieuws, plaatste een foto van de outfits op Instagram als breaking news. Gevolg: een stortvloed aan kritische reacties. Welke man had die hoge uitsnede ontworpen? Betaalde de Amerikaanse atletiekbond ook voor het waxen van de bikinilijn? En: wat zullen atleten die in Parijs ongesteld worden het moeilijk krijgen!
Nike haastte zich te zeggen dat er véél meer outfits waren ontworpen. Dat atleten in het olympische dorp kleermakers tot hun beschikking krijgen. Dat hen bij het testen van de outfits – heus waar – om input was gevraagd.
Maar het kwaad was al geschied. Ook coryfeeën mengden zich in de discussie. Zoals Lauren Fleshman, voormalig Amerikaans kampioene op de 5.000 meter. „Waarom presenteren we deze geseksualiseerde outfit als de standaard van uitmuntendheid”, zei ze tegen The New York Times. Om meteen zelf het antwoord te geven: het levert financieel gewin op voor sponsoren, meestal machtige mannen die door een mannelijke bril naar dingen kijken. „Maar vrouwen breken kijkcijferrecords in sporten waarbij je niet een badpak hoeft te dragen om te presteren.”
Toch was Fleshman blij dat Nike juist dit ontwerp gepresenteerd had als „kroonjuweel” voor het olympische team. Dat zou als katalysator kunnen dienen voor een gesprek dat al lang geleden gevoerd had moeten worden, zei ze. „Als je deze outfit zou laten zien aan een professionele basketbalster of voetbalster, zou die je in je gezicht uitlachen. We zouden het niet langer moeten normaliseren voor de atletiek. Die tijd ligt achter ons.”
De Nike-rel deed me denken aan de rel rond het Noorse beachhandbalteam in 2021. In de strijd om de derde plaats op het EK besloten de vrouwen geen bikinibroekjes te dragen. In plaats daarvan droegen ze korte broeken. Ze kregen een boete van 150 euro per speelster en dat leidde, net als bij de Nike-tenues, tot wereldwijde ophef. Zouden de Noorse beachhandbalsters iets van de recente rel hebben meegekregen? En hoe kijken ze terug op hun actie van toen?
Elisabeth Hammerstad (30) zit al meer dan tien jaar in de Noorse ploeg, vertelt ze vanuit Noorwegen. Al in haar eerste jaar waren de kledingvoorschriften onderwerp van gesprek. „Veel speelsters voelden zich niet comfortabel in de verplichte tenues – omdat ze het koud hadden, of omdat de kleding weinig verhullend is. We hebben vaker bij de internationale bond voor keuzevrijheid gepleit, maar kregen steeds nul op het rekest. Bij aanvang van het EK kaartten we het weer aan. Er werd gedreigd met een boete. Diskwalificatie hing in de lucht.”
Toen de ploeg voor een bronzen medaille opging, zei haar coach, die de grieven van zijn speelsters goed begreep: als jullie ooit shorts willen dragen, dan is dit het moment. Ze gaan een wedstrijd om het brons heus niet stilleggen. Hammerstad: „Hij had meegemaakt dat beachhandbalsters niet in het team wilden vanwege die kleine outfits. In wezen sluit je mensen zo uit. Het was heel belangrijk voor ons dat de coach zich zo opstelde.”
De reacties op het statement waren overwegend positief, zegt ze. Vanuit de hele wereld kreeg de ploeg bijval. Van jeugdspelers uit Iran tot beroemdheden als Pink (die aanbood de boete te betalen). Op het Noorse sportgala werden de vrouwen tot ‘rolmodel van het jaar’ uitgeroepen. Hammerstad is dáár trotser op dan op welke sportieve overwinning ook.
De kritische reacties op de Nike-outfit verbazen haar niet. „Nike benadrukt terecht dat atleten uit veel meer outfits kunnen kiezen. Maar door er twee outfits uit te lichten en die naast elkaar te zetten, zie je in één oogopslag hoe verschillend de benadering is. Bij de vrouwen ligt de focus op de outfit, bij de mannen op sportieve prestaties. Dat is problematisch.”
In het beachvolleybal is er bij mijn weten nooit openlijk geklaagd over kledingvoorschriften. Hoewel speelsters sinds een jaar ook broekjes of leggings mogen dragen, heb ik ze dat nooit zien doen. Voelen ze die behoefte niet? Komt het niet in hen op? Ik bel met Katja Stam, die met dubbelpartner Raïsa Schoon bijna zeker is van deelname aan de Olympische Spelen, door haar finaleplaats in het Elite 16-toernooi in Mexico, eerder deze week. Begrijpt ze de ophef over de Nike-outfit? Heeft zij wel eens de behoefte gehad géén bikini te dragen?
Stam (25) zegt dat ze niets van de Nike-rel heeft meegekregen. Niet omdat het haar niet interesseert, maar tijdens zo’n toernooi zit je nou eenmaal in een bubbel. Ze heeft nooit niet een bikini gedragen tijdens wedstrijden, behalve die keer in Qatar, toen de wedstrijdorganisatie om cultureel-religieuze redenen vroeg of vrouwen korte broekjes en hempjes wilden dragen. „We gingen meteen akkoord.”
Een bikini voelt voor Stam als werkkleding, zegt ze. Het hoort bij de ontstaansgeschiedenis van haar sport: lekker spelen op vakantie in je bikini. Pas toen de Noorse beachhandbalsters met hun protestactie kwamen, besefte ze dat je er ook anders tegenaan kunt kijken. Daarom is het ook goed dat speelsters nu mogen dragen waar ze blij van worden, zegt ze. Het komt de prestaties ten goede.
Sportief uitblinken als je iets moet dragen waar je je niet lekker in voelt – het is volgens Hammerstad bijna niet te doen. Want hoe kun je je dan krachtig voelen als vrouw? „Van topsporters wordt verwacht dat ze álles voor hun sport over hebben, maar dit gaat een stap te ver.”