Hoofdprijs op filmfestival Berlinale voor potentiële arthousehit ‘Dreams (Sex, Love)’

Op de avond vóór de Duitse parlementsverkiezingen, werd op de 75ste editie van het filmfestival van Berlijn, de Gouden Beer uitgereikt aan een tedere coming of age: Drømmer (internationaal betiteld: Dreams (Sex Love)) van de Noorse regisseur Dag Johan Haugerud. Hierin pent de 17-jarige Johanne (Ella Øverbye) haar seksuele verlangens en dromen over haar lerares Frans neer. Haar eloquent uitgeschreven tienerbegeerte maakt veel los bij de mensen om haar heen, die er hun eigen denkbeelden en ervaringen op projecteren. Drømmer maakt deel uit van Haugeruds drieluik over hedendaagse relaties en seksualiteit. Drie films die, zoals zijn producent omschreef bij het in ontvangst nemen van de hoofdprijs, „niet focussen op conflict, maar proberen de standpunten van anderen te begrijpen.” Een terechte, toegankelijke winnaar, die dankzij zijn warmte en melancholie de potentie heeft een arthousehit te worden à la The Worst Person in the World (2021).


Lees ook

Het verslag van de opening van de Berlinale

Lars Eidinger als vader en salonactivist Tim in de Berlijnse openingsfilm Das Licht.

De jury onder leiding van de Amerikaanse regisseur Todd Haynes gaf de Grote Juryprijs (zilver) ook aan een film met een bitterzoete ondertoon: het Braziliaanse O último azul (The Blue Trail). Een film die mede geproduceerd is door het Nederlandse Viking Film. O último azul speelt in een fictief, autoritair Brazilië in de nabije toekomst waar ouderen naar „een kolonie” worden gestuurd om jongere generaties te ontlasten. Centraal staat de 77-jarige Tereza (Denise Weinberg) die geen zin heeft om in de „rimpelmobiel” van de regering te worden rondgereden, verplicht luiers te dragen of te worden verscheept naar een oord waarvan niemand terugkeert. Ze begint aan een roadtrip langs de Amazone om haar eigen droom waar te maken. Het levert een geestig relaas op vol feeërieke beelden dat op zachte wijze oproept je niet neer te leggen bij de acties van dictatoriale regimes.

Tilda Swinton

In de hoofdcompetitie van de Berlinale zaten dit jaar meerdere films die speelden in fictieve of reële dystopische settings en waarschuwingen bevatten over autoritaire regimes of samenlevingen waar ongelijkheid en discriminatie woekeren. Zo volgt Radu Jude’s Kontinental ’25 gerechtsdeurwaarder Orsolya (Eszter Tompa) in Transsylvanië. Als zij een dakloze man uit de kelder zet waar hij verblijft, pleegt hij zelfmoord. We zien Orsolya vervolgens tegen talloze kennissen haar verhaal doen en herhalen dat ze wettelijk niets fout heeft gedaan, maar ze worstelt met haar geweten. De dialogen tonen een land vol corruptie, racisme en nationalisme waar boetiekhotels boven menselijkheid gaan. Jude, die in 2021 de Gouden Beer won, kreeg een Zilveren Beer voor zijn scenario.

Ook regisseur Michel Franco (Memory) was dit jaar geselecteerd. Hij kwam naar Berlijn met een drama dat de hypocrisie toont van een vrouw die denkt het beste voor te hebben met de wereld. In Dreams reist de Mexicaanse minnaar van een Amerikaanse kunstmecenas (Jessica Chastain) illegaal naar de VS om bij haar te zijn, maar al snel blijkt haar behoefte anderen te helpen grenzen te hebben.

Franco’s film werd niet bekroond. Ook de enige documentaire in de hoofdcompetitie, Strichka chasu (Timestamp), over Oekraïense scholen waar docenten zo goed en zo kwaad als het kan vasthouden aan schoolroutines, viel buiten de prijzen. De jury leek, op enkele uitzonderingen na, melancholie, subtiliteit en rust boven expliciete boodschappen te verkiezen. Zo ging de Juryprijs (brons) naar het ingetogen Argentijnse El mensaje (The Message), over een jong meisje dat mensen helpt met hun overleden huisdier te communiceren. De Beer voor beste regie ging naar Huo Meng voor Living the Land dat de kijker meeneemt in de veranderingen in het rurale China van de jaren negentig. De Zilveren Beer voor beste hoofdrol ging naar de Amerikaanse Rose Byrne als uitgeputte en doorgedraaide moeder in Mary Bronsteins If I had Legs, I’d Kick You. Andrew Scott kreeg een Zilveren Beer voor beste bijrol in Richard Linklaters Blue Moon. Ethan Hawke speelt hierin liedtekstschrijver Lorenz Hart die samen met Richard Rodgers (Scott) tijdloze nummers schreef als ‘My Funny Valentine’. Linklater zoomt in op één veelbetekenende avond tijdens de laatste fase van Harts leven.

Rose Byrne posteert met haar Zilveren Beer voor de hoofdrol in ‘If I Had Legs I’d Kick You’ op de Berlinale.

Foto Lisi Niesner

Tijdens het festival zelf, dat zich profileert als het meer politieke broertje van Cannes en Venetië, werden af en toe meer expliciete politieke statements gemaakt dan in de dit jaar gelauwerde films. Zo viel in de eerste dagen Tilda Swintons bevlogen speech op bij het in ontvangst nemen van haar ere-Beer. De actrice maakte haar mening over politieke hangijzers als Gaza, Oekraïne en Trump duidelijk, zonder deze bij naam te noemen. Swintons toespraak kon rekenen op veel bijval. Dat laatste ontbrak toen de Hongkongse filmmaker Jun Li een speech voorlas waarin Israël onder meer „een wrede kolonistenstaat gefinancierd door het Westen” werd genoemd, die afsloot met de omstreden leuze „from the river to the sea”.

Afgelopen jaar kwam de Berlinale onder meer onder vuur te liggen nadat het Israëlisch-Palestijnse regieduo van documentaire No Other Land tijdens de slotceremonie Israël en de oorlog in Gaza bekritiseerde. Het festival liet weten veel werk te hebben gestoken om van deze editie „een inclusieve en niet-discriminerende omgeving” te maken en te hopen dat het incident met Jun Li het festival niet zou overschaduwen. De slotceremonie afgelopen zaterdag verliep zonder veel felle politieke statements. Al verwees Radu Jude naar de Duitse verkiezingen met de opmerking dat hij hoopt dat de uitslag er niet toe leidt dat het festival volgend jaar opent met Riefenstahls Triumph des Willens.