Hoe onderlinge irritaties het succes van de Nederlandse baanwielrenners bedreigden

In een congreszaaltje van het Scandic Forus Hotel in Stavanger kijkt een aantal van de beste baanwielrenners ter wereld verbaasd om zich heen. Het is juli 2023, over twee weken begint de WK in Glasgow, en om daar op haar allerbest te zijn heeft de Nederlandse sprintselectie een trainingskamp afgewerkt in de nabijgeleden Sola Arena in de Noorse provinciestad.

Nu, op de laatste dag van het kamp, zijn ze bij elkaar geroepen door bondscoach Mehdi Kordi, die zich vreemd gedraagt. Normaal is hij vrolijk, ontspannen, een gangmaker. De voorbije dagen merkten de renners echter dat hij gespannen en serieus was. Zo hebben ze hem nooit eerder gezien.

Als iedereen zit en Kordi het woord neemt, blijkt waarom. Hij vertelt dat Hugo Haak, die eerder bondscoach was bij de baanwielrenners, terugkeert als zijn assistent. Het is een besluit van wielerbond KNWU dat eerder aan Kordi is voorgelegd, maar waar hij het niet mee eens is, zegt Kordi. Daarom heeft hij besloten het met de renners te delen. Twee kapiteins op één schip ziet Kordi niet werken. Bovendien heeft Haak door akkefietjes uit het verleden een moeizame relatie met sommige teamleden. Maar de komst van Haak is de wens van Harrie Lavreysen, de ster van het team, en Kordi staat machteloos, maakt hij duidelijk aan de renners. Zonder hun reactie af te wachten, beent hij de zaal uit.

Deze maandag begint het olympisch toernooi voor de baanwielrenners op het Vélodrome National in Saint-Quentin-en-Yvelines. Van de Nederlandse sprintselectie wordt veel verwacht: Lavreysen is topfavoriet op de sprint en keirin, de mannen willen hun olympische titel op de teamsprint verdedigen en bij de vrouwen is er hoop op een medaille op de teamsprint of individueel voor Steffie van der Peet of Hetty van de Wouw.

De Nederlandse sprinters zijn al jaren toonaangevend: in Tokio behaalden ze vijf olympische medailles (drie goud), de mannelijke teamsprinters werden in zes jaar vijf keer wereldkampioen. De laatste twee vrouwelijke olympisch kampioenen op de keirin komen uit Nederland. Het baanwielrennen is een van de speerpunten van het topsportbeleid van de KNWU, ondersteund door sportkoepel NOC-NSF, die dit jaar bijna 1,2 miljoen euro investeert in het programma op de baan.

Maar vorig jaar augustus bleek dat ook het succesvolste topsportprogramma van Nederland problemen heeft. Op de WK in Glasgow kregen de kopmannen van het team, Harrie Lavreysen en Jeffrey Hoogland, het met elkaar aan de stok. Hoogland vertelde aan de pers dat het teamgevoel was verdwenen. „Ieder voor zich, ja”, zei Hoogland onder meer tegen het AD. Lavreysen reageerde verbolgen en zei verrast te zijn dat uitgerekend Hoogland, die na de Spelen van Tokio minder op de wielerbaan was, kritiek had.

Na het toernooi legden de twee renners het bij. Op het vliegveld van Glasgow hadden ze elkaar aangekeken en zich afgevraagd: waar komt dit nou ineens vandaan? Het was allemaal opgeblazen door de media, vonden ze.

Maar dat is niet het hele verhaal. Er is sprake van dieper liggende irritaties over het functioneren van de baanwielerploeg, zo blijkt uit onderzoek van NRC, dat sprak met elf mensen, onder wie renners en begeleiders. De meesten wilden alleen op achtergrondbasis praten; het team is klein en mensen zijn bang dat het hun carrière schaadt.

Wat gebeurde er achter de schermen bij het paradepaardje van de Nederlandse olympische equipe?

Nergens te bekennen

Voorjaar 2022, het begin van een nieuwe olympische cyclus. De baanwielrenners verzamelen op Schiphol voor een reis naar Mallorca. Daar staat een trainingskamp op het programma met de nieuwe bondscoach René Wolff. De Duitser is terug van weggeweest. Van 2010 tot 2017 was hij al bondscoach en nu volgt hij Haak op, die na de Spelen van Tokio met burn-outverschijnselen is gestopt.

Maar op het vliegveld is Wolff nergens te bekennen. Hij is al onderweg met een busje, gevuld met alle fietsen en ander materiaal die de renners op het Spaanse eiland zullen gebruiken.

