Hoe klinkt het als een algoritme bepaalt wat je hoort? In het muziekbos van Kyriakides kun je het zes uur uitproberen

Keer op keer stort een verhitte viooltremolo de diepte in. Een baritonsaxofoon jaagt koortsachtig door een waaier aan elektronisch verwrongen klanken. Op elektrische gitaar gaat het van duister krakend tot echoënde druppelklanken. Uit een trombone klinken unheimische junglegeluiden, plus iets dat doet denken aan menselijk gekrijs.

Het zijn flarden van de muzikale miniaturen uit de concertinstallatie Mutability, die Stadscomponist van Amsterdam Yannis Kyriakides (1969) ontwierp voor het Holland Festival. Zelf schreef hij er geen noten voor; wel twaalf andere componisten, onder wie Geneviève Murphy, Mayke Nas en Martijn Padding, die ieder zo’n twee à drie minuten aan materiaal componeerden. Zondag in het Muziekgebouw aan ’t IJ werden de stukjes met elektronica aan elkaar gelast en uitgesponnen tot een soundscape in vier delen van elk anderhalf uur.

Gekleurde spikkels

De verduisterde, in blauw licht gehulde Grote Zaal is ervoor ontdaan van de gebruikelijke rijen stoelen. Twaalf musici, deels de componisten zelf en deels leden van ensemble Asko|Schönberg, zijn op podiumpjes over de ruimte verspreid. Op enorme transparante gaasschermen dwarrelt de particle-wereld van videokunstenaar Darien Brito. Zo nu en dan ballen de gekleurde spikkels samen tot reusachtige mensfiguren: dat blijken de musici zelf te zijn, wier bewegingen van tevoren met motion-capture-technologie zijn opgenomen.

De muziek van Mutability (‘veranderlijkheid’), genoemd naar het gelijknamige gedicht van Percy Bysshe Shelley, muteert voortdurend. Dat gebeurt op basis van algoritmes, die de live gespeelde muziek analyseren, door parameters trekken en daarna getransformeerd teruggeven. Zo wordt bepaald wat er uit de diverse speakers klinkt. Dat is regelmatig zo verwrongen dat je het originele klankmateriaal en de identiteit van de instrumenten niet meer herkent.


Lees ook

Kyriakides: ik hoorde Brahms en wist ‘dit wil ik ook’

Componist Yannis Kyriakides

‘Bos van geluid’

Te midden van dit alles heeft het publiek de keuze: zitten op de vertrouwde klassieke concertplek – de pluche stoel, waarvan er enkele groepjes zijn overgebleven – of ronddwalen door dit half-akoestische, half-elektronische ‘bos van geluid’, zoals bedenker Kyriakides adviseert. Het vroege publiek bij de eerste ronde neemt snel bezit van de stoelen. Maar al snel moedigt de muziek aan om je door de ruimte te bewegen, en al vrij associërend de oorsprong van de klanken proberen te ontfutselen.

Tijdens het rondkuieren kijk je je ogen uit bij het instrumentarium. Piano, trombone, pauken: die kennen we. Maar er is onder meer ook een microtonaal accordeon, een double bell (met twee klankbekers), een doedelzak, en elektromagneten, waarmee je door je handen dichter of verder weg van een metalen staaf te bewegen stootjes geluid en glijdende klanken kunt maken. Ook stemkunstenaar Aurélie Nyirabikali Lierman zet veel toehoorders aan tot nadere inspectie, met de percussieve klanken die ze in haar microfoon sputtert.


Lees ook

Van fluisterzacht tinkelen tot een opstijgende straaljager

Klangforum Wien in een eerdere uitvoering van ‘11.000 Saiten’.

Verstand op nul

Aanwezig zijn bij meerdere rondes nodigt uit om steeds een andere luisterervaring voor jezelf te creëren. Een handjevol mensen kiest voor een plekje op het balkon. Van bovenaf toekijken heeft een voordeel: je hebt een goed overzicht over de instrumenten. Maar achter die balustrade, die letterlijk een barrière vormt met Kyrkiakides’ muziekbos, voel je je meer een buitenstaander die oppervlakkig observeert en is het lastig om je mee te laten voeren.

Ook een optie: in de zaal languit op de grond liggen, zoals een enkeling doet. Ogen dicht, verstand op nul en je overgeven aan de klanken die aan je voorbijtrekken. Het verstrijken van de tijd merk je alleen als je actief telt hoeveel van de twaalf solo’s er achter de rug zijn.

Niet iedere luisteraar maakt de anderhalf uur vol (voor diehards waren er overigens passe-partouts om de volle zes uur van het gemuteer mee te maken). Maar buiten op de steigers aan het IJ leidt deze immersieve concertinstallatie bij bezoekers tot levendige gesprekken over wat ze hebben gehoord, en vooral over hóe ze hebben geluisterd. En juist daar was het Kyriakides om te doen.