N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Recht om vergeten te worden Een Belgische arts die een dodelijk ongeluk veroorzaakte, eiste dat zijn naam uit het online archief van een krant wordt gehaald. Hij kreeg gelijk.
Uitgerekend het Europese Hof voor de Rechten van de Mens krijgt het verwijt de persvrijheid in te perken. Organisaties die opkomen voor de rechten van media hekelen een recent arrest van het Hof, waarin een Belgische man, die zijn naam wilde laten verwijderen uit een oud artikel in het online archief van de krant Le Soir, gelijk kreeg.
Het zogenoemde ‘recht om vergeten te worden’ van de man kreeg voorrang boven het belang van een compleet en betrouwbaar archief. „Dat is een slag voor de vrijheid van media”, zegt Barbora Bukovská, directeur recht en beleid van de internationale organisatie Article 19, die zich inzet voor persvrijheid en de vrijheid van meningsuiting.
„En ook voor het algemene publiek is dit problematisch. Het arrest kan gebruikt worden om de geschiedenis te herschrijven. Media-archieven zijn belangrijke bronnen voor media, onderwijs en onderzoek.
„Bovendien is het recht om vergeten te worden nooit zo bedoeld. Het zou oorspronkelijk alleen mogelijk maken dat zoekmachines niet meer zouden linken naar bepaalde persoonlijke informatie. Maar die informatie zou dan niet gewist worden. Dit arrest gaat verder.”
De kwestie draait om een bericht uit 1994, waarin melding werd gemaakt van een auto-ongeluk waarbij twee mensen om het leven kwamen en drie gewond raakten, veroorzaakt door een arts die te veel gedronken had. De volledige naam van de arts werd in het stuk genoemd. De juistheid van het bericht wordt door niemand betwist.
Maar nadat de man, die was veroordeeld tot twee jaar voorwaardelijke gevangenisstraf, zijn praktijk al weer had opgepakt, maakte Le Soir in 2008 zijn digitale archief teruggaand tot 1989 beschikbaar voor het publiek. Zowel via de zoekmachine van de krant als via Google was het artikel daardoor opeens te vinden voor iedereen die de naam van de arts invoerde. Het was in papier in vergetelheid geraakt, maar nu, in zijn beleving, voor de online lezer opnieuw gepubliceerd.
Een golf van verzoeken
De man vreesde daardoor patiënten of zelfs zijn baan te zullen verliezen. In 2010 begon hij daarom aan een lange strijd om zijn naam uit de online versie van het stuk te laten verwijderen, van de raad voor de journalistiek tot de Belgische rechter tot het Europese Hof voor de Rechten van de Mens, dat de zaak nu in zijn voordeel heeft beslecht. Van de twaalf rechters van de zogeheten Grote Kamer onderschreven zeven het arrest, de minderheid van vijf gingen er niet in mee.
„Het probleem is dat allerlei andere mensen die ook informatie uit media-archieven willen laten verwijderen, zich door dit arrest gesterkt kunnen voelen”, zegt Padraig Hughes, juridisch directeur van de organisatie Media Defence. Hij vindt het moeilijk om te voorspellen wat de gevolgen van de uitspraak zullen zijn, maar hij herkent er wel een trend in die hem zorgen baart. „Ook al stelt het Hof dat anonimisering alleen onder bepaalde strikte criteria gerechtvaardigd is, het verraderlijke is dat advocaten en reputatiemanagers media onder druk kunnen zetten met dit arrest en een beroep op het recht om vergeten te worden kunnen doen, zonder het ooit voor de rechter te laten komen.”
Groupe Rossel, de uitgever van Le Soir, heeft zich op principiële gronden jarenlang hardnekkig tegen de anonimisering van het bericht verzet. Een ingreep in het archief zou een beperking betekenen van de uitingsvrijheid van de krant. Maar juridisch directeur Guillaume Collard vreest niet dat de gevolgen van het arrest nu zullen leiden tot een golf van verzoeken aan media om namen uit reeds gepubliceerde stukken te verwijderen. „Het gaat hier alleen om het openbare online archief, niet om het papieren archief. En dit was een heel specifiek geval. Hieruit kan je niet concluderen dat het recht om vergeten te worden voortaan voorrang heeft boven de persvrijheid of de vrijheid van meningsuiting.”
NRC hanteert een gedragscode, de NRC Code, waarin staat dat alleen „in extreme situaties”, zoals bij verminderde toerekeningsvatbaarheid, wordt overwogen om een (achter)naam uit het online archief te verwijderen. In het arrest van het Hof ziet de krant geen aanleiding dat beleid aan te passen, zegt hoofdredacteur René Moerland. „De integriteit van het archief is een belangrijke journalistieke en maatschappelijk waarde, dat staat buiten kijf. De regie van journalistieke inhoud ligt bij de media – dat is een basisprincipe van de persvrijheid.”