Nóg iets dat de sprinters pas op het vliegveld ontdekken: ze gaan buiten trainen, terwijl ze daar geen spullen voor hebben ingepakt. Ze moeten het horen van hun collega-renners op de duuronderdelen, die ook meegaan. Even ontstaat twijfel in de selectie: gaat het trainingskamp wel door?

Niemand die het weet, ook Jan van Veen niet. Als hoofdcoach van de KNWU is hij degene die Wolff heeft aangesteld. Het is bedoeling dat Van Veen, oud-schaatscoach en voormalig prestatiemanager bij NOC-NSF, nauw samenwerkt met Wolff: de bondscoach gaat over de sportieve invulling van het programma, de hoofdcoach is aanspreekpunt voor de praktische randzaken.

Toch vliegen de renners naar Spanje. Eenmaal geland wachten nieuwe verrassingen. Vervoer naar het hotel is niet geregeld en Wolff kondigt aan dat hij de dag erna terug naar Nederland moet, om iets voor zijn nieuwe huis te regelen. De trainingen worden overgelaten aan de data-analist van het team.

Als Van Veen later arriveert op Mallorca, schrikt hij van wat hij aantreft. Hij kan niet anders dan concluderen dat dit een slechte start is.

Ook de renners zijn er niet blij mee, maar ze halen er hun schouders over op. Ze zijn wel wat gewend. In de afgelopen zeven jaar heeft de selectie vijf bondscoaches versleten; René Wolff, Bill Huck, Hugo Haak, en dus opnieuw Wolff. Later zal Mehdi Kordi hém weer opvolgen. Het grote verloop van coaches heeft de sprinters autonoom gemaakt. Soms was er maanden geen bondscoach, dan trainden ze zelfstandig door.

Waar de renners wél moeite mee hebben, is de gebrekkige communicatie van Wolff. Zoals tijdens de WK in het najaar van 2022 in Frankrijk, een paar maanden later. De Nederlandse vrouwen zijn op de teamsprint bij dat toernooi verwezen naar de strijd om een bronzen medaille. Samen met Kyra Lamberink en Shanne Braspennincx maakt Hetty van de Wouw zich klaar voor de start als ze ineens plaats moet maken voor Steffie van der Peet. Die springt zonder noemenswaardige warming-up op de fiets, gaat van start en verliest met haar teamgenoten van Groot-Brittannië met 0,008 seconde.

In tranen staat Van de Wouw op het middenterrein. Haar was verteld dat zíj moest rijden. Maar achteraf blijkt dat Wolff die wissel niet had doorgegeven aan de jury, waarna de toernooi-organisatie zich onverbiddelijk toonde.

Niet lang daarna besluit de wielerbond de samenwerking met Wolff al na een jaar te stoppen, daartoe aangezet door ontevreden renners. Zijn opvolger wordt, in overleg met de selectie, snel gevonden: Mehdi Kordi, de Britse trainer die als bewegingswetenschapper bij het topsportprogramma van de KNWU binnen was gekomen. Hij werkte zich op tot assistent onder Haak toen die bondscoach van de sprinters was. Daarna verrichtte Kordi als bondscoach van de duurrenners op de baan goed werk, vindt men.

Bondscoach Mehdi Kordi van de Nederlandse baanwielrenners.
Foto Joris Verwijst/Getty Images

Kordi is in januari 2023 nog geen maand aan het werk als Lavreysen, die groot voorstander was van zijn komst, bij hoofdcoach Van Veen aangeeft dat hij vindt dat de bondscoach tactisch tekortschiet. Hij wil Haak terug, een mentorfiguur voor hem. Lavreysen ziet in Haak zijn ideale trainer: beiden zijn rustig en analytisch, en Haak weet hoe het is om op hoog niveau te fietsen. Iets dat Lavreysen mist bij Kordi, die geen topsportcarrière als wielrenner heeft gehad. Kordi is bevlogen en emotioneel betrokken bij zijn renners, probeert ze vanuit zijn gevoel te motiveren, maar met de rationele Lavreysen heeft hij geen klik.

Naar Lavreysen wordt geluisterd; hij is de kopman van de Nederlandse baanwielrenners en geldt als de beste sprinter ooit. Naast topfavoriet voor drie keer goud in Parijs is hij meervoudig wereldkampioen op de sprint, teamsprint en keirin.

Van Veen legt het plan voor aan Kordi, die niet blij is met het verzoek. . Hij is net begonnen, nu een assistent aannemen op initiatief van Lavreysen zou direct zijn gezag ondermijnen, redeneert hij. Bovendien heeft Haak een moeizame geschiedenis met enkele renners, onder wie Hoogland, die hij passeerde voor de olympische keirin in Tokio.

In eerste instantie wordt er naar Kordi geluisterd. Het plan wordt geparkeerd. Er volgt in februari een succesvol EK in het Zwitserse Grenchen, waar Lavreysen drie keer goud wint. Desondanks herhaalt de sprinter in maart dat hij Haak erbij wil. Dan besluiten Van Veen en Wilbert Broekhuizen, die per 1 augustus 2023 technisch directeur van de KNWU wordt, Kordi te overrulen.

Als Van Veen in juli 2023 naar Noorwegen vliegt, is alles geregeld. NOC-NSF heeft geld vrijgemaakt voor het salaris van Haak, die elk moment kan beginnen. Alleen, de bondscoach en de renners – op Lavreysen na – weten van niets.

Kordi wordt overvallen door het nieuws. Hoe hebben ze deze beslissing kunnen nemen, twee weken voor de WK? De komst van Haak is onvermijdelijk, zegt Van Veen, maar hij spreekt aanvankelijk met Kordi af dat de beslissing over Haaks terugkeer over het toernooi heen wordt getild.

Als Van Veen dat aan Lavreysen vertelt, is de renner hevig teleurgesteld. Hij wil Haak mee naar het mondiale eindtoernooi, en stapt op zijn beurt naar Kordi om hem te vertellen dat hij niet zonder Haak kan. Kordi voelt zich voor het blok gezet. Als hij Haak direct laat terugkeren, ondermijnt hij zijn eigen gezag. Weigert hij, dan is zijn beste renner ongelukkig. Lavreysen krijgt zijn zin.

Na de teammeeting, waarin hij de renners vertelt dat Haak per direct terugkeert, wil Kordi stoppen als bondscoach. Hij voelt zich in de steek gelaten door Van Veen en Broekhuizen.

Hij is niet de enige. Waar Lavreysen een hele goede klik met Haak heeft, heeft Hoogland dat met Kordi. Dat geldt ook voor de vrouwelijke sprinters, die in de schaduw van de mannen staan, maar die het vertrouwen voelen van Kordi.

Kordi besluit toch mee te gaan naar de WK in Glasgow – zo vlak voor het toernooi wil hij de rest van de renners niet in de steek laten. Maar hij wil vooral bewijzen dat hij wél de juiste man is om de baanwielrenners naar grote successen te leiden.

Overschoenen

Jeffrey Hoogland zit op het middenterrein van het Sir Chris Hoy Velodrome in Glasgow als hoofdcoach Van Veen komt aanlopen. Over enkele momenten begint de WK-finale van de kilometertijdrit, Hooglands specialiteit. Hij is drievoudig wereldkampioen op deze niet-olympische discipline. Van Veen heeft een paar overschoenen in zijn hand. Of Hoogland die zo in de finale kan dragen?

Bij baanwielrennen is de kwaliteit van materiaal en kleding cruciaal. Fabrikanten proberen de aerodynamica van de fiets en de renner zo goed mogelijk te maken. Om dat controleerbaar te houden, vereist het Internationaal Olympisch Comité (IOC) dat al het op de Spelen gebruikte materiaal, al eerder gebruikt is tijdens een officiële wedstrijd.

Om de concurrentie in het ongewisse te houden, dragen en gebruiken de Nederlandse renners van alles door elkaar op de WK, het laatste moment waarop nieuw materiaal geïntroduceerd mag worden. De overschoenen die Van Veen in zijn handen heeft, zijn een prototype.

Hoogland wijst zijn voorstel resoluut af: dit is niet besproken en de overschoenen zijn veel te groot. Hij wil per se wereldkampioen worden, omdat hij later dat jaar een aanval zal doen op het wereldrecord. Hoogland stapt met zijn oude schoenen op de fiets en wordt wereldkampioen.

De kleding van Nederland is tijdens deze WK veel vaker onderwerp van gesprek. Shanne Braspennincx, inmiddels gestopt, rijdt dat toernooi in een pak van teamgenote Van de Wouw, omdat haar pak niet de juiste zeem heeft. Voor andere renners zijn de skinsuits – zo genoemd omdat ze zo nauw om het lichaam sluiten – pas op het laatste moment klaar. Een mannelijke renner rijdt in Glasgow rond in het oranje pak van een van de vrouwen, omdat zijn pakken niet pasten en er geen tijd meer was om ze te vermaken.

Sinds 2022 is het Nederlandse AGU de kledingsponsor van de KNWU. Een paar weken geleden presenteerde het merk vol trots de olympische outfits. Na honderden uren testen in windtunnels is het resultaat „de best presterende kleding” geworden, aldus het persbericht.

Of het ook het snelste pak ter wereld is, sneller dan dat van de concurrentie, weet niemand. De enige kleding waarmee de nieuwe pakken zijn vergeleken, zijn de oude Nederlandse tenues uit Tokio. Pakken van concurrerende merken zijn niet getest, ook al wilden de baanwielrenners die graag uitproberen. Dat hebben ze ook de mogelijkheid toe, want het Internationaal Olympisch Comité (IOC) schrijft voor dat elke sporter vrij is in zijn of haar kleding- en materiaalkeuze. Maar AGU weigerde het eigen pak te vergelijken met andere pakken.

Het toont de gespannen relatie tussen de KNWU en haar kledingsponsor. Aan de ene kant wil de wielerbond dat renners de snelst mogelijke kleding dragen in de belangrijkste wedstrijden. Aan de andere kant wil de wielerbond graag de relatie met AGU goed houden. Want niet alleen de baanwielrenners, maar ook de renners in alle andere disciplines, zoals Mathieu van der Poel en Demi Vollering, rijden in pakken van het kledingmerk.

Maar de gehele sprintselectie heeft er wel voor gekozen in Parijs met merkloze overschoenen rond te rijden. Ze zijn van een concurrent en de renners denken dat ze sneller zijn dan die van AGU. De KNWU kan niet anders dan hen daarin vrij laten, maar heeft de renners de schoenen wel zelf laten betalen. Alleen de kosten voor het verwijderen van de labels van het concurrerende merk nam de wielerbond voor zijn rekening.

Harry Lavreysen bij de EK baanwielrennen in Apeldoorn in januari 2024 in gesprek met coach Hugo Haak.
Foto Maarten Boersema/ANP

In juli dit jaar keren de baanwielrenners terug naar Stavanger, voor een afsluitend trainingskamp in de Sola Arena. Precies zoals ze een jaar eerder deden, dit keer zonder onaangename verrassingen.

De toevoeging van Haak, die na drie gouden sprintmedailles op de WK in Glasgow kan aanblijven tot en met de Spelen, is een goede zet gebleken. Hij functioneert goed, vinden veel renners, en de resultaten stemmen tevreden.

Maar de hiërarchie binnen de groep is verstoord. Hoewel Haak zich positioneert als assistent van Kordi, kunnen renners kiezen door wie ze voornamelijk begeleid willen worden. Behalve Lavreysen kiest ook Tijmen van Loon ervoor zich door Haak te laten coachen.

Bovendien verloopt de samenwerking tussen Kordi en hoofdcoach Jan van Veen en technisch directeur Wilbert Broekhuizen stroef. Zij bemoeien zich ook met de ploeg, officieel om de bondscoach te ontzorgen. In de praktijk stappen renners naar Van Veen of Broekhuizen om iets voor elkaar te krijgen dat ze van Kordi niet mogen of andersom, als een stel kinderen die hun vader en moeder tegen elkaar uitspelen.

De komst van Haak is daar het beste voorbeeld van, maar het gebeurt ook dat renners van de bondscoach horen dat ze naar huis moeten zodra hun onderdelen bij een eindtoernooi erop zitten. Vervolgens mogen ze van Van Veen langer blijven.

Kordi is ongelukkig, merken de renners. Maar in de aanloop naar de Spelen hebben zij en de bondscoach geen ruimte voor frustraties. Dat kost alleen maar energie. Ze weten dat ze elkaar nodig hebben. De teamsprint is een belangrijk onderdeel voor Nederland: de mannen willen hun olympische titel verdedigen, de vrouwen boven zichzelf uitstijgen met een medaille.

Ongeacht de resultaten weet Kordi al hoe het na de Spelen verder gaat. Begin juni bracht de wielerbond naar buiten dat hij zal vertrekken. Volgens technisch directeur Broekhuizen gaan de partijen in gezamenlijk overleg uit elkaar. Dat het contract van Kordi aanvankelijk pas eind van het jaar afliep, wordt nergens vermeld. Na de Spelen is zijn tijd bij de KNWU voorbij.