Hoe de stijgende onvrede in Suriname tot een schokkende uitbarsting kwam

Reportage

Rellen in Paramaribo Surinamers zijn onthutst na het geweld dat vrijdag volgde op een betoging tegen de regering. „Nooit eerder hebben we dit gezien.”

Vrijdag werd de Nationale Assemblee bestormd en werden delen van het gebouw vernield.
Vrijdag werd de Nationale Assemblee bestormd en werden delen van het gebouw vernield.

Foto Ranu Abhelakh / AFP

Losgerukte bedradingen bengelen uit een verwoeste pinautomaat naast het gebouw van de Nationale Assemblee. Glasscherven van de ingegooide ramen van het parlementsgebouw slingeren rond op straat. Verderop een volledig uitgebrande auto zonder banden. De ravage herinnert eraan hoe vrijdag een demonstratie van ruim duizend teleurgestelde Surinamers tegen de prijsstijgingen en het economische beleid van de regering volledig uit de hand liep en uitmondde in geweld, vernielingen in het parlement en plunderingen.

Dieptepunt was het moment waarop een groep betogers doordrong tot de hal van het parlementsgebouw en ramen vernielden. „Vrijdag probeerde ze er brand te stichten, en bij datzelfde pand is in de koloniale tijd toen ook een grote stadsbrand begonnen. Zou dat met opzet daar zijn geweest?” vraagt een gids die toeristen rondleidt op het Onafhankelijkheidsplein zich hardop af.

De rust is zondag teruggekeerd rondom het plein, maar het centrum van de stad is nog afgesloten met hekken. Zaterdagavond waren er op verschillende plaatsen in de binnenstad pogingen tot brandstichting. Protestleider en activist Stephano ‘Pakittow’ Biervliet, aanvankelijk spoorloos, heeft zich gemeld bij de politie en werd opgesloten. Op Facebook had hij kort daarvoor geschreven dat het protest vreedzaam verliep totdat iemand schoten loste, er chaos ontstond en hij naar eigen zeggen de controle over de demonstratie verloor.

Lachen met pijn in de maag

Zondag moesten de winkels dicht blijven. Sommige markten mochten wel open, zoals de Javaanse markt in het noorden van de stad. Verkoper Marthin Wirodikromo staat met een paar oranjekleurige pompoenen in zijn handen. Het zijn de laatste, de rest is uitverkocht.

„Mensen hebben al dagen geen boodschappen kunnen doen, ik heb lange tijd niet zulke goede zaken gedaan”, zegt hij lachend. Maar hij lacht met pijn in zijn maag, vertelt hij. „Nooit eerder hebben we dit gezien in Suriname, al die vernielingen en hoe de Assemblee is binnengevallen. Het zijn vandalen die achter slot en grendel horen.”

Hij heeft wel begrip voor de protesten. „De prijzen in de winkels stijgen enorm. Ik verkoop groente op de markt en ik ben daarnaast truckchauffeur, anders kom ik niet uit”, zegt hij. Verderop op de markt geeft Varosha Comvalius haar baby van een jaar de fles. Ze moet leven van omgerekend nog geen honderd euro per maand. „Als ik geen steun van mijn familie uit Nederland krijg, overleef ik niet.”

Bij een pompstation niet ver van de markt staat een rij mensen met jerrycans. Bij de rellen werden ook benzinestations geplunderd en nu zijn de meeste gesloten. Tankstation Go2 is wel open, maar eigenaar Remy Bailal nam extra maatregelen. „Zie je die mannen verderop? Dat zijn beveiligers,” zegt hij. „De politie staat ook verderop.” De angst bestaat dat de brandstofprijzen, in Suriname deels gesubsidieerd, zullen stijgen. En dat er tekorten ontstaan nu mensen gaan hamsteren. „Ik heb benzine nodig, anders kan ik morgen niet naar mijn werk”, zegt een man in de rij bezorgd.

Rondom het parlementsgebouw wordt de schade zoveel mogelijk hersteld. Maandag staat daar de begroting op de agenda. Of dan ook de winkels weer open zijn, is zondag nog niet duidelijk.

Het is al langer onrustig in Suriname, vooral door de slechte economische situatie. De inflatie was vorig jaar 54,6 procent, volgens de centrale bank. Het land kreeg een lening bij het IMF, maar moet daarvoor wel de overheidsfinanciën op orde krijgen en onder meer snijden in het uitgedijde ambtenarenapparaat. Dat gaat moeizaam, waardoor al meerdere tranches van het IMF niet zijn uitbetaald.

Nu zijn er gehaast een aantal hervormingen doorgevoerd. Zo is in januari voor het eerst btw ingevoerd (niet op basisbehoeften) en wordt de subsidie op brandstof afgebouwd.

De snel gestegen prijzen en de knellende economische hervormingen leidden vrijdag in Paramaribo tot felle protesten.
Foto Ranu Abhelakh / AFP

De woede daarover komt bovenop de frustratie over de regering-Santokhi. De voormalige politiebaas, die in 2020 midden in de coronapandemie een land ging leiden dat financieel aan de grond zat, had beloofd de corruptie aan te pakken. Maar op belangrijke plekken zijn toch vrienden en familieleden van politici benoemd.

Alle partijen keuren geweld af

Achter de protesten en onvrede in Suriname zit geen anti-democratische beweging die verkiezingsuitslagen betwist en instituties ondermijnt. Alle politieke partijen hebben het geweld afgekeurd. Wel zijn de relschoppers mogelijk op ideeën gebracht door de bestorming van het Capitool in de Verenigde Staten en vergelijkbare rellen in Brazilië.

„Het is uit de hand gelopen vandalisme”, zegt de Surinaamse journalist Wilfred Leeuwin. „Een maatschappelijke eruptie, die gevoed is door de zowel de huidige als de vorige regering.” Een overeenkomst met de VS en Brazilië ziet hij wel: de samenleving is steeds verder gepolariseerd.

President Santokhi legde in een reactie vrijdagavond vooral de nadruk op de noodzaak democratie en rechtsstaat te verdedigen. Het stoort Leeuwin dat de regering doet alsof de economische problemen niets met de onlusten te maken hebben. „Je kunt een samenleving niet als een tube tandpasta uitknijpen.”

Santokhi, ook oud-minister van Justitie, heeft meteen een taskforce opgericht om de aanstichters van de rellen op te sporen, onder andere door online filmpjes te bestuderen. Er zijn al ruim tachtig arrestaties verricht.

Het is nog onzeker of de onrust effect zal hebben op de hervormingsagenda en op de stabiliteit van de regering. Het verzet tegen de bezuinigingen komt al deels vanuit de coalitie: de kleine Nationale Partij Suriname is vorige week uit de regering gestapt. Santokhi regeert ook samen met de partij van Ronnie Brunswijk, die achtergestelde groepen vertegenwoordigt en zich verzet tegen prijsstijgingen en ontslagen.

Santokhi zal zijn beleid moeten veranderen en niet alleen van alles moeten beloven, maar die beloftes ook waarmaken, zeggen ze op de Javaanse markt. „Hoe vaak heeft Santokhi wel niet gezegd dat het leven voor ons beter wordt”, zucht Varosha Comvalius. „Maar het zijn vooral de leiders die in weelde leven, terwijl wij maar moeten bezuinigen. Er moet drastisch iets veranderen, anders blijft het onrustig.”

Mmv Marloes de Koning