‘Hoe harder je op Rutte inbeukt, hoe fijner hij het vindt’

ZAP Het wan- of pestgedrag bij NOS Sport beheerste het nieuws dit weekend, maar was het wel het hele verhaal? Het „eerlijke verhaal” daar ging het ook over bij de verkiezingsdebatten. Rutte strooide met geniepige zinnetjes.

Linksom of rechtsom - Pauws Verkiezingsdebat: In Pauws verkiezingsdebat stond Mark Rutte’s VVD tegenover GroenLinks en PvdA
Linksom of rechtsom – Pauws Verkiezingsdebat: In Pauws verkiezingsdebat stond Mark Rutte’s VVD tegenover GroenLinks en PvdA

De Andere Tijden Sport zijn zondagavond begonnen. Geen Tom Egbers die Studio Sport Eredivisie presenteerde, en vijf minuten voor het einde van dat programma had NOS Sport ook geen hoofdredactie meer. Fijn dat de NOS-nieuwsredactie dat in het Achtuurjournaal als eerste kon melden. Ja, en nu?

Dat er wat loos is of was bij de sportredactie wisten de leidinggevenden allang. Na een eigen inventarisatie onder de werknemers waren er honderd meldingen binnengekomen over wan- of pestgedrag. De leden van de hoofdredactie – sommigen zaten er al járen in – kondigden aan af te treden, maar rustig aan en om de beurt. Ze vertrokken per direct na de sfeerschets van de sportredactie in de Volkskrant van dit weekend. De akelige ervaringen bij NOS Sport van presentator Aïcha Marghadi zijn het raamwerk van het artikel, en in haar verhaal zat een klein, maar pikant haakje wat vervolgens de overhand kreeg in alle berichtgeving. Die ging niet over háár of over wat haar is overkomen, maar over Tom Egbers die het vijftien jaar geleden had aangelegd met een 25-jarige stagiair. Toen de vrijage voorbij was, zou hij haar twee jaar lang hebben gepest.

De eredivisie gaat doorrr, zei Egbers-vervanger Gert van ‘t Hof aan het begin van Studio Sport. Was dat een verwijzing naar grensoverschrijdingen bij De Wereld Draait Door, of hoor ik dingen die er niet zijn? Wat ik trouwens graag zou horen is Tom Egbers kant van het verhaal. Ik las over politiebescherming die zijn gezin nodig had na afloop van de affaire, ik begrijp dat zijn vrouw én zijn dochter ook nog informatie hadden gedeeld met de Volkskrant-journalisten. Informatie die het artikel niet haalde. Voor de draad ermee, zou ik zeggen. En dan graag het hele verhaal. Het „eerlijke verhaal”, zoals politici dat graag noemen. Ik heb het dit weekend ontelbaar veel landelijke partijleiders horen zeggen, maar heel gek, toch zeiden ze allemaal nèt wat anders.

Waterkanonnen? ‘Eigen schuld!’

Zondagochtend was het eerste van de acht televisie-optredens tot de verkiezingen van VVD-leider Mark Rutte. Bij WNL op zondag toonde hij zich ferm rechts. De klimaatactivisten die zaterdag de A12 bezetten? „Absurd.” Waterkanonnen die de demonstranten van het wegdek spoten? „Eigen schuld, dikke bult.” Hij blies even tegen de „linkse wolk” gevuld met politici die „likkebaardend naar de macht kijken”. En begon zelf maar over de instroom van asielzoekers die „ons kleine landje” niet kwijt kan. O ja, en links had geen humor om te lachen, dat was ook nog een puntje dat hij maakte. Tot zover de ingestudeerde aanvallen en antwoorden.

Veel slinkser zijn z’n zogenaamd terloopse zinnetjes en opmerkingen. Als een andere gast zegt dat de „boeren het dna van Nederland” zijn, net iets harder dan nodig beamen: „Absoluut.” Knikken als alle andere gasten hun afkeer van ‘woke’ bespreken en weer jolig inhaken als het over ‘linkse progressieve mensen’ gaat. Hoe harder je op hem inbeukt, zei Jort Kelder zondagavond bij Kiespijn, hoe fijner hij het vindt, en hoe meer zetels hij krijgt.

Bij Pauws verkiezingsdebat had Rutte er nog net zoveel zin in als ’s ochtends. Het debat werd staande gevoerd, Rutte en Edith Schipper (VVD-leider in de Eerste Kamer) stonden tegenover Attje Kuiken (PvdA) en Jesse Klaver (GroenLinks). Rutte had het vooral op Klaver gemunt – die hapt altijd zo lekker – maar Attje Kuiken sprong er regelmatig tussen en boekte af en toe een succesje. Maar waar hij de kans zag strooide Rutte met zijn geniepige zinnetjes. „U vindt dat niet, maar de rest wel.” Over GroenLinks dat Shell het land uitjaagt. „Zit je straks in een schoon Nederlandje met Jesse.” Of gewoon op de man. „Zúúr!”, roepen als Klaver iets zegt. Of: „Jij bent altijd zo somber.” Je zou het bijna pesten noemen